Aus den Darlegungen des Klagegrunds geht hervor, dass der Gerichtshof
schließlich gebeten wird, über die Vereinbarkeit von Artikel 180 Nr. 1 des EStGB 1992, der durch den angefochtenen Artikel 86 Nr. 1 des Programmgesetzes v
om 10. August 2015 wieder aufgenommen wurde, mit den Artikeln 10, 11 und 172 Absatz 1 der Verfassung zu befinden, insofern durch diese Bestimmung sowohl die Gesellschaften im Sinne von Artikel 2 § 1 Nr. 5 Buchstabe a) des EStGB 1992, die ein gewinnbringendes Ziel anstrebten, als auch die Zusammenarbeitsverbände im
...[+++] Sinne des Dekrets vom 6. Juli 2001, deren Gesellschaftszweck das Einsammeln und die Verarbeitung von Abfällen oder die Regionalentwicklung sei, der Gesellschaftssteuer unterworfen würden.Uit de ui
teenzetting van het middel blijkt dat
het Hof ten slotte wordt verzocht uitspraak te doen over de bestaanbaarheid, met de artikelen 10, 11 en 172, eerste lid, van de Grondwet, van artikel 180, 1°, van het WIB 1992, hersteld bij het bestreden artikel 86, 1°, van de programmawet van 10 augustus 2015, in zoverre bij die bepaling zowel de vennootschappen in de zin van artikel 2, § 1, 5°, a), van het WIB 1992 die een winstgevend doel nastreven als de samenwerkingsverbanden in de zin van het decreet van 6 juli 2001 die de inzameling en de verwerking van afval of de geweste
...[+++]lijke ontwikkeling als maatschappelijk doel hebben, aan de vennootschapsbelasting zouden worden onderworpen.