Vertaling van "Umgebungsgeräusch " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

Umgebungsgeräusch
omgevingsgeluid

Umgebungsgeräusch | Umgebungslärm
omgevingsgeluid | omgevingslawaai

Umgebungsgeräusch
omgevingslawaai | omgevingsruis

Einheit zur Regelung des Umgebungsgeräusches
besturingseenheid voor het surround -effect

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

eine geregelte akustische Warneinrichtung, eingestellt auf mindestens 5 dB LAeq über Umgebungsgeräusch bis max. 70 dB LAeq,T (+ 6/– 0),
een adaptieve geluidssignaalinrichting die is ingesteld op minimaal 5 dB LAeq boven het omgevingsgeluid tot maximaal 70 dB LAeq,T (+ 6/– 0),

Aufgrund des niedrigeren Geräuschpegels moderner Züge in Deutschland muss die Lautstärke akustischer Signale dort mindestens 60 dB LAeq, T ± 2 betragen. Alternativ kann die Lautstärke akustischer Signale 5 dB über dem Umgebungsgeräusch liegen.
Gezien de lagere geluidsniveaus van de moderne treinen in Duitsland moet het geluidsignaal minimaal 60 dB L(Aeg, T +/- 2 bedragen. Anders moeten de geluidssignalen 5 dB luider dan het omgevingsgeruis zijn.

Durch Umgebungsgeräusche und Wind verursachte Angaben des Meßgeräts müssen mindestens 10 dB (A) niedriger als der zu messende Schallpegel liegen.
De waarden die door het meetinstrument voor het omgevingsgeluid en de wind worden aangegeven moeten ten minste 10 dB(A) beneden het te meten geluidsniveau liggen.