9° Eine Abweichung von der im Punkt 6° erwähnten Verpflichtung des Mähens vor der Samenbildung und eine Abweichung von der im Punkt 8° erwähnten Verpflichtung der Vernichtung der Bodendecke zwischen dem 15. August und dem 31. August können den Landwirten auf der Grundlage einer von der Verwaltung anerkannten amtlichen Bescheinigung gewährt werden, durch die das Vorhandensein auf den betroffenen Brachen von Vogelarten, die aufgrund der Richtlinie 79/409/EWG über den Schutz wild lebender Vogel geschützt sind, bescheinigt wird.
9° Een afwijking van de verplichting tot maaien vóór de zaadvorming voor de soorten voorkomend op voormelde lijst 1 van bijlage II bedoeld in punt 6° en een afwijking van de in punt 8° bedoelde verplichting tot vernietiging van de bedekking tussen 15 en 31 augustus kunnen worden toegestaan aan de landbouwers op grond van een door het bestuur erkend officieel attest waaruit blijkt dat vogelsoorten die beschermd zijn krachtens Richtlijn 79/409/EEG inzake het behoud van de vogelstand, aanwezig zijn op de betrokken braakgelegde gronden.