Vertaling van "Fruchtwechsel " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

Fruchtwechsel
wisselbouw

Fruchtwechsel
gewasrotatie | vruchtopvolging | vruchtwisseling | wisselteelt

Wechselwirtschaft [ Fruchtfolge | Fruchtwechsel ]
wisselbouw [ vruchtopvolging | vruchtwisseling ]

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

c) Die Parzelle ist zum ersten Mal bei dem integrierten Verwaltungs- und Kontrollsystem - nachstehend " InVeKoS" - angemeldet worden und ihr Besitzer erbringt den Nachweis dafür, dass auf dieser Parzelle kein Fruchtwechsel in den fünf Jahren vor deren Anmeldung stattgefunden hat;
c) het perceel dat voor de eerste keer bij het geïntegreerd beheers- en controlesysteem, afgekort " GBCS" , wordt aangegeven en waarvan de uitbater het bewijs levert dat het perceel tijdens de laatste vijf jaar vóór de aangifte niet in een rotatie is opgenomen;

6. betont, dass der langfristige Ansatz der EU zur Resilienz die Zerstörung des Ökosystems, insbesondere der Landwirtschaft, des Wassers, der Artenvielfalt und der Fischbestände, bekämpfen sollte, und fordert die EU auf, mit ihrer Risikostrategie eine kohärente Politik zur Verminderung der Anfälligkeit zu verfolgen, was durch die Einführung nachhaltiger landwirtschaftlicher Produktionsmethoden und Systeme wie dem Fruchtwechsel, der Agrarökologie, der Agroforstwirtschaft, dem biologischen Landbau und der Kleinbauernwirtschaft gelingen kann;
6. benadrukt dat in de EU-aanpak inzake weerbaarheid op de lange termijn aandacht moet worden geschonken aan de achteruitgang van het ecosysteem, met name op het gebied van landbouw, water, biodiversiteit en visbestanden, en verzoekt de EU een samenhangend beleid aan te nemen om de kwetsbaarheid te verminderen via haar risicoverminderingsstrategie, die kan worden verwezenlijkt door duurzame productiemethoden en -systemen in te voeren in de landbouw, zoals wisselbouw, agro-ecologie, agrobosbouw, biologische landbouw en kleine landbouwbedrijven;

Die Mitgliedstaaten legen auf nationaler oder regionaler Ebene auf der Grundlage von Anhang II für die Begünstigten Mindeststandards für den guten landwirtschaftlichen und ökologischen Zustand der Flächen fest; sie berücksichtigen dabei die besonderen Merkmale der betreffenden Flächen, einschließlich Boden- und Klimaverhältnisse, vorhandene Bewirtschaftungssysteme, Flächennutzung, Fruchtwechsel, Wirtschaftsweisen und Betriebsstrukturen.
De lidstaten stellen op nationaal of op regionaal niveau de door de begunstigden na te leven minimumnormen voor een goede landbouw- en milieuconditie van de grond vast op basis van bijlage II, waarbij rekening wordt gehouden met de specifieke kenmerken van de betrokken gebieden, met inbegrip van de bodem- en de klimaatgesteldheid, de bestaande landbouwsystemen, het grondgebruik, de vruchtwisseling, de landbouwpraktijken en de structuur van de landbouwbedrijven.

60. fordert die ökologische Ausrichtung der 1. Säule der GAP, um die Sicherstellung des Erhalts der Biodiversität in der erweiterten Kulturlandschaft zu gewährleisten, die Konnektivität zu verbessern und sich an die Auswirkungen des Klimawandels anzupassen; begrüßt den Vorschlag der Kommission für eine Reform der GAP, der eine ökologische Ausrichtung der GAP vorsieht, bei der Zahlungen aus der 1. Säule einem Paket grundlegender guter Praktiken von landwirtschaftlichen Betrieben zugewiesen werden, die Fruchtwechsel und Diversifizierung, Dauergrünland und eine Mindestflächennutzung für Umweltzwecke umfassen; unterstreicht, dass solche ökologische Ausrichtungen handhabbar sein müssen und keine unnötige Bürokratie schaffen dürfen; bekräftigt seine Forderung nach einer flächenbezogenen Unterstützung für das Natura-2000-Netzwerk im Rahmen des Systems von Direktzahlungen; ist überzeugt, dass ressourcenschonende, umwelt- und klimafreundliche Praktiken sowohl die Nachhaltigkeit des landwirtschaftlichen Gewerbes als auch eine lang anhaltende Lebensmittelsicherheit gewährleisten werden, und anerkennt, dass die GAP in diesem Prozess eine entscheidende Rolle spielen sollte;
60. pleit voor een groenere benadering van pijler I om zo te zorgen voor biodiversiteitsbehoud in het agrarische landschap in bredere zin, verbetering van de infrastructuur en aanpassing aan de gevolgen van de klimaatverandering; is verheugd over het hervormingsvoorstel van de Commissie voor het GLB dat voorziet in een „groenere” benadering van het GLB door betalingen binnen pijler I toe te wijzen aan een pakket van fundamentele goede werkmethoden die op het niveau van de landbouwbedrijven worden toegepast, bestaande uit onder meer vruchtwisseling en diversificatie, blijvend grasland, en een minimaal „ecologisch aandachtsgebied”; benadrukt dat dergelijke vergroenende maatregelen werkbaar dienen te zijn en geen onnodige bureaucratie moeten creëren; herhaalt zijn oproep voor steun op basis van het areaal voor het Natura 2000-netwerk onder de regeling inzake rechtstreekse betalingen; is van mening dat hulpbronefficiënte en milieu- en klimaatvriendelijke landbouwpraktijken garant zullen staan voor zowel de duurzaamheid van landbouwbedrijven als de voedselzekerheid op lange termijn en erkent dat het GLB in het bereiken hiervan een belangrijke rol moet spelen;

61. fordert die ökologische Ausrichtung der 1. Säule der GAP, um die Sicherstellung des Erhalts der Biodiversität in der erweiterten Kulturlandschaft zu gewährleisten, die Konnektivität zu verbessern und sich an die Auswirkungen des Klimawandels anzupassen; begrüßt den Vorschlag der Kommission für eine Reform der GAP, der eine ökologische Ausrichtung der GAP vorsieht, bei der Zahlungen aus der 1. Säule einem Paket grundlegender guter Praktiken von landwirtschaftlichen Betrieben zugewiesen werden, die Fruchtwechsel und Diversifizierung, Dauergrünland und eine Mindestflächennutzung für Umweltzwecke umfassen; unterstreicht, dass solche ökologische Ausrichtungen handhabbar sein müssen und keine unnötige Bürokratie schaffen dürfen; bekräftigt seine Forderung nach einer flächenbezogenen Unterstützung für das Natura-2000-Netzwerk im Rahmen des Systems von Direktzahlungen; ist überzeugt, dass ressourcenschonende, umwelt- und klimafreundliche Praktiken sowohl die Nachhaltigkeit des landwirtschaftlichen Gewerbes als auch eine lang anhaltende Lebensmittelsicherheit gewährleisten werden und anerkennt, dass die GAP in diesem Prozess eine entscheidende Rolle spielen sollte; .
61. pleit voor een groenere benadering van pijler I om zo te zorgen voor biodiversiteitsbehoud in het agrarische landschap in bredere zin, verbetering van de infrastructuur en aanpassing aan de gevolgen van de klimaatverandering; is verheugd over het hervormingsvoorstel van de Commissie voor het GLB dat voorziet in een "groenere" benadering van het GLB door betalingen binnen pijler I toe te wijzen aan een pakket van fundamentele goede werkmethoden die op het niveau van de landbouwbedrijven worden toegepast, bestaande uit onder meer vruchtwisseling en diversificatie, blijvend grasland, en een minimaal "ecologisch aandachtsgebied"; benadrukt dat dergelijke vergroenende maatregelen werkbaar dienen te zijn en geen onnodige bureaucratie moeten creëren; herhaalt zijn oproep voor steun op basis van het areaal voor het Natura 2000-netwerk onder de regeling inzake rechtstreekse betalingen; is van mening dat hulpbronefficiënte en milieu- en klimaatvriendelijke landbouwpraktijken garant zullen staan voor zowel de duurzaamheid van landbouwbedrijven als de voedselzekerheid op lange termijn en erkent dat het GLB in het bereiken hiervan een belangrijke rol moet spelen;

Ausgedehnter Fruchtwechsel und Auschluss von (nicht gepflügten) Mais als Kultur vor einer anderen Getreidesorte
Uitgestrekte teeltafwisseling en uitsluiting van maïs (niet beploegd) als teelt voorafgaande aan een ander graangewas

S. in der Erwägung, dass ein höherer Eiweißpflanzenanteil als Teil der verstärkt genutzten Fruchtfolge bzw. des Fruchtwechsels im Hinblick auf die Bodenfruchtbarkeit zu einer ausgewogeneren Nährstoffspeicherung, geringerer Bodenversauerung, größerer Krankheitsresistenz und einer besseren Bodenstruktur (einschließlich einer höheren Energieeffizienz bei der Bodenbehandlung), einem verringerten Herbizideinsatz und größerer biologischer Vielfalt beiträgt und so auch die Bestäubung begünstigt,
S. overwegende dat, wat de bodemvruchtbaarheid betreft, een hoger percentage eiwithoudende gewassen op akkerbouwgrond als onderdeel van meer uitgebreide vruchtwisselingsystemen bijdraagt tot een evenwichtiger opslag van nutriënten, geringere bodemverzuring, hogere weerstand tegen ziekten en een betere bodemstructuur (plus betere energie-efficiëntie voor bodembehandeling), vermindering van het gebruik van herbiciden en meer biodiversiteit, wat goed is voor de bestuiving,

Art. 7 - Der Landwirt, dem die Abweichung gewährt wird, lässt mindestens alle vier Jahre durch das zugelassene Labor seiner Wahl eine Bodenanalyse auf Phosphorkonzentration für jegliche landwirtschaftliche Fläche, die hinsichtlich des Fruchtwechsels und der Bodenmerkmale homogen ist, durchführen.
Art. 7. De landbouwer die voor de afwijking in aanmerking komt, laat minstens één keer per vier jaar door het erkende laboratorium van zijn keuze een analyse uitvoeren van de concentratie aan fosfor voor elk grondstuk dat eenvorming bewerkt wordt wat betreft wisselbouw en bodemkenmerken.

Daher ist ein Gemeinschaftsrahmen festzulegen, der es den Mitgliedstaaten erlaubt, Standards unter Berücksichtigung der besonderen Merkmale der betreffenden Flächen einschließlich Boden- und Klimaverhältnisse, bestehende Bewirtschaftungssysteme (Flächennutzung, Fruchtwechsel, Wirtschaftsweisen) und Betriebsstrukturen zu erlassen.
Daarom is het dienstig een communautair kader te bepalen waarbinnen de lidstaten normen kunnen stellen met inachtneming van de specifieke kenmerken van de betrokken gebieden, inclusief de bodem- en klimaatgesteldheid en de bestaande landbouwsystemen (grondgebruik, vruchtwisseling, landbouwmethoden) en landbouwstructuren.

Die Mitgliedstaaten legen auf nationaler oder regionaler Ebene entsprechend dem in Anhang IV vorgegebenen Rahmen Mindestanforderungen für den guten landwirtschaftlichen und ökologischen Zustand fest; sie berücksichtigen dabei die besonderen Merkmale der betreffenden Flächen, einschließlich Boden- und Klimaverhältnisse, Bewirtschaftungssysteme, Flächennutzung, Fruchtwechsel, Wirtschaftsweisen und Betriebsstrukturen.
De lidstaten stellen, op nationaal of op regionaal niveau, minimumeisen inzake goede landbouw- en milieuconditie vast op basis van het in bijlage IV vastgestelde kader, rekening houdend met de specifieke kenmerken van de betrokken gebieden, met inbegrip van de bodem- en de klimaatgesteldheid, de bestaande landbouwsystemen, het grondgebruik, de vruchtwisseling, de landbouwpraktijken en de structuur van de landbouwbedrijven.