(4) Jeder Mitgliedstaat gewährleistet, dass die maßgeblichen Bediensteten der zuständigen Behörde für die Zwecke dieser Richtlinie für die Wahrnehmung ihrer Aufgaben entsprechend qualifiziert und erforderlichenfalls auch in mikrobiologischen und epidemiologischen Fragen ausgebildet sind sowie eine ständige Fortbildung gemäß dem neuesten Stand der wissenschaftlichen Erkenntnisse in diesen Bereichen erhalten .
4. De lidstaten zien erop toe dat de betrokken ambtenaren van de in het kader van deze richtlijn aangewezen bevoegde autoriteit voldoende gekwalificeerd zijn om die taken uit te voeren en, indien nodig, worden opgeleid op het gebied van de microbiologie en de epidemiologie en permanent worden bijgeschoold in het licht van de wetenschappelijke vooruitgang op deze gebieden .