Vertaling van "Bösgläubigkeit " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

Bösgläubigkeit
kwade trouw

böser Glaube | Bösgläubigkeit | vorsätzliches Verhalten | wider Treu und Glauben
kwade trouw

Einrede der Bösgläubigkeit
exceptie van kwade trouw

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Die Tätigkeiten werden, was den Arbeitslosen betrifft, nicht als im Rahmen der lokalen Beschäftigungsagentur betrachtet, wenn der Arbeitslose in Bösgläubigkeit gehandelt hat und insbesondere, wenn er nicht zugelassene Tätigkeiten verrichtet».
De activiteiten worden, wat de werkloze betreft, niet beschouwd als verricht in het kader van een plaatselijk werkgelegenheidsagentschap indien de werkloze te kwader trouw heeft gehandeld, inzonderheid als hij niet toegelaten activiteiten uitoefent».

Der Vorbehalt in Bezug auf die Bösgläubigkeit ist geeignet, um missbräuchliche Gerichtsverfahren zu verhindern » (ebenda, SS. 1-2).
Het voorbehoud dat gemaakt wordt wat betreft de kwade trouw is van dien aard dat het de misbruikelijke rechtsplegingen zal beletten » (ibid., pp. 1-2).

Andere Gesetzwidrigkeiten, die bei der Beurteilung der Nichtigkeitsbeschwerde nicht geprüft wurden, können also erneut begangen werden, ohne dass dabei im Übrigen Bösgläubigkeit vorliegen muss.
Andere onwettigheden die bij de berechting van het vernietigingsberoep niet werden onderzocht, kunnen dus opnieuw worden begaan, zonder dat daar overigens kwade trouw mee hoeft gemoeid te zijn.

Liegt keine Bösgläubigkeit vor, kann von dem 10-Prozent-Mindestsatz an Steuerzuschlag abgesehen werden.
Bij ontstentenis van kwade trouw kan worden afgezien van het minimum van 10 pct. belastingverhoging.

(2) Bei der Festlegung eines angemessenen Schadensersatzes berücksichtigt das Gericht alle wesentlichen Gesichtspunkte, wie die wirtschaftlichen Folgen, die dem Verletzten durch die Verletzung entstanden sind, die Gut- bzw. Bösgläubigkeit der Beteiligten sowie deren Verhalten.
2. Bij de vaststelling van een gepaste schadevergoeding houdt het gerecht rekening met alle relevante elementen, zoals de economische consequenties van de inbreuk voor de benadeelde partij en het gedrag en de goede of kwade trouw van de partijen.

Im Allgemeinen herrscht in der EU eine „regelungsfreundliche“ Auffassung von Rechenschaftspflicht vor und alle Schadenersatzforderungen können generell nur auf der Grundlage grober Nachlässigkeit oder von Bösgläubigkeit erfolgen, wenn auch die Praxis in den einzelnen Ländern unterschiedlich ist.
Over het algemeen geldt in de EU een controleursvriendelijke opvatting van aansprakelijkheid, en claims op compensatie kunnen normaliter alleen worden gemaakt op grond van grove nalatigheid of kwade trouw, hoewel dit niet in alle landen hetzelfde ligt.

In seinem heute ergangenen Urteil stellt der Gerichtshof zunächst klar, dass Bösgläubigkeit auch durch andere als die in der Gemeinschaftsregelung ausdrücklich aufgeführten Umstände nachgewiesen werden kann, da die darin niedergelegte Aufzählung solcher Umstände nicht abschließender Art ist.
In zijn arrest van heden preciseert het Hof in de eerste plaats dat kwade trouw kan worden aangetoond aan de hand van andere omstandigheden dan die welke uitdrukkelijk in de communautaire regelgeving zijn opgesomd, aangezien de daarin opgenomen lijst niet limitatief is.

(3) Bösgläubigkeit im Sinne von Absatz 1 Buchstabe b) liegt vor, wenn
3. Kwade trouw in de zin van lid 1, onder b), kan worden aangetoond wanneer:

2. « Ist Artikel 157 des am 14. Juli 1994 koordinierten Gesetzes vereinbar mit dem durch die Artikel 10 und 11 der Verfassung gewährleisteten Gleichheits- und Nichtdiskriminierungsgrundsatz, indem er für die Ärzte weder eine Frist vorsieht für die Rückerstattung der unnötig teueren oder überflüssigen Pflegeleistungen, noch unterschiedliche Rückforderungsfristen vorsieht je nach der Gutgläubigkeit oder Bösgläubigkeit des Pflegeerbringers, während für die anderen Pflegeerbringer oder für die Begünstigten der Pflege wohl eine Verjährungsfrist vorgesehen ist, und die Gut- oder Bösgläubigkeit berücksichtigt wird, damit für die Rückforderung eine unterschiedliche Verjährungsfrist angewandt wird?
2. « Is artikel 157 van de gecoördineerde wet van 14 juli 1994 bestaanbaar met het gelijkheidsbeginsel en met het beginsel van het verbod van discriminatie, die bij de artikelen 10 en 11 van de Grondwet worden gewaarborgd, in zoverre het voor de geneesheren niet voorziet in een termijn voor de terugvordering van de onnodig dure of overbodige verstrekkingen, noch in terugvorderingstermijnen die verschillen naar gelang van de goede of van de kwade trouw van de zorgverlener, terwijl voor de andere zorgverleners of voor de rechthebbenden op verzorging in een verjaringstermijn is voorzien en rekening wordt gehouden met de goede of de kwade trouw teneinde voor de terugvordering een verschillende verjaringstermijn toe te passen ?