Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
Bebautes unbewegliches Gut
Eigentum an unbeweglichen Sachen
Grundstück
Immobilien
Liegenschaft
Liegenschaftsrecht
Naturgemäß unbewegliches Gut
Unbewegliches Gut
Unbewegliches Vermögen

Traduction de «Bebautes unbewegliches Gut » (Allemand → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE
voir aussi les traductions en contexte ci-dessous


Eigentum an unbeweglichen Sachen [ Grundstück | Immobilien | Liegenschaft | Liegenschaftsrecht | unbewegliches Gut | unbewegliches Vermögen ]

onroerend eigendom [ onroerende goederen | onroerende zaken | onroerend goed | onroerendgoedrecht ]


naturgemäß unbewegliches Gut

uit zijn aard onroerend goed


TRADUCTIONS EN CONTEXTE
3. wenn ein bebautes unbewegliches Gut oder Material und Ausrüstung oder ein Teil davon, der mindestens 25 Prozent ihres Katastereinkommens darstellt, zerstört wurden ».

3° wanneer een onroerend goed of materieel en outillage geheel, of voor een gedeelte dat ten minste 25 pct. van het kadastraal inkomen ervan vertegenwoordigt, zijn vernield ».


2° es wird ein Absatz 4 mit folgendem Wortlaut eingefügt: "Wenn ein bebautes oder nicht bebautes unbewegliches Gut unter der Registrierungsgebührenregelung eingebracht oder erworben wurde und im Laufe der Existenz der Gesellschaft an diesem unbeweglichen Gut Einrichtungen, Bau-, Wiederbau- oder Umbauarbeiten durchgeführt worden sind, die eine Städtebaugenehmigung erfordern, wird die für die Verkäufe festgelegte Gebühr, abzüglich der Registrierungsgebühr, die bei der Aufnahme in das Gesellschaftsvermögen erhoben wurde, in Abweichung von Absatz 3 auf den Gesamtwert des unbeweglichen Guts geschuldet, wenn das Gut durch einen Gesellschafter ...[+++]

2° er wordt een lid 4 toegevoegd, luidend als volgt : "Wanneer een bebouwd of onbebouwd onroerend goed ingebracht of verworven is onder het stelsel van de registratierechten en inrichtingen, bouwwerken, herbouwwerken of verbouwingen waarvoor een stedenbouwkundige vergunning is vereist op dat onroerend goed zijn uitgevoerd in de loop van het bestaan van de vennootschap, is het voor de verkopen vastgesteld recht, verminderd met het registratierecht geheven bij de opname in het maatschappelijk vermogen, in afwijking van het derde lid, verschuldigd over de totale waarde van het onroerend goed wanneer het verworven is door een vennoot die dee ...[+++]


« Verstößt Artikel 10 Absatz 3 des Gesetzes vom 22. März 2001 zur Einführung einer Einkommensgarantie für Betagte gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, indem er bestimmt, dass Absatz 1 desselben Artikels, der besagt, dass, wenn der Betreffende und/oder die Personen, mit denen er denselben Hauptwohnort teilt, (im Laufe des Zeitraums von zehn Jahren, der dem Datum, an dem der Beschluss wirksam wird, vorausgeht) bewegliche oder unbewegliche Güter unentgeltlich oder entgeltlich abgetreten haben, ein Einkommen als Existenzmittel in Rechnung gestellt wird, nicht anwendbar ist auf den Erlös aus der Abtretung des Wohnhauses des Betreffenden und/oder der Personen, mit denen er denselben Hauptwohnort teilt, wenn der Betreffende oder diese Personen kei ...[+++]

« Schendt artikel 10, derde lid van de Wet van 22 maart 2001 tot instelling van een inkomensgarantie voor ouderen de artikelen 10 en 11 van de Grondwet door te bepalen dat het eerste lid van hetzelfde artikel, dat stelt dat wanneer de betrokkene en/of de personen waarmee hij dezelfde hoofdverblijfplaats deelt roerende of onroerende goederen om niet of onder bezwarende titel hebben afgestaan (in de loop van de tien jaren die voorafgaan aan de datum waarop de aanvraag uitwerking heeft) een inkomen als bestaansmiddel in rekening wordt gebracht, niet van toepassing is op de opbrengst van de afstand van het woonhuis van de betrokkene en/of va ...[+++]


Der Gerichtshof wird zur Vereinbarkeit von Artikel 10 des Gesetzes vom 22. März 2001 mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung befragt, insofern er in seinem Absatz 3 bestimme, dass Artikel 10 Absatz 1 des in Rede stehenden Gesetzes nicht anwendbar sei « auf den Erlös aus der Abtretung des Wohnhauses des Betreffenden und/oder der Personen, mit denen er denselben Hauptwohnort teilt, wenn der Betreffende oder diese Personen kein anderes bebautes unbewegliches Gut besitzen », während Artikel 10 Absatz 1 wohl zur Anwendung komme, « wenn der Betreffende und/oder die Personen, mit denen er denselben Hauptwohnort teilt, wohl ein anderes bebaut ...[+++]

Het Hof wordt ondervraagd over de bestaanbaarheid van artikel 10 van de wet van 22 maart 2001 met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre het bepaalt, in het derde lid ervan, dat artikel 10, eerste lid, van de in het geding zijnde wet niet van toepassing is « op de opbrengst van de afstand van het woonhuis van de betrokkene en/of van de personen waarmee hij dezelfde hoofdverblijfplaats deelt die geen ander bebouwd onroerend goed bezit of bezitten », terwijl artikel 10, eerste lid, wel wordt toegepast « indien de betrokkene en/of de personen waarmee hij dezelfde hoofdverblijfplaats deelt wel een ander bebouwd onroerend goed bezit ...[+++]


For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!
Die Bestimmungen des vorliegenden Artikels sind jedoch nicht anwendbar auf den Erlös aus der Abtretung des Wohnhauses des Betreffenden und/oder der Personen, mit denen er denselben Hauptwohnort teilt, wenn der Betreffende oder diese Personen kein anderes bebautes unbewegliches Gut besitzen, insofern der Erlös aus der Abtretung noch ganz oder teilweise in der in Betracht gezogenen Vermögensmasse erscheint.

De bepalingen van dit artikel zijn evenwel niet van toepassing op de opbrengst van de afstand van het woonhuis van de betrokkene en/of van de personen waarmee hij dezelfde hoofdverblijfplaats deelt die geen ander bebouwd onroerend goed bezit of bezitten, in zover de opbrengst van de afstand nog geheel of gedeeltelijk in het in aanmerking genomen vermogen wordt teruggevonden.


Bekanntmachung vorgeschrieben durch Artikel 74 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989 In seinem Entscheid vom 5. Juni 2015 in Sachen Jacqueline Van Goethem gegen das Landespensionsamt, dessen Ausfertigung am 12. Juni 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat der Arbeitsgerichtshof Gent folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 10 Absatz 3 des Gesetzes vom 22. März 2001 zur Einführung einer Einkommensgarantie für Betagte gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, indem er bestimmt, dass Absatz 1 desselben Artikels, der besagt, dass, wenn der Betreffende und/oder die Personen, mit denen er denselben Hauptwohnort teilt, (im Laufe des Zeitraums von zehn Jahren, der dem Datum, an dem der Beschluss wirksam ...[+++]

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest van 5 juni 2015 in zake Jacqueline Van Goethem tegen de Rijksdienst voor Pensioenen, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 12 juni 2015, heeft het Arbeidshof te Gent de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 10, derde lid van de Wet van 22 maart 2001 tot instelling van een inkomensgarantie voor ouderen de artikelen 10 en 11 van de Grondwet door te bepalen dat het eerste lid van hetzelfde artikel, dat stelt dat wanneer de betrokkene en/of de personen waarmee hij dezelfde hoofdverblijfplaats deelt roerende of on ...[+++]


« Führt Artikel 10 des Gesetzes vom 22. März 2001 zur Einführung einer Einkommensgarantie für Betagte nicht zu einer Form der ungerechtfertigten Diskriminierung, die gegen den in den Artikeln 10 und 11 der Verfassung verankerten Gleichheitsgrundsatz verstoßen könnte, zwischen den Personen, die bewegliche oder unbewegliche Güter unentgeltlich oder entgeltlich abgetreten haben, indem er nur die Abtretung des ' Wohnhauses des Betreffenden und/oder der Personen, mit denen er denselben Hauptwohnort teilt, wenn der Betreffende oder diese Personen kein anderes bebautes unbewegliches Gut besitzen, insofern der Erlös aus der Abtretung noch ganz ...[+++]

« Brengt artikel 10 van de wet van 22 maart 2001 tot instelling van een inkomensgarantie voor ouderen niet een vorm van onverantwoorde discriminatie, die het bij de artikelen 10 en 11 van de Grondwet gewaarborgde gelijkheidsbeginsel kan schenden, teweeg onder de personen die roerende of onroerende goederen om niet of onder bezwarende titel hebben afgestaan, doordat het alleen de afstand van ' het woonhuis van de betrokkene en/of van de personen waarmee hij dezelfde hoofdverblijfplaats deelt die geen ander bebouwd onroerend goed bezit of bezitten, in zover de opbrengst van de afstand nog geheel of gedeeltelijk in het in aanmerking genomen ...[+++]


Für ein bebautes unbewegliches Gut, das der Steuerpflichtige entgeltlich oder durch Schenkung unter Lebenden erworben hat (Artikel 90 Nr. 10 Absatz 1 Buchstaben a) und b) des EStGB 1992), handelt es sich um den Preis, zu dem das Gut durch den Steuerpflichtigen oder durch den Schenker erworben wurde, oder, falls dieser höher ist, den Wert, der als Grundlage für die Erhebung der Registrierungsgebühr oder der Mehrwertsteuer gedient hat.

Voor een bebouwd onroerend goed dat de belastingplichtige onder bezwarende titel of bij schenking onder levenden heeft verkregen (artikel 90, 10°, eerste lid, a) en b), van het WIB 1992) gaat het om de prijs waarvoor het goed door de belastingplichtige of door de schenker werd verkregen, of, indien die hoger is, de waarde die tot maatstaf van heffing van het registratierecht of de BTW heeft gediend.


« Führt Artikel 10 des Gesetzes vom 22. März 2001 zur Einführung einer Einkommensgarantie für Betagte nicht zu einer Form der ungerechtfertigten Diskriminierung, die gegen den in den Artikeln 10 und 11 der Verfassung verankerten Gleichheitsgrundsatz verstoßen könnte, zwischen den Personen, die bewegliche oder unbewegliche Güter unentgeltlich oder entgeltlich abgetreten haben, indem er nur die Abtretung des ' Wohnhauses des Betreffenden und/oder der Personen, mit denen er denselben Hauptwohnort teilt, wenn der Betreffende oder diese Personen kein anderes bebautes unbewegliches Gut besitzen, insofern der Erlös aus der Abtretung noch ganz ...[+++]

« Brengt artikel 10 van de wet van 22 maart 2001 tot instelling van een inkomensgarantie voor ouderen niet een vorm van onverantwoorde discriminatie, die het bij de artikelen 10 en 11 van de Grondwet gewaarborgde gelijkheidsbeginsel kan schenden, teweeg onder de personen die roerende of onroerende goederen om niet of onder bezwarende titel hebben afgestaan, doordat het alleen de afstand van ' het woonhuis van de betrokkene en/of van de personen waarmee hij dezelfde hoofdverblijfplaats deelt die geen ander bebouwd onroerend goed bezit of bezitten, in zover de opbrengst van de afstand nog geheel of gedeeltelijk in het in aanmerking genomen ...[+++]


Einerseits schreibe der fragliche Artikel 10 des Gesetzes eine doppelte Berücksichtigung des Erlöses aus der Abtretung vor, außer in dem im letzten Absatz dieses Artikels vorgesehenen Fall, nämlich wenn die Abtretung sich auf das Wohnhaus des Betreffenden und/oder der Personen, mit denen er denselben Hauptwohnort teile, bezogen habe, sofern er (sie) kein anderes bebautes unbewegliches Gut besitze (besäßen) und insofern der Erlös aus der Abtretung noch ganz oder teilweise in der in Betracht gezogenen Vermögensmasse erscheine.

Enerzijds, zou het in het geding zijnde artikel 10 van de wet een dubbele inaanmerkingneming van de opbrengst van de afstand opleggen, behalve in het in het laatste lid van dat artikel beoogde geval, namelijk wanneer de afstand betrekking heeft op het woonhuis van de betrokkene en/of de personen waarmee hij dezelfde hoofdverblijfplaats deelt, voor zover hij (zij) geen ander bebouwd onroerend goed bezit of bezitten en in zoverre de opbrengst van de afstand nog geheel of gedeeltelijk in het in aanmerking genomen vermogen wordt teruggevonden.




datacenter (6): www.wordscope.be (v4.0.br)

'Bebautes unbewegliches Gut' ->

Date index: 2023-10-17
w