Am 8. Dezember 2006 nahm die Generalversammlung der Vereinten Nationen die Resolution 61/105 an und führte damit einen Prozess fort, der 2004 mit der Resolution 59/25 begonnen hatte.
Op 8 december 2006 keurde de Algemene vergadering van de Verenigde Naties Resolutie 61/105 goed; deze was het resultaat van een proces dat in 2004 met Resolutie 59/25 op gang was gebracht.