21. betont, dass in Fällen, in denen die Mitgliedstaaten Sanktionen gegen Landwirte wegen Nichteinhaltung von Rechtsvorschriften anwenden, diese Sanktionen transparent, einfach und verhältnismäßig angewandt werden müssen und dass dabei den Gegebenheiten vor Ort Rechnung getragen werden muss;
21. onderstreept dat als lidstaten boetes opleggen aan landbouwers die de regels niet naleven, deze boetes moeten worden opgelegd op transparante, eenvoudige en evenredige wijze, waarbij rekening wordt gehouden met de feitelijke situatie;