Vertaling van " vernünftige grundlage " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

auf Grundlage von Mistela arbeiten | auf Grundlage von Mistelle arbeiten
met mistella werken

Therapie auf der Grundlage des Glaubens | Therapie auf der Grundlage von Glauben und Gebeten(Wunderheilung)
gebedsgenezing

Basiskarte | Kartengrund | Kartenunterdruck | Kartenuntergrund | Kartenunterlage | topografische Grundlage | topographische Grundlage
topografische basiskaart

vernünftiger Zweifel
redelijke twijfel

vernünftige Person
redelijk persoon

technische Grundlage
technische grondslag

auf der Grundlage eines Wettbewerbs
na mededinging

Konzeptionnelle Grundlage
Copy platform

Berichte zu Tieren auf der Grundlage von Aufzeichnungen verfassen
rapporten op basis van dossiers van dieren opstellen | verslagen op basis van dossiers van dieren opstellen | verslagen gebaseerd op dossiers van dieren opmaken | verslagen op basis van dossiers van dieren opmaken

Unternehmensteams auf der Grundlage von Kompetenzen bilden
organisatorische teams vormen op basis van bekwaamheden | organisatorische teams vormen op basis van competenties

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Der Gerichtshof beachtet grundsätzlich die Weise, auf die der Staat die Notwendigkeiten der Gemeinnützigkeit gestaltet, außer wenn dessen Urteil sich als ' offensichtlich ohne vernünftige Grundlage ' erweist [ .] .
In beginsel eerbiedigt het Hof de wijze waarop de Staat vorm geeft aan de vereisten van het openbaar nut, tenzij het oordeel van die laatste ' manifest zonder redelijke grondslag ' blijkt te zijn [ .] .

F. in der Erwägung, dass die Beschlussentwürfe im Rahmen des Gemeinsamen Mechanismus für politische und Sicherheitsfragen, die den Parteien am 4. April 2012 von der Hochrangigen Umsetzungsgruppe der Afrikanischen Union vorgelegt wurden, eine vernünftige Grundlage für die Schaffung beiderseitiger Sicherheit entlang der gemeinsamen Grenze zwischen dem Sudan und dem Südsudan bilden;
F. overwegende dat de ontwerpbesluiten van het gezamenlijk politiek en veiligheidsmechanisme, die op 4 april 2012 aan de partijen zijn voorgesteld door het panel op hoog niveau van de Afrikaanse Unie, een deugdelijke basis verschaffen voor het bereiken van wederzijdse veiligheid aan de gemeenschappelijke grens tussen Sudan en Zuid-Sudan;

L. in der Erwägung, dass die Beschlüsse, für die der Gemeinsame Mechanismus für politische und Sicherheitsfragen der Hochrangigen Umsetzungsgruppe der Afrikanischen Union den Parteien am 4. April 2012 jeweils einen Entwurf vorgelegt hat, eine vernünftige Grundlage für die Schaffung gegenseitiger Sicherheit entlang der gemeinsamen Grenze zwischen dem Sudan und dem Südsudan bilden;
L. overwegende dat de ontwerpbesluiten van het gezamenlijk politiek en veiligheidsmechanisme, die d.d. 4 april 2012 aan de partijen zijn voorgesteld door het panel op hoog niveau van de Afrikaanse Unie, een deugdelijke basis verschaffen voor het bereiken van wederzijdse veiligheid aan de gemeenschappelijke grens tussen Sudan en Zuid-Sudan;

H. in der Erwägung, dass die Ergebnisse der Hochrangigen Umsetzungsgruppe der Afrikanischen Union vom 4. April 2012 eine vernünftige Grundlage für die Schaffung gegenseitiger Sicherheit entlang der gemeinsamen Grenze zwischen dem Sudan und dem Südsudan bilden;
H. overwegende dat de resultaten van de bijeenkomst van het panel op hoog niveau van de Afrikaanse Unie dd. 4 april 2012 een deugdelijke basis verschaffen voor het bereiken van wederzijdse veiligheid aan de gemeenschappelijke grens tussen Sudan en Zuid-Sudan;

« Dass beim derzeitigen Stand der Gesetzgebung der Staat auf der Grundlage der Artikel 1382 und 1383 des Zivilgesetzbuches in der Regel für den Schaden haftbar gemacht werden kann, der sich aus einem Fehler eines Richters oder eines Mitglieds der Staatsanwaltschaft ergibt, wenn dieser Magistrat innerhalb der Grenzen seiner gesetzlichen Zuständigkeiten gehandelt hat oder wenn davon auszugehen ist, dass er innerhalb dieser Grenzen wie jeder vernünftige und vorsichtige Mensch gehandelt hat; dass jedoch, wenn diese Handlung unmittelbar Gegenstand der Rechtsprechungsfunktion ist, der Antrag auf Wiedergutmachung des Schadens in der Regel nur zulässig ist, wenn die angefochtene Handlung durch eine formell rechtskräftige Entscheidung widerrufen, abgeändert, für nichtig erklärt oder zurückgezogen wurde wegen Verstoßes gegen eine feststehende Rechtsnorm, und daher nicht mehr materiell rechtskräftig ist;
« Dat in de huidige stand van de wetgeving van de Staat, in de regel, op basis van de artikelen 1382 en 1383 van het Burgerlijk Wetboek aansprakelijk kan worden verklaard voor de schade ten gevolge van een door een rechter of een ambtenaar van het openbaar ministerie begane fout, wanneer die magistraat binnen de grenzen van zijn wettelijke bevoegdheden heeft gehandeld of ieder redelijk en voorzichtig mens moet aannemen dat hij binnen die grenzen heeft gehandeld; dat echter, indien die handeling het rechtstreeks voorwerp is van de rechtsprekende functie, de vordering tot vergoeding van de schade, in de regel, echter slechts ontvankelijk is als de litigieuze akte bij een in kracht van gewijsde gegane beslissing ingetrokken, gewijzigd, vernietigd of herroepen is wegens schending van een gevestigde rechtsnorm en derhalve geen gezag van gewijsde meer heeft;

Die Berichterstatterin hält die vorgeschlagenen 50.000.000 EUR zwar für knapp bemessen, aber dennoch für eine vernünftige Grundlage für die Finanzierung der in Artikel 4 des Vorschlags beschriebenen Maßnahmen, macht jedoch auf die Herkunft dieses Geldes aufmerksam.
De rapporteur is van mening dat het voorgestelde bedrag van 50 miljoen euro weliswaar aan de lage kant is, maar toch een redelijke basis vormt voor de financiering van de in artikel 4 van het voorstel genoemde acties. Wel vraagt zij zich af waar dat geld vandaan moet komen.

In seinem Urteil Nr. 64/2009 vom 2. April 2009 erkannte der Hof, indem er über eine ähnliche Beschwerde in Bezug auf das Gesetz vom 10. Mai 2007 zur Bekämpfung bestimmter Formen von Diskriminierung befand, dass der Gesetzgeber dadurch, dass er in die aufgeführten Diskriminierungsgründe nicht denjenigen der gewerkschaftlichen Uberzeugung aufgenommen hat, die Opfer einer Diskriminierung auf der Grundlage dieses Grundes und die Opfer einer Diskriminierung auf der Grundlage eines der in Artikel 4 Nr. 4 des vorerwähnten Gesetzes angeführten Gründe ohne vernünftige Rechtfertigung unterschiedlich behandelt hat.
In zijn arrest nr. 64/2009 van 2 april 2009 heeft het Hof, uitspraak doende over een soortgelijke grief met betrekking tot de wet van 10 mei 2007 ter bestrijding van bepaalde vormen van discriminatie, geoordeeld dat de wetgever, door onder de opgesomde discriminatiegronden niet de grond van de syndicale overtuiging op te nemen, de slachtoffers van discriminatie op basis van die grond en de slachtoffers van discriminatie op basis van een van de gronden opgesomd in artikel 4, 4°, van de voormelde wet zonder redelijke verantwoording verschillend heeft behandeld.

In seinem Urteil Nr. 64/2009 (B.8.15) erkannte der Hof, indem er über eine ähnliche Beschwerde in Bezug auf das Gesetz vom 10. Mai 2007 zur Bekämpfung bestimmter Formen von Diskriminierung befand, dass der Gesetzgeber dadurch, dass er in die aufgeführten Diskriminierungsgründe nicht denjenigen der gewerkschaftlichen Uberzeugung aufgenommen hat, die Opfer einer Diskriminierung auf der Grundlage dieses Grundes und die Opfer einer Diskriminierung auf der Grundlage eines der in Artikel 4 Nr. 4 des vorerwähnten Gesetzes angeführten Gründe ohne vernünftige Rechtfertigung unterschiedlich behandelt hat.
In zijn arrest nr. 64/2009 (B.8.15) heeft het Hof, uitspraak doende over een soortgelijke grief met betrekking tot de wet van 10 mei 2007 ter bestrijding van bepaalde vormen van discriminatie, geoordeeld dat de wetgever, door onder de opgesomde discriminatiegronden niet de grond van de syndicale overtuiging op te nemen, de slachtoffers van discriminatie op basis van die grond en de slachtoffers van discriminatie op basis van een van de gronden opgesomd in artikel 4, 4°, van de voormelde wet zonder redelijke verantwoording verschillend heeft behandeld.

Aus dem Vorstehenden geht hervor, dass öffentliche oder private Organisationen, deren Grundlage nicht auf dem Glauben oder der Weltanschauung beruht, in Anwendung von Artikel 7 des allgemeinen Antidiskriminierungsgesetzes sehr wohl einen unmittelbaren Unterschied auf der Grundlage eines der im Gesetz angeführten Gründe, einschliesslich des Glaubens und der Weltanschauung, machen können, insofern dies vernünftig gerechtfertigt ist.
Uit wat voorafgaat blijkt dat publieke en particuliere organisaties waarvan de grondslag niet op geloof of levensbeschouwing is gebaseerd, met toepassing van artikel 7 van de Algemene Antidiscriminatiewet, wel degelijk een direct onderscheid vermogen te maken op basis van een van in de wet vermelde gronden, met inbegrip van geloof en levensbeschouwing, voor zover daartoe een redelijke verantwoording bestaat.