Im Ubrigen sieht der angefochtene Artikel 116 § 4 des Dekrets vom 18. Mai 1999 vor, dass, « falls sich das Objekt des Regularisierungsantrags in einem raumordnerisch gefährdeten Gebiet befindet », « in jedem Fall eine öffentliche Untersuchung durchgeführt werden muss », selbst wenn die üblichen Verpflichtungen zur Organisation einer öffentlichen Untersuchung über einen Genehmigungsantrag dies für die betreffende Genehmigung nicht vorschreiben.
Overigens voorziet het bestreden artikel 116, § 4, van het decreet van 18 mei 1999 erin dat « indien het voorwerp van de regularisatieaanvraag gelegen is in ruimtelijk kwetsbaar gebied » « alleszins een openbaar onderzoek moet worden ingericht » en dit zelfs indien de gebruikelijke verplichtingen tot de organisatie van een openbaar onderzoek over een vergunningsaanvraag dit voor de vergunning in kwestie niet zouden voorschrijven.