Vertaling van " jahr 2011 notwendig " (Duits → Nederlands) :

12. stellt fest, dass die GD Gesundheit und Verbraucherschutz mit der konkreten Verwendung von 230 436 939 EUR für Haushaltslinien der öffentlichen Gesundheit im Jahr 2012 betraut war, wovon 99,3 % in zufriedenstellender Weise gebunden wurden; ist sich jedoch dessen bewusst, dass etwa 77 % dieser Haushaltsmittel direkt an drei dezentrale Agenturen (ECDC, EFSA und EMA) überwiesen wurden; ist ebenfalls einverstanden, was die Verwendungsrate von 99,2 % bei den Mitteln für Zahlungen angeht; stellt fest, dass durch die globale Mittelübertragung DEC 30/2012 Zahlungsermächtigungen in Höhe von 2,5 Mio. EUR hinzugefügt wurden, was durch Verzögerungen bei der Unterzeichnung von Finanzhilfevereinbarungen gemäß Mittelanträgen aus dem Jahr 2011 notwendig geworden ist, bei denen eine Vorfinanzierung im Jahr 2012 fällig wurde;
12. neemt kennis van het feit dat DG SANCO in 2012 verantwoordelijk was voor de uitvoering van 230.436.939 EUR aan begrotingsonderdelen voor volksgezondheid, waarvan 99,3% op bevredigende wijze werd vastgelegd; is zich er echter van bewust dat ongeveer 77% van dat bedrag rechtstreeks wordt overgedragen aan drie gedecentraliseerde agentschappen (ECDC, EFSA en EMA); is het eveneens eens met de uitvoering van 99,2% van betalingskredieten; merkt op dat 2,5 miljoen EUR betalingskredieten door middel van de algemene overschrijving DEC 30/2012 werd toegevoegd, die noodzakelijk waren geworden nadat vertraging was opgelopen bij de ondertekening van de subsidieovereenkomsten in het kader van een oproep waarvan voorfinancieringen in 2012 moest worden betaald;

Das Ausmaß der Verluste der ÖVAG im Jahr 2011 machte weitere staatliche Beihilfemaßnahmen notwendig, und zwar eine Kapitalzuführung des Staates in Höhe von 250 Mio. EUR in Form von Stammaktien (im Folgenden „Kapitalzuführung von 2012“) und eine Asset-Garantie.
De omvang van de verliezen van ÖVAG in 2011 maakte verdere steunmaatregelen noodzakelijk, meer bepaald een kapitaalinjectie van de overheid van 250 miljoen EUR in de vorm van gewone aandelen (hierna de „kapitaalinjectie van 2012” genoemd) en de toekenning van een activagarantie.

Um das erforderliche Expertenwissen und die notwendige Unterstützung bereitzustellen, hat die Kommission im Jahr 2011 eine Sachverständigengruppe zu lärmabhängigen Wegeentgelten eingerichtet.
Om de nodige deskundigheid en ondersteuning bijeen te brengen heeft de Commissie in 2011 een werkgroep van deskundigen inzake NDTAC opgezet.

Durch den Nuklearunfall von Fukushima (Japan) im Jahr 2011 wurde weltweit die Aufmerksamkeit erneut auf die Maßnahmen gelenkt, die zur Minimierung der Risiken und zur Gewährleistung einer belastbaren nuklearen Sicherheit notwendig sind.
Het ongeval met de kerncentrale van Fukushima in Japan in 2011 heeft wereldwijd opnieuw de aandacht gevestigd op de maatregelen die moeten worden getroffen om de risico's te minimaliseren en de meest robuuste niveaus van nucleaire veiligheid te garanderen.

13. weist darauf hin, dass die Kommission im Jahr 2011 64 mit Gründen versehene Stellungnahmen im Sinne des Protokolls (Nr. 2) über die Anwendung der Grundsätze der Subsidiarität und der Verhältnismäßigkeit erhalten hat, was einen erheblichen Anstieg im Vergleich zum Jahr 2010 darstellt; stellt jedoch fest, dass diese 64 begründeten Stellungnahmen nur etwa 10 % der insgesamt 622 Stellungnahmen von nationalen Parlamenten darstellen, die im Jahr 2011 im Rahmen des entsprechenden politischen Dialogs bei der Kommission eingingen; verweist zudem auf die Tatsache, dass kein Kommissionsvorschlag eine ausreichende Anzahl mit Gründen versehener Stellungnahmen erhalten hat, um die Verfahren der „gelben“ oder der „orangefarbenen Karte“ nach diesem Protokoll auszulösen; stellt jedoch fest, dass am 22. Mai 2012 einem Vorschlag der Kommission (Vorschlag für eine Verordnung über die Ausübung des Rechts auf Durchführung kollektiver Maßnahmen im Kontext der Niederlassungs- und der Dienstleistungsfreiheit, die sogenannte Monti-II-Verordnung) erstmalig eine „gelbe Karte“ erteilt wurde; betont, dass die Kommission den Vorschlag nicht deshalb zurückgezogen hat, weil sie der Auffassung war, dass gegen den Grundsatz der Subsidiarität verstoßen wurde, sondern weil sie festgestellt hat, dass der Vorschlag im Parlament und im Rat nur schwer die für seine Annahme notwendige politische Unterstützung erhalten hätte;
13. benadrukt dat de Commissie in 2011 64 met redenen omklede adviezen heeft ontvangen in de zin van protocol nr. 2 betreffende de toepassing van de beginselen van subsidiariteit en evenredigheid, wat een aanzienlijke toename is in vergelijking met 2010; stelt echter vast dat die 64 met redenen omklede adviezen slechts 10% van de in het totaal 622 adviezen uitmaken die in het kader van de respectieve politieke dialoog door de nationale parlementen naar de Commissie werden gezonden in 2011; vestigt voorts de aandacht op het feit dat er voor geen enkel Commissievoorstel voldoende met redenen omklede adviezen werden ontvangen om de "gele of oranje kaart"-procedures in werking te doen treden krachtens het protocol; stelt daarentegen vast dat op 22 mei 2012 voor het eerst een "gele kaart" is getrokken voor een voorstel van de Commissie (voorstel voor een verordening van de Raad betreffende de uitoefening van het recht om collectieve actie te voeren in de context van de vrijheid van vestiging en de vrijheid van dienstverrichting, "Monti II"); onderstreept dat de Commissie het voorstel niet heeft ingetrokken omdat zij achtte dat inbreuk was gemaakt op het subsidiariteitbeginsel, maar omdat zij vaststelde dat het onwaarschijnlijk was dat het voorstel binnen het Parlement en de Raad de nodige politieke steun zou krijgen om te kunnen worden aangenomen;

22. weist darauf hin, dass die Kommission im Jahr 2011 64 begründete Stellungnahmen im Sinne des Protokolls (Nr. 2) über die Anwendung der Grundsätze der Subsidiarität und der Verhältnismäßigkeit erhalten hat, was einen erheblichen Anstieg im Vergleich zum Jahr 2010 darstellt; stellt jedoch fest, dass diese 64 begründeten Stellungnahmen nur ca. 10 % der insgesamt 622 Stellungnahmen von einzelstaatlichen Parlamenten darstellen, die im Jahr 2011 im Rahmen des entsprechenden politischen Dialogs bei der Kommission eingingen; verweist zudem auf die Tatsache, dass kein Kommissionsvorschlag eine ausreichende Anzahl begründeter Stellungnahmen erhalten hat, um die Verfahren der „gelben“ oder der „orangefarbenen Karte“ nach diesem Protokoll auszulösen; stellt jedoch fest, dass am 22. Mai 2012 einem Vorschlag der Kommission (Vorschlag für eine Verordnung über die Ausübung des Rechts auf Durchführung kollektiver Maßnahmen im Kontext der Niederlassungs- und der Dienstleistungsfreiheit, die sogenannte Monti-II-Verordnung) erstmalig eine „gelbe Karte“ erteilt wurde; betont, dass die Kommission den Vorschlag nicht deshalb zurückgezogen hat, weil sie der Auffassung war, dass gegen den Grundsatz der Subsidiarität verstoßen wurde, sondern weil sie festgestellt hat, dass der Vorschlag im Parlament und im Rat nur schwer die für seine Annahme notwendige politische Unterstützung erhalten hätte;
22. benadrukt dat in 2011 de Commissie 64 gemotiveerde adviezen heeft ontvangen in de zin van Protocol nr. 2 betreffende de toepassing van de beginselen van subsidiariteit en evenredigheid, wat een aanzienlijke toename is in vergelijking met 2010; stelt echter vast dat die 64 gemotiveerde adviezen slechts 10% van de in het totaal 622 adviezen uitmaken die in het kader van de betreffende politieke dialoog door de nationale parlementen in 2011 naar de Commissie werden gezonden; vestigt voorts de aandacht op het feit dat er voor geen enkel Commissievoorstel voldoende gemotiveerde adviezen werden ontvangen om de "gele of oranje kaart"-procedures krachtens het Protocol in werking te doen treden; stelt daarentegen vast dat op 22 mei 2012 voor het eerst een "gele kaart" is getrokken voor een voorstel van de Commissie (voorstel voor een verordening van de Raad betreffende de uitoefening van het recht om collectieve actie te voeren in de context van de vrijheid van vestiging en de vrijheid van dienstverrichting, "Monti II"); onderstreept dat de Commissie het voorstel ingetrokken heeft niet omdat zij van mening was dat inbreuk was gemaakt op het subsidiariteitbeginsel, maar omdat zij vaststelde dat het onwaarschijnlijk was dat het voorstel binnen het Parlement en de Raad de nodige politieke steun zou krijgen om te kunnen worden aangenomen;

23. weist darauf hin, dass die Kommission im Jahr 2011 64 begründete Stellungnahmen im Sinne des Protokolls (Nr. 2) über die Anwendung der Grundsätze der Subsidiarität und der Verhältnismäßigkeit erhalten hat, was einen erheblichen Anstieg im Vergleich zum Jahr 2010 darstellt; stellt jedoch fest, dass diese 64 begründeten Stellungnahmen nur ca. 10 % der insgesamt 622 Stellungnahmen von einzelstaatlichen Parlamenten darstellen, die im Jahr 2011 im Rahmen des entsprechenden politischen Dialogs bei der Kommission eingingen; verweist zudem auf die Tatsache, dass kein Kommissionsvorschlag eine ausreichende Anzahl begründeter Stellungnahmen erhalten hat, um die Verfahren der „gelben“ oder der „orangefarbenen Karte“ nach diesem Protokoll auszulösen; stellt jedoch fest, dass am 22. Mai 2012 einem Vorschlag der Kommission (Vorschlag für eine Verordnung über die Ausübung des Rechts auf Durchführung kollektiver Maßnahmen im Kontext der Niederlassungs- und der Dienstleistungsfreiheit, die sogenannte Monti-II-Verordnung) erstmalig eine „gelbe Karte“ erteilt wurde; betont, dass die Kommission den Vorschlag nicht deshalb zurückgezogen hat, weil sie der Auffassung war, dass gegen den Grundsatz der Subsidiarität verstoßen wurde, sondern weil sie festgestellt hat, dass der Vorschlag im Parlament und im Rat nur schwer die für seine Annahme notwendige politische Unterstützung erhalten hätte;
23. benadrukt dat in 2011 de Commissie 64 gemotiveerde adviezen heeft ontvangen in de zin van Protocol nr. 2 betreffende de toepassing van de beginselen van subsidiariteit en evenredigheid, wat een aanzienlijke toename is in vergelijking met 2010; stelt echter vast dat die 64 gemotiveerde adviezen slechts 10% van de in het totaal 622 adviezen uitmaken die in het kader van de betreffende politieke dialoog door de nationale parlementen in 2011 naar de Commissie werden gezonden; vestigt voorts de aandacht op het feit dat er voor geen enkel Commissievoorstel voldoende gemotiveerde adviezen werden ontvangen om de „gele of oranje kaart”-procedures krachtens het Protocol in werking te doen treden; stelt daarentegen vast dat op 22 mei 2012 voor het eerst een „gele kaart” is getrokken voor een voorstel van de Commissie (voorstel voor een verordening van de Raad betreffende de uitoefening van het recht om collectieve actie te voeren in de context van de vrijheid van vestiging en de vrijheid van dienstverrichting, „Monti II”); onderstreept dat de Commissie het voorstel ingetrokken heeft niet omdat zij van mening was dat inbreuk was gemaakt op het subsidiariteitbeginsel, maar omdat zij vaststelde dat het onwaarschijnlijk was dat het voorstel binnen het Parlement en de Raad de nodige politieke steun zou krijgen om te kunnen worden aangenomen;

5. bedauert, dass Kommission und Rat keine ausreichenden Mittel bereitgestellt haben, um den Landwirtschaftshaushalt in der erweiterten Union angemessen auszustatten; weist darauf hin, dass mit der schrittweisen Einführung der Direktzahlungen in den neuen Mitgliedstaaten ein zusätzlicher Haushaltsmittelbedarf von etwa 800 Mio. EUR pro Jahr entsteht, der leider nicht durch einen Anstieg des Gesamtagrarhaushalts gedeckt ist; fordert die Kommission nachdrücklich auf, zu klären, wie dieser zusätzliche Bedarf an Haushaltsmitteln gedeckt werden soll; begrüßt es, dass dank dem erheblichen Spielraum in Rubrik 2 im Jahr 2011 keine Haushaltsdisziplin praktiziert wird; verleiht seiner Besorgnis darüber Ausdruck, dass dieser Spielraum im Haushaltsplan 2012 wahrscheinlich stark verringert wird; nimmt mit Besorgnis die Warnung der Kommission zur Kenntnis, dass für 2013 Haushaltsdisziplin notwendig wird;
5. betreurt het feit dat de Commissie en de Raad onvoldoende middelen ter beschikking hebben gesteld om te voldoen aan de noden van de landbouwbegroting in een uitgebreide EU; herinnert eraan dat de geleidelijke invoering van directe betalingen in de nieuwe lidstaten met zich meebrengt dat 800 miljoen euro extra per jaar nodig is in de begroting, wat helaas niet wordt gedekt door een verhoging van de totale landbouwbegroting; roept de Commissie op met spoed te verduidelijken hoe deze bijkomende nood aan begrotingsmiddelen zal worden gedekt; is verheugd over het feit dat de aanzienlijke marge in rubriek 2 betekent dat het mechanisme voor financiële discipline niet zal worden toegepast in 2011; is bezorgd over het feit dat de marge voor de begroting 2012 waarschijnlijk aanzienlijk zal worden verkleind; neemt met bezorgdheid kennis van de waarschuwing van de Commissie dat financiële discipline nodig zal zijn in 2013;