– Herr Präsident, Frau Vizepräsidentin, meine Damen und Herren! Ich lege die Gedanken weg, die ich mir für den heutigen Tag vorbereitet habe, weil ich auf einige Wortbeiträge eingehen möchte und noch einmal die Kernaussage herausarbeiten will.
– (DE) Mijnheer de Voorzitter, mevrouw de vice-voorzitter, dames en heren, ik had voor vandaag een toespraak voorbereid, maar die leg ik opzij.