(1) Die Mitgliedstaaten tragen dafür Sorge, dass die Mastbetriebe für Roten Thun, die ihrer Gerichtsbarkeit unterstehen, ihren zuständigen Behörden 72 Stunden nach Beendigung einer Hälterung durch ein Fischereifahrzeug oder Transportschiff eine Hälterungserklärung gemäß Anhang Ia vorlegen.
1. De lidstaten nemen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de onder hun jurisdictie vallende mestbedrijven voor blauwvintonijn uiterlijk 72 uur na afloop van het kooien van dieren door een vissers- of transportvaartuig, de in bijlage I bis bedoelde kooiverklaring afgeven aan hun bevoegde autoriteiten.