1. Ten behoeve van de identificatie en tracering van geassembleerde vuurwapens vereisen de lidstaten dat bij de vervaardiging van elk vuurwapen een unieke markering wordt aangebracht met de naam of het merk van de fabrikant, het land of de plaats van vervaardiging, het serienummer en het jaar van vervaar
diging (indien geen deel uitmakend van het serienummer), zoals is voorgeschreven in het Verdrag van 1 juli 1969 inzake de wederzijdse erkenning van keurmerken van handvuurwapens (CIP),
of hanteren zij een andere unieke en gebruikersvri
...[+++]endelijke markering bestaande uit een numerieke en/of alfanumerieke code, aan de hand waarvan alle lidstaten het land van vervaardiging eenvoudig kunnen identificeren.