Die Rechtsmittelführerin verweist darauf, dass es die Hauptaufgabe des EuGH sei, eine einheitliche Auslegung des Begriffes und des Umfangs der jeweiligen Dienstleistungen (Urteile Praktiker, C-418/02, Rn. 33, sowi
e Zino Davidoff und Levi Strauss, C-414/99 bis C-416/99, Rn. 42 und 43) sowie des Urteils IP-Translator (Urteil vom 19. Juni 2012, C-307/10) zu liefern, wonach „Waren und Dienstleistungen in objektiver Weise definierbar sein müssen, um die Fun
ktion der Marke als Herkunftsangabe ausfüllen zu können“, und ersucht den EuGH um ei
...[+++]ne „hinreichend präzise und klare“ Definition von „Vertriebsdienstleistungen“.Rekwirante betoogt dat de hoofdtaak van het Hof van Justitie erin bestaat om een uniforme uitleggi
ng te geven van het begrip en de omvang van de desbetreffende diensten (arresten Praktiker, C-418/02, punt 33, en Zino Davidoff en Levi Strauss, C-414/99-C-416/99, punten 42 en 43) en van het arrest „IP-Translator” (C-307/10, 19 juni 2012) volgens hetwelk „waren en diensten obje
ctief moeten kunnen worden omschreven om de herkomstaanduidende functie van het merk te vervullen” en verzoekt het Hof van Justitie om een „voldoende nauwkeurige e
...[+++]n duidelijke” omschrijving van „distributiediensten”.