Trotz aller politischen Pläne und Rechtsvorschriften bleibt es bei der erwiesenen Tatsache, dass eine Frau in der Union durchschnittlich 84% des Lohns eines Mannes verdient, dass die Trennung nach Geschlechtern auf dem Arbeitsmarkt in der Union und in den Beitrittsländern noch immer erhebliche Ausmaße aufweist und dass die durchschnittliche Arbeitslosigkeit im Jahr 2001 in der Union bei Frauen 2,3% höher lag als bei Männern.
Ondanks alle beleidsplannen en wetgeving blijven de geconstateerde feiten dat een vrouw in de Unie gemiddeld 84% verdient van het loon van een man, dat de gendersegregatie op de arbeidsmarkt in de Unie en in de toetredingslanden nog steeds aanzienlijk is en dat de gemiddelde werkloosheid in 2001 in de Unie bij vrouwen 2.3% hoger was dan bij mannen.