Art. 30. Ingeval de werknemer meerdere vervoermiddelen gebruikt, waarvan de afstand afgelegd met een stedelijk en/of voorstedelijk gemeenschappelijk openbaar vervoermiddel niet kan worden nagegaan, moet de tussenkomst voor de afgelegde afstand met dit stedelijk en/of voorstedelijk gemeenschappelijk openbaar vervoermiddel forfaitair worden vastgelegd zoals bepaald in artikel 25, 2., b).
Art. 30. Au cas où le travailleur utilise plusieurs moyens de transport, dont la distance effectuée par un moyen de transport public en commun urbain et/ou suburbain ne peut être vérifiée, il y a lieu de fixer l'intervention pour la distance parcourue par ce moyen de transport public en commun urbain et/ou suburbain forfaitairement comme prévu à l'article 25, 2., b).