9. De uitoefening van een bijkomende, be
zoldigde activiteit valt daarentegen steeds binnen het toepassingsveld van artikel 134 WGP en noodzaakt bijgevolg het toekennen van een voorafgaande afwijking vooraleer men de activiteit werkelijk kan uitoefenen, zonder evenwe
l afbreuk te willen doen aan het zesde lid van het punt II van de voormelde ministeriële omzendbrief GPI 27 waarin wordt voorzien dat er geen enkele individuele afwijking dient gevraagd te worden wanneer men een activiteit uitoefent als lid van het professorenkorps van een
...[+++]politieschool.
9. L'exercice d'une activité complémentaire rémunérée tombera, par contre, chaque fois sous le champ d'application des interdictions portées par l'article 134 de la LPI et nécessitera dès lors toujours l'octroi d'une dérogation préalable avant de pouvoir être exercée, sans préjudice toutefois de l'alinéa 6 du point II de la circulaire ministérielle GPI 27 susmentionnée où il est prévu qu'aucune dérogation individuelle ne doit être demandée pour l'exercice de la fonction de membre du corps professoral d'une école de police.