In punt 1.2.4.3 „Noodstop” van bijlage I bij Richtlijn 2006/42/EG is vastgesteld dat een machine moet zijn voorzien van één of meerdere noodstopinrichtingen waarmee reële of dreigende gevaarlijke situaties kunnen worden afgewend.
Selon la section 1.2.4.3 «Arrêt d'urgence» de l'annexe I de la directive 2006/42/CE, la machine doit être munie d'un ou de plusieurs dispositifs d'arrêt d'urgence permettant d'éviter des situations dangereuses qui sont en train de se produire ou qui sont imminentes.