De waardevermindering van het niet-onteigende deel, ten gevolge van de onteigening, moet immers reeds vervat zijn in de onteigeningsvergoeding die hij voor het onteigende deel heeft ontvangen (B.12 en B.13.1).
La moins-value de la portion non expropriée, résultant de l'expropriation, doit en effet déjà être contenue dans l'indemnité d'expropriation qu'il doit recevoir pour la partie expropriée (B.12 et B.13.1).