Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
Te bepalen

Traduction de «zaak in andere zin zouden doen » (Néerlandais → Allemand) :

Tenzij de bewoordingen van de prejudiciële vraag of de gegevens van de zaak in andere zin zouden doen besluiten, dient het Hof de bestaanbaarheid van een wettelijke norm met de bepalingen van titel II van de Grondwet te controleren op het moment van die toetsing en niet op het moment van het tot stand komen van die wetskrachtige norm.

Sofern der Wortlaut der präjudiziellen Frage oder der Sachverhalt nicht zu einer anderen Schlussfolgerung führen, muss der Hof die Vereinbarkeit einer Gesetzesnorm mit den Bestimmungen von Titel II der Verfassung zum Zeitpunkt ihrer Prüfung und nicht zum Zeitpunkt der Annahme der Gesetzesnorm prüfen.


Op 2 juni 2016 hebben de rechters-verslaggevers J.-P. Snappe en L. Lavrysen, met toepassing van artikel 72, eerste lid, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, het Hof ervan in kennis gesteld dat zij ertoe zouden kunnen worden gebracht voor te stellen het onderzoek van de zaak af te doen met een arrest gewezen op voorafgaande rechtspleging.

Am 2. Juni 2016 haben die referierenden Richter J.-P. Snappe und L. Lavrysen in Anwendung von Artikel 72 Absatz 1 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989 über den Verfassungsgerichtshof den Gerichtshof davon in Kenntnis gesetzt, dass sie dazu veranlasst werden könnten, vorzuschlagen, die Untersuchung der Rechtssache durch einen Vorverfahrensentscheid zu erledigen.


Tenzij de bewoordingen van de prejudiciële vraag of de gegevens van de zaak in andere zin zouden doen besluiten, dient het Hof de bestaanbaarheid van een wetgevende norm met de bepalingen van titel II van de Grondwet te controleren op het moment van de toetsing en niet op het moment van het tot stand komen van die wetgevende norm.

Sofern die Formulierung der präjudiziellen Frage oder die Angaben der Rechtssache nicht zu einer anderen Schlussfolgerung führen, muss der Hof die Vereinbarkeit einer Gesetzesnorm mit den Bestimmungen von Titel II der Verfassung zum Zeitpunkt dieser Kontrolle und nicht zum Zeitpunkt der Annahme der Gesetzesnorm prüfen.


3. Schendt artikel 577-2 van het Burgerlijk Wetboek, inzonderheid de §§ 3 en 5, zoals deze bepaling (in haar huidige en toenmalige context) van toepassing is sinds 1 september 2005, in zoverre het bepaalt of in die zin geïnterpreteerd wordt dat de deelgenoot die alleen het onverdeeld goed heeft gebruikt en het exclusief genot ervan heeft gehad, een vergoeding verschuldigd is aan de andere deelgenoot in verhouding tot hun aandeel in de opbrengstwaarde van dit goed, ook wanneer de eerstgenoemde deelgenoot geen schuld heeft aan de omstandigheid dat de andere deelgenoot zijn ...[+++] recht op genot en gebruik niet in natura heeft uitgeoefend, en zelfs wanneer de andere deelgenoot vrijwillig weigert zijn recht op genot en gebruik in natura uit te oefenen, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, op zichzelf genomen of genomen in samenhang met artikel 16 van de Grondwet en artikel 1 van het (Eerste) Aanvullend Protocol bij het EVRM en artikel 14 van hetzelfde Verdrag, doordat de door de wet aan het eigendomsrecht van de eerste deelgenoot opgelegde beperkingen disproportioneel zijn, derwijze dat er geen rechtvaardig evenwicht, een ' fair balance ' (billijk evenwicht), bestaat tussen de eisen van het algemene belang (de bescherming van de belangen van mede-eigenaars die niet het genot hebben van de gemeenschappelijke zaak) en de bescherming van zijn fundamentele rechten en dat de inmenging een onevenredige last (' excessive burden ') op hem legt, terwijl aan het eigendomsrecht opgelegde beperkingen niet disproportioneel mogen zijn, derwijze dat er een billijk evenwicht (een ' fair balance ') moet bestaan tussen de eisen van het algemene belang (de bescherming van de belangen van mede-eigenaars die niet het genot hebben van de gemeenschappelijke zaak) en de bescherming van de fundamentele rechten van het individu en de inmenging geen onevenredige last (' excessive burden ') op de betrokkene mag leggen ?

3. Verstößt Artikel 577-2 des Zivilgesetzbuches, insbesondere die §§ 3 und 5 - so wie diese Bestimmung (in ihrem heutigen und damaligen Kontext) seit dem 1. September 2005 anwendbar ist -, insofern er bestimmt oder dahin ausgelegt wird, dass der Miteigentümer, der alleine das ungeteilte Gut gebraucht und den ausschließlichen Nutzen davon gehabt hat, dem anderen Miteigentümer eine Entschädi ...[+++]


Op 20 januari 2016 hebben de rechters-verslaggevers P. Nihoul en E. Derycke, met toepassing van artikel 72, eerste lid, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, het Hof ervan in kennis gesteld dat zij ertoe zouden kunnen worden gebracht voor te stellen het onderzoek van de zaak af te doen met een arrest gewezen op voorafgaande rechtspleging.

Am 20. Januar 2016 haben die referierenden Richter P. Nihoul und E. Derycke in Anwendung von Artikel 72 Absatz 1 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989 über den Verfassungsgerichtshof den Gerichtshof davon in Kenntnis gesetzt, dass sie dazu veranlasst werden könnten, vorzuschlagen, die Untersuchung der Rechtssache durch einen Vorverfahrensentscheid zu erledigen.


Op 19 november 2015 hebben de rechters-verslaggevers T. Giet en R. Leysen, met toepassing van artikel 72, eerste lid, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, het Hof ervan in kennis gesteld dat zij ertoe zouden kunnen worden gebracht voor te stellen het onderzoek van de zaak af te doen met een arrest gewezen op voorafgaande rechtspleging.

Am 19. November 2015 haben die referierenden Richter T. Giet und R. Leysen in Anwendung von Artikel 72 Absatz 1 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989 über den Verfassungsgerichtshof den Gerichtshof davon in Kenntnis gesetzt, dass sie dazu veranlasst werden könnten, vorzuschlagen, die Untersuchung der Rechtssache durch einen Vorverfahrensentscheid zu erledigen.


Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij twee vonnissen van 24 februari 2016 in zake respectievelijk M.A. en K. N'G. tegen de ambtenaar van de burgerlijke stand van de stad Namen en L.V.D. en K.D. tegen de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Sambreville, waarvan de expedities ter griffie van het Hof zijn ingekomen op 7 maart 2016, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Namen, afdeling Namen, de volgende prejudiciële vragen gesteld : « Schenden de artikelen 63, ...[+++]

Bekanntmachung vorgeschrieben durch Artikel 74 des Sondergesetzes vom 6. Januar 1989 In zwei Urteilen vom 24. Februar 2016 in Sachen M.A. und K. N'G. gegen den Standesbeamten der Stadt Namur beziehungsweise L.V.D. und K.D. gegen den Standesbeamten der Gemeinde Sambreville, deren Ausfertigungen am 7. März 2016 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen sind, hat Gericht erster Instanz Namur, Abteilung Namur, folgende Vorabentscheidungsfragen gestellt: « Verstoßen die Artikel 63, 165 und 167 des Zivilgesetzbuches ...[+++]


De Vlaamse Regering betwist de ontvankelijkheid van de beroepen tot vernietiging, doordat de verzoekende partijen hun beroep niet op rechtsgeldige wijze zouden hebben ingesteld (zaak nr. 5324) of doordat zij niet van het vereiste belang bij de vernietiging van de bestreden bepalingen zouden doen blijken (zaak nr. 5328).

Die Flämische Regierung stellt die Zulässigkeit der Nichtigkeitsklagen in Abrede, weil die klagenden Parteien ihre Klage nicht auf rechtsgültige Weise eingereicht hätten (Rechtssache Nr. 5324) oder weil sie nicht das erforderliche Interesse an der Nichtigerklärung der angefochtenen Bestimmungen nachwiesen (Rechtssache Nr. 5328).


Kunnen de autoriteiten van een lidstaat, in het kader van het onderzoek of een in een andere lidstaat gelegen onroerende zaak kan worden aangewezen als landgoed in de zin van de Natuurschoonwet 1928, voor bijstand van autoriteiten van de lidstaat waarin de onroerende zaak is gelegen, een beroep doen op richtlijn 2010/24/EU (1) van de Raad van 16 maart 2010 betreffende de wederzijdse bijstand inzake de invordering van schuldvorderingen die voortvloeien uit belastingen, rech ...[+++]

Können sich die Behörden eines Mitgliedstaats im Rahmen der Prüfung, ob eine in einem anderen Mitgliedstaat belegene Immobilie als Landgut im Sinne der Natuurschoonwet 1928 ausgewiesen werden kann, um Amtshilfe von Behörden des Mitgliedstaats, in dem diese Immobilie belegen ist, zu erhalten, auf die Richtlinie 2010/24/EU (1) des Rates vom 16. März 2010 über die Amtshil ...[+++]


De in B.11 vermelde bevoegdheid van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest inzake gemeenschappelijk vervoer machtigt daarom echter niet de Regering en de MIVB om, in de beheersovereenkomst waarvan sprake is in artikel 3 van de ordonnantie van 22 november 1990 - zoals gewijzigd bij artikel 3 van de ordonnantie van 6 maart 2008 -, « principes [te bepalen] betreffende de uitbating » van de door de ordonnantie van 6 maart 2008 beoogde vervoerdiensten, die op onevenredige wijze afbreuk zouden doen aan de bevoegdheid van andere regelgevers, en mac ...[+++]

Die in B.11 erwähnte Zuständigkeit der Region Brüssel-Hauptstadt für den öffentlichen Verkehr erlaubt es der Regierung und der STIB jedoch nicht, im Geschäftsführungsvertrag, der in Artikel 3 der Ordonnanz vom 22. November 1990 - in der durch Artikel 3 der Ordonnanz vom 6. März 2008 abgeänderten Fassung - erwähnt ist, « Prinzipien des Betriebs » der in der Ordonnanz vom 6. März 2008 erwähnten Transportdienste festzulegen, die auf unverhältnismässige Weise die Zuständigkeit anderer Normgeber beeinträchtigen würden, und erlaubt es der STIB ebenfalls nicht, auf der Grundlage von Artikel 15 Absatz 4 der Ordonnanz vom 22. November 1990 - eing ...[+++]




datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'zaak in andere zin zouden doen' ->

Date index: 2023-09-03
w