Traduction de «verordening onregelmatigheden hebben » (Néerlandais → Allemand) :

De overige twee begunstigde lidstaten hebben de Commissie, in het kader van de bovengenoemde verordening, medegedeeld dat zij gedurende het verslagjaar geen onregelmatigheden hebben geconstateerd.
Die zwei anderen begünstigten Mitgliedstaaten haben der Kommission im Rahmen der vorgenannten Verordnung mitgeteilt, dass sie im Berichtsjahr keine Unregelmäßigkeiten aufgedeckt haben.

De overige twee begunstigde lidstaten hebben de Commissie in het kader van de bovengenoemde verordening medegedeeld, dat zij gedurende het verslagjaar geen gevallen van onregelmatigheden hebben geconstateerd.
Die beiden anderen begünstigten Mitgliedstaaten haben der Kommission mitgeteilt, dass sie im Berichtsjahr keine Unregelmäßigkeiten im Sinne der vorgenannten Verordnung aufgedeckt haben.

1. Indien de bevoegde autoriteit van de lidstaat van ontvangst duidelijke en aantoonbare redenen heeft om aan te nemen dat de uitgevende instelling, de aanbieder of de aanvrager van een toelating tot de handel op een gereglementeerde markt, dan wel de financiële tussenpersonen die met de aanbieding van effecten aan het publiek zijn belast, onregelmatigheden hebben begaan, dan wel dat deze personen de uit hoofde van deze verordening op hen rustende verplichtingen niet zijn nagekomen, stelt zij de bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst en ESMA van deze bevindingen in kennis.
(1) Hat die zuständige Behörde des Aufnahmemitgliedstaats klare und nachweisliche Gründe für die Annahme, dass von dem Emittenten, dem Anbieter oder der die Zulassung zum Handel an einem geregelten Markt beantragenden Person oder von den mit der Platzierung des öffentlichen Angebots von Wertpapieren beauftragten Finanzintermediären Unregelmäßigkeiten begangen worden sind oder dass diese Personen den Pflichten, die ihnen aus dieser Verordnung erwachsen, nicht nachgekommen sind, so befasst sie die zuständige Behörde des Herkunftsmitgliedstaats und die ESMA mit diesen Feststellungen.

56. is ingenomen met de oprichting van fraudebestrijdingscoördinatiediensten (Afcos) in de lidstaten ingevolge artikel 3, lid 4, van de nieuwe OLAF-verordening en met het feit dat Duitsland zijn samenwerkingsovereenkomst met OLAF heeft herbevestigd; merkt op dat de Afcos tot doel hebben een doeltreffende samenwerking en uitwisseling van informatie met OLAF te vergemakkelijken en dringt er bij de lidstaten die nog geen Afcos hebben opgericht op aan dit onverwijld te doen; verwacht dat de Afcos zullen bijdragen aan een betere vastlegging van onregelmatigheden en aan een evenwichtige uitleg van de relevante EU-regelgeving; is toch bezorgd over de grote verschillen die reeds bestaan tussen de verschillende Afcos in de lidstaten wat betreft de functies, taken, bevoegdheden en toegewezen personeel; erkent dat het mandaat, het institutioneel kader en de taken van de Afcos niet tot in detail worden omschreven in Verordening (EU, Euratom) nr. 883/2013, maar is van mening dat onafhankelijk werkende Afcos met een breed mandaat dat onderzoeksbevoegdheden omvat, als benchmark moeten gelden voor alle lidstaten;
56. begrüßt, dass in den Mitgliedstaaten Koordinierungsstellen für die Betrugsbekämpfung (AFCOS) gemäß Artikel 3 Absatz 4 der neuen OLAF-Verordnung eingerichtet werden und dass Deutschland erneut bestätigt hat, dass eine Kooperationsvereinbarung mit dem OLAF besteht; stellt fest, dass die Koordinierungsstellen für die Betrugsbekämpfung die wirksame Zusammenarbeit und den Austausch von Informationen mit dem OLAF erleichtern sollen, und fordert nachdrücklich, dass die Mitgliedstaaten, die noch keine Koordinierungsstellen für die Betrugsbekämpfung benannt haben, dies unverzüglich tun; erwartet, dass die Koordinierungsstellen für die Betrugsbekämpfung helfen werden, die Meldung von Unregelmäßigkeiten zu verbessern, und zu einer ausgewogeneren Auslegung der einschlägigen Rechtsakte der EU beitragen werden; ist dennoch besorgt über die beträchtlichen Unterschiede bei den Funktionen, Aufgaben und Befugnissen sowie der Personalausstattung, die bereits jetzt zwischen den Koordinierungsstellen für die Betrugsbekämpfung in den verschiedenen Mitgliedstaaten bestehen; räumt ein, dass das Mandat, der institutionelle Rahmen und die Aufgaben der Koordinierungsstellen für die Betrugsbekämpfung in der Verordnung (EU, EURATOM) Nr. 883/2013 nicht im Einzelnen festgelegt sind; vertritt allerdings die Auffassung, dass diejenigen Koordinierungsstellen für die Betrugsbekämpfung, die unabhängig arbeiten und mit einem umfassenden Mandat und Untersuchungsbefugnissen ausgestattet sind, einen Maßstab darstellen, an dem sich alle Mitgliedstaaten orientieren sollten;

55. is ingenomen met de oprichting van fraudebestrijdingscoördinatiediensten (Afcos) in de lidstaten ingevolge artikel 3, lid 4, van de nieuwe OLAF-verordening en met het feit dat Duitsland zijn samenwerkingsovereenkomst met OLAF heeft herbevestigd; merkt op dat de Afcos tot doel hebben een doeltreffende samenwerking en uitwisseling van informatie met OLAF te vergemakkelijken en dringt er bij de lidstaten die nog geen Afcos hebben opgericht op aan dit onverwijld te doen; verwacht dat de Afcos zullen bijdragen aan een betere vastlegging van onregelmatigheden en aan een evenwichtige uitleg van de relevante EU-regelgeving; is toch bezorgd over de grote verschillen die reeds bestaan tussen de verschillende Afcos in de lidstaten wat betreft de functies, taken, bevoegdheden en toegewezen personeel; erkent dat het mandaat, het institutioneel kader en de taken van de Afcos niet tot in detail worden omschreven in Verordening (EU, Euratom) nr. 883/2013, maar is van mening dat onafhankelijk werkende Afcos met een breed mandaat dat onderzoeksbevoegdheden omvat, als benchmark moeten gelden voor alle lidstaten;
55. begrüßt, dass in den Mitgliedstaaten Koordinierungsstellen für die Betrugsbekämpfung (AFCOS) gemäß Artikel 3 Absatz 4 der neuen OLAF-Verordnung eingerichtet werden und dass Deutschland erneut bestätigt hat, dass eine Kooperationsvereinbarung mit dem OLAF besteht; stellt fest, dass die Koordinierungsstellen für die Betrugsbekämpfung die wirksame Zusammenarbeit und den Austausch von Informationen mit dem OLAF erleichtern sollen, und fordert nachdrücklich, dass die Mitgliedstaaten, die noch keine Koordinierungsstellen für die Betrugsbekämpfung benannt haben, dies unverzüglich tun; erwartet, dass die Koordinierungsstellen für die Betrugsbekämpfung helfen werden, die Meldung von Unregelmäßigkeiten zu verbessern, und zu einer ausgewogeneren Auslegung der einschlägigen Rechtsakte der EU beitragen werden; ist dennoch besorgt über die beträchtlichen Unterschiede bei den Funktionen, Aufgaben und Befugnissen sowie der Personalausstattung, die bereits jetzt zwischen den Koordinierungsstellen für die Betrugsbekämpfung in den verschiedenen Mitgliedstaaten bestehen; räumt ein, dass das Mandat, der institutionelle Rahmen und die Aufgaben der Koordinierungsstellen für die Betrugsbekämpfung in der Verordnung (EU, EURATOM) Nr. 883/2013 nicht im Einzelnen festgelegt sind; vertritt allerdings die Auffassung, dass diejenigen Koordinierungsstellen für die Betrugsbekämpfung, die unabhängig arbeiten und mit einem umfassenden Mandat und Untersuchungsbefugnissen ausgestattet sind, einen Maßstab darstellen, an dem sich alle Mitgliedstaaten orientieren sollten;

Onverminderd artikel 12 van deze verordening en Richtlijn 2005/60/EG geldt dat, indien een wettelijke auditor of een auditkantoor die de wettelijke controle van financiële overzichten van een organisatie van openbaar belang uitvoert, vermoedt of redelijke gronden heeft om te vermoeden dat onregelmatigheden, waaronder fraude met betrekking tot de financiële overzichten van de gecontroleerde entiteit, kunnen plaatsvinden of hebben plaatsgevonden , hij/het de gecontroleerde entiteit daarvan in kennis stelt en deze verzoekt de zaak te onderzoeken en passende maatregelen te nemen om deze onregelmatigheden aan te pakken en herhaling ervan te voorkomen.
Hat ein Abschlussprüfer oder eine Prüfungsgesellschaft, der bzw. die bei einem Unternehmen von öffentlichem Interesse die Abschlussprüfung durchführt, die Vermutung oder einen berechtigten Grund zu der Vermutung, dass Unregelmäßigkeiten, wie Betrug im Zusammenhang mit dem Abschluss des geprüften Unternehmens, möglicherweise eintreten oder eingetreten sind , so teilt er bzw. sie dies unbeschadet des Artikels 12 der vorliegenden Verordnung und unbeschadet der Richtlinie 2005/60/EG dem geprüften Unternehmen mit und fordert dieses auf, die Angelegenheit zu untersuchen sowie angemessene Maßnahmen zu treffen, um derartige Unregelmäßigkeiten aufzugreifen und einer Wiederholung dieser Unregelmäßigkeiten in der Zukunft vorzubeugen.

Om de last voor de lidstaten te verlichten en de doelmatigheid te verbeteren, is artikel 3, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1681/94 gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2035/2005 van de Commissie en is artikel 3, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1831/94 gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2168/2005 van de Commissie zodat de lidstaten voor de programmeringsperiode 2000-2006 geen kennisgeving hoeven te doen van gevallen waarbij de onregelmatigheid alleen bestaat in het feit dat een uit de begroting van de Unie medegefinancierde activiteit niet volledig of gedeeltelijk is uitgevoerd wegens het faillissement van de eindbegunstigde of de eindontvanger en waarbij zich vóór het faillissement of de vermoedelijke fraude geen andere onregelmatigheden hebben voorgedaan (hierna „faillissementen” genoemd).
Um den Verwaltungsaufwand für die Mitgliedstaaten zu verringern und die Wirksamkeit zu verbessern, wurden daher Artikel 3 Absatz 1 der Verordnung (EG) Nr. 1681/94 durch die Verordnung (EG) Nr. 2035/2005 der Kommission und Artikel 3 Absatz 1 der Verordnung (EG) Nr. 1831/94 durch die Verordnung (EG) Nr. 2168/2005 der Kommission geändert, so dass für den Programmplanungszeitraum 2000-2006 die Mitgliedstaaten keine Unregelmäßigkeitsfälle mitteilen müssen, in denen das einzige Element einer Unregelmäßigkeit darin besteht, dass infolge der Insolvenz des Endbegünstigten und/oder des Endempfängers eine aus dem EU-Haushalt kofinanzierte Maßnahme nicht oder nicht vollständig durchgeführt wurde, und die keine Unregelmäßigkeiten einschließen, die einer Insolvenz vorgelagert sind oder bei denen ein Betrugsverdacht besteht (nachstehend „einfache Insolvenzen“).

herinnert eraan dat de lidstaten onregelmatigheden en fraude hebben gemeld ten belope van 226,1 miljoen euro, ofwel 1,92% van de eigen middelen ten bedrage van 13,8 miljard euro (Verordening (EEG) nr. 1552/89); merkt op dat van een totaal van 214,8 miljoen euro aan door de lidstaten gemelde onregelmatigheden 48,7% is vastgesteld door het Verenigd Koninkrijk en van een totaal van 51,3 miljoen euro aan door de lidstaten gemelde fraudegevallen 76,8% is vastgesteld door Duitsland;
weist darauf hin, dass die Mitgliedstaaten Unregelmäßigkeiten bzw. Fälle von Betrug in Höhe von € 266,1 Mio. - also 1,92 % der Eigenmittel in Höhe von € 13,8 Mrd. - gemeldet haben (Verordnung (EWG, Euratom) Nr. 1552/89); stellt fest, dass von den insgesamt von den Mitgliedstaaten gemeldeten Unregelmäßigkeiten in Höhe von € 214,8 Mio. 48,7 % vom Vereinigten Königreich und von den insgesamt von den Mitgliedstaaten gemeldeten Betrugsfällen in Höhe von € 51,3 Mio. 76,8 % von Deutschland aufgedeckt wurden;

herinnert eraan dat de lidstaten onregelmatigheden en fraude hebben gemeld ten belope van 232,1 miljoen euro, ofwel 0,59% van de EOGFL-begroting (afd. Garantie) van 39,5 miljard euro (Verordening(EEG) nr. 595/91); merkt op dat van een totaal van 116,5 miljoen euro aan door de lidstaten gemelde onregelmatigheden 70% is vastgesteld door Duitsland, Spanje en Italië en dat van een totaal van 115,5 miljoen euro aan door de lidstaten gemelde fraudegevallen 78% is vastgesteld door Duitsland, Frankrijk en Italië;
weist darauf hin, dass die Mitgliedstaaten Unregelmäßigkeiten bzw. Fälle von Betrug in Höhe von € 232,1 Mio. - also 0,59 % der Mittel des EAGFL-Garantie in Höhe von € 39,5 Mrd. - gemeldet haben (Verordnung (EWG) Nr. 595/91); stellt fest, dass von den insgesamt von den Mitgliedstaaten gemeldeten Unregelmäßigkeiten in Höhe von € 116,5 Mio. 70 % von Deutschland, Spanien und Italien und von den insgesamt von den Mitgliedstaaten gemeldeten Betrugsfällen in Höhe von € 115,5 Mio. 78 % von Deutschland, Frankreich und Italien aufgedeckt wurden;

1. Bij systeemgebonden onregelmatigheden moet het onderzoek op grond van artikel 39, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1260/1999 betrekking hebben op alle verrichtingen waarop die onregelmatigheden van invloed kunnen zijn.
(1) Im Falle systematischer Unregelmäßigkeiten umfassen die Untersuchungen gemäß Artikel 39 Absatz 1 der Verordnung (EG) Nr. 1260/1999 alle möglicherweise betroffenen Operationen.