Vertaling van "kansen voor levenslang leren in groene sectoren aanmoedigen " (Nederlands → Duits) :

10. vraagt de Commissie een openbaar debat te starten over het concept "educatie voor duurzame ontwikkeling", en dit concept te bevorderen met een speciale focus op onderwijs voor meisjes en vrouwen; vraagt de lidstaten en de Commissie beleid te bevorderen dat een hogere deelname van vrouwen aan onderwijs in de exacte wetenschappen, technologie, ingenieurswetenschappen en wiskunde, en ondernemerschap aanmoedigt, en de agenda voor groene banen aan de emancipatie van vrouwen via het onderwijs verbindt; dringt aan op duidelijke doelstellingen en resultaatstoetsing waar het gaat om aanwerving van vrouwen in groene banen via stageprogramma's; dringt aan op maatregelen die de deelname van vrouwen aan beroepsonderwijs en -opleiding en kansen voor levenslang leren in groene sectoren aanmoedigen.
10. fordert die Kommission auf, eine öffentliche Debatte über das Konzept „Bildungsmaßnahmen für eine nachhaltige Entwicklung“ einzuleiten und dieses Konzept zu fördern, wobei das Augenmerk auf der Bildung von Mädchen und Frauen liegen sollte; fordert die Mitgliedstaaten und die Kommission auf, Strategien zur Unterstützung einer verstärkten Teilnahme von Frauen in den Bildungsbereichen Wissenschaft, Technologie, Ingenieurwesen und Mathematik sowie des Unternehmertums von Frauen zu fördern und die Agenda für grüne Arbeitsplätze mit der Stärkung der Rolle der Frau durch Bildung zu verknüpfen; fordert die Festlegung klarer Ziele und die Überwachung der Besetzung grüner Arbeitsplätze durch Frauen durch Ausbildungsprogramme; fordert, dass die Teilnahme von Frauen an der beruflichen Bildung und die Ausschöpfung der Möglichkeiten für lebenslanges Lernen in Sektoren der grünen Wirtschaft durch entsprechende Maßnahmen gefördert werden;

35. roept de Commissie en de lidstaten ertoe op bij de overgang naar een groene economie rekening te houden met de behoeften van vrouwen en meisjes aan betere kansen om "een leven lang te leren", vooral in sectoren die veel potentie hebben om een groot aantal nieuwe groene banen te scheppen, zoals wetenschap, onderzoek, techniek of nieuwe en digitale technologieën, met het oog op versterking van de positie van vrouwen op de arbeidsmarkt, bestrijding van genderstereotypen en het scheppen van banen die volledig aansluiten op de bijzondere behoeften en vaardigheden van vrouwen;
35. fordert die Kommission und die Mitgliedstaaten auf, beim Wandel hin zu einer grünen Wirtschaft den Bedürfnissen von Frauen und Mädchen im Hinblick auf einen besseren Zugang zum lebenslangen Lernen Rechnung zu tragen, insbesondere, was die Bereiche mit einem großen Potenzial zur Schaffung neuer grüner Arbeitsplätze wie Wissenschaft, Forschung, Ingenieurwesen und neue und digitale Technologien anbelangt, um die Stellung der Frau in der Gesellschaft zu verbessern, geschlechtsspezifische Stereotypen abzubauen und Arbeitsplätze zu schaffen, die den besonderen Bedürfnissen und Fähigkeiten von Frauen in vollem Maße entsprechen;

34. verzoekt de Commissie om in nauwere samenwerking met de lidstaten en de lokale bevoegde overheden middellange- en langetermijnprognoses op te stellen voor de vaardigheden waaraan de arbeidsmarkt behoefte heeft; vraagt de verantwoordelijke betrokkenen de werkgelegenheidssituatie te volgen om de basisberoepsopleiding en levenslang leren meer af te stemmen op de behoeften; vraagt de lidstaten en de bevoegde lokale overheden hun onderwijs- en opleidingsstelsels, met inbegrip van het beroepsonderwijs en de beroepsopleiding, spoedig aan te passen door er met name het begrip duurzame economie in op te nemen, en ervoor te zorgen dat de kwalificeringsstelsels de toegang van jongeren tot nieuwe „groene” banen en „groene” sectoren bevorderen; wijst erop dat met de bevordering van groene banen duurzame werkgelegenheid van hoge kwaliteit kan worden gecreëerd, armoede en sociale uitsluiting kunnen worden aangepakt en voor ondersteunende diensten voor arbeidsvoorziening kan worden gezorgd;
34. fordert die Kommission auf, enger mit den Mitgliedstaaten und den zuständigen lokalen Behörden zusammenzuarbeiten, um mittel- und langfristige Prognosen über die auf dem Arbeitsmarkt notwendigen Kompetenzen zu erstellen; fordert die einschlägigen Interessenträger auf, die Beschäftigungslage im Hinblick darauf zu beobachten, größeres Gewicht auf grundlegende Berufsausbildung und das lebenslange Lernen zu legen; fordert die Mitgliedstaaten und die zuständigen lokalen Behörden auf, ihre Bildungs- und Ausbildungssysteme, auch die berufliche Bildung und Fortbildung, zügig anzupassen, und insbesondere das Konzept der nachhaltigen Wirtschaft einzubinden und sicherzustellen, dass Zugang zu Qualifikationsprogrammen besteht, damit sich jungen Menschen Zugänge zu neuen „grünen“ Arbeitsplätzen und „grünen“ Branchen eröffnen; weist darauf hin, dass durch die Förderung von „grünen“ Arbeitsplätzen hochwertige, nachhaltige Beschäftigungsmöglichkeiten geschaffen, Armut und soziale Ausgrenzung bekämpft und unterstützende Beschäftigungsdienste sichergestellt werden können;

36. verzoekt de Commissie om in nauwere samenwerking met de lidstaten en de lokale bevoegde overheden middellange- en langetermijnprognoses op te stellen voor de vaardigheden waaraan de arbeidsmarkt behoefte heeft; vraagt de verantwoordelijke betrokkenen de werkgelegenheidssituatie te volgen om de basisberoepsopleiding en levenslang leren meer af te stemmen op de behoeften; vraagt de lidstaten en de bevoegde lokale overheden hun onderwijs- en opleidingsstelsels, met inbegrip van het beroepsonderwijs en de beroepsopleiding, spoedig aan te passen door er met name het begrip duurzame economie in op te nemen, en ervoor te zorgen dat de kwalificeringsstelsels de toegang van jongeren tot nieuwe "groene" banen en "groene" sectoren bevorderen; wijst erop dat met de bevordering van groene banen duurzame werkgelegenheid van hoge kwaliteit kan worden gecreëerd, armoede en sociale uitsluiting kunnen worden aangepakt en voor ondersteunende diensten voor arbeidsvoorziening kan worden gezorgd;
36. fordert die Kommission auf, enger mit den Mitgliedstaaten und den zuständigen lokalen Behörden zusammenzuarbeiten, um mittel- und langfristige Prognosen über die auf dem Arbeitsmarkt notwendigen Kompetenzen zu erstellen; fordert die einschlägigen Interessenträger auf, die Beschäftigungslage im Hinblick darauf zu beobachten, größeres Gewicht auf grundlegende Berufsausbildung und das lebenslange Lernen zu legen; fordert die Mitgliedstaaten und die zuständigen lokalen Behörden auf, ihre Bildungs- und Ausbildungssysteme, auch die berufliche Bildung und Fortbildung, zügig anzupassen, und insbesondere das Konzept der nachhaltigen Wirtschaft einzubinden und sicherzustellen, dass Zugang zu Qualifikationsprogrammen besteht, damit sich jungen Menschen Zugänge zu neuen „grünen“ Arbeitsplätzen und „grünen“ Branchen eröffnen; weist darauf hin, dass durch die Förderung von „grünen“ Arbeitsplätzen hochwertige, nachhaltige Beschäftigungsmöglichkeiten geschaffen, Armut und soziale Ausgrenzung bekämpft und unterstützende Beschäftigungsdienste sichergestellt werden können;

10. constateert met bezorgdheid dat vrouwen slechts 20% uitmaken van de studenten in informatie- en communicatietechnologieën en in deze sector in het algemeen zwaar ondervertegenwoordigd zijn; meent dat vrouwen onvoldoende kansen krijgen om zich vertrouwd te maken met de nieuwe kennis en daarom geen toegang krijgen tot hooggekwalificeerde en goed betaalde banen in sectoren die in grote mate afhangen van de informatietechnologie; verzoekt de lidstaten om in overeenstemming met de politieke richtsnoeren van de Europese Raad van Nice in december 2000 de toegang van vrouwen tot het onderwijs en tot levenslang leren, met name op het gebied van de nieuwe technologieën, te vergemakkelijken; wijst in dit verband op de noodzaak om nationale streefcijfers vast te stellen voor de participatiegraad van vrouwen op alle onderwijs- en opleidingsniveaus en nationale, regionale of plaatselijke initiatieven te ontplooien (speciale opleidingsprogramma's, informatiecampagnes, enz.) zodat vrouwen de weg vinden naar de sector van de nieuwe technologieën;
10. stellt besorgt fest, dass Frauen nur 20% der Studenten im Bereich der Informations- und Kommunikationstechnologien ausmachen und in der Regel in diesem Bereich stark unterrepräsentiert sind, dass die Frauen auf Grund des beschränkten Zugangs zu den neuen Wissensgebieten keine hoch qualifizierten und höchstbezahlten Arbeitsplätze in den stark an die Informationstechnologie gebundenen Sektoren erhalten können; fordert die Mitgliedstaaten im Einklang mit den vom Europäischen Rat in Nizza 2000 definierten politischen Leitlinien auf, den Zugang der Frauen zur lebenslangen Bildung und Ausbildung, insbesondere zur Ausbildung in den neuen Technologien, zu erleichtern; appelliert diesbezüglich daran, dass nationale Ziele im Hinblick auf den Grad der Mitwirkung der Frauen in allen Ebenen von Bildung und Ausbildung festgelegt und auf nationaler, regionaler oder lokaler Ebene Initiativen (spezielle Ausbildungsprogramme, Informationskampagnen) ergriffen werden müssen, damit die Frauen in die neuen Technologiebereiche vordringen;