e) in geval van
overlijden van een ambtenaar of een gewezen ambtenaar die
op de dag van zijn overlijden in het genot was van een vergoeding uit hoofde van artikel 41 of artikel 50 van het Statuut, artikel 5 van Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 259/68, artikel 3 van Verordening (Euratom, EGKS, EEG) nr. 2530/72, artikel 3 van Verordening (EGKS, EEG, Euratom) nr. 1543/73, artikel 2 van Verordening (EGKS, EEG, Euratom) nr. 2150/82 of artikel 3 van Verordening (EGKS, EEG, Euratom) nr. 1679/85, het bedrag van de vergoeding w
aarop de b ...[+++]etrokkene wanneer hij in leven was gebleven recht zou hebben gehad, vermeerderd en verminderd overeenkomstig het bepaalde onder b); e) beim Tode eines Beamten oder eines ehemaligen Beamten, dem vor seinem
Tode eine Vergütung nach Artikel 41 oder Artikel 50 des Statuts oder aber nach Artikel 5 der Verordnung (EWG, Euratom, EGKS) Nr. 259/68 oder nach Artikel 3 der Verordnung (Euratom, EGKS, EWG) Nr. 2530/72 oder nach Artikel 3 der Verordnung (EGKS, EWG, Euratom) Nr. 1543/73 oder nach Artikel 2 der Verordnung (EGKS, EWG, Euratom) Nr. 2150/82 oder nach Artikel 3 der Verordnung (EGKS, EWG, Euratom) Nr. 1679/85 zustand, den Betrag der Vergütung, auf die der Betreffend
e, wenn er am Leben geblieben ...[+++] wäre, Anspruch gehabt hätte, zuzueglich beziehungsweise abzueglich der unter Buchstabe b) genannten Beträge;