Anderzijds is het Europees parlement er zich wel degelijk van bewust dat er eerder moet worden gesproken van een “fluctuerende waaier” van bewijzen en aanvaardbaarheid, dan van een rigide verdeling tussen wetenschappelijke versus niet-wetenschappelijke bewijzen.
Par ailleurs, le Parlement européen a conscience qu'il convient d'avoir recours à un 'éventail fluctuant' de preuves et d'acceptabilité, plutôt qu'à un strict clivage entre les preuves scientifiques et non scientifiques.