De soixante-deux ans pour les hommes et soixante-sept ans pour les femmes en 1950, elle est passée à septante-six ans et quatre-vingt-deux ans en 2008, selon l'étude consacrée à l'espérance de vie par la direction générale Statistique et Information économique du service public fédéral Économie.
In 1950 was ze nog tweeëenzestig jaar voor mannen en zevenenzestig jaar voor vrouwen, in 2008 was ze respectievelijk zesenzeventig jaar en tweeëntachtig jaar, zo blijkt uit een studie over de levensverwachting van de hand van de algemene directie Statistiek en Informatie van de federale overheidsdienst Economie.