« L'article 16 de la loi du 26 juillet 1962 relative à la procédure d'extrême urgence en matière d'expropriation pour cause d'utilité publique ne viole pas les articles 10 et 11 de la Constitution (anciens articles 6 et 6bis), lus en combinaison avec l'article 16 de la Constitution (ancien article 11), l'article 1 du Premier Protocole additionnel à la Convention européenne des droits de l'homme et l'article 60 de cette même convention, en tant que
cette disposition a inclus l'autorité expropriante dans les parties qui peuvent demander devant le tribunal de première instance la révision des indemnités d'expropriation provisoires, révision
...[+++] qui peut aboutir à une réduction des indemnités après le transfert de possession».« Artikel 16 van de wet van 26 juli 1962 betreffende de rechtspleging bij hoogdringend omstandigheden inzake onteigening ten algemenen nutte schendt niet de artikelen 10 en 11 van de Grondwet (vroegere artikelen 6 en 6bis), gelezen in samenhang met artikel 16 van de Grondwet (vroeger artikel 11), artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en artikel 60 van hetzelfde Verdrag, in zoverre die bep
aling de onteigenende overheid heeft begrepen onder de partijen die voor de rechtbank van eerste aanleg de herziening van de voorlopige onteigeningsvergoedingen kunnen vragen die kan leiden tot
...[+++]een vermindering van de bedoelde onteigeningsvergoedingen na de bezitsoverdracht».