L'article 75 de la loi sur
la protection de la concurrence économique coordonnée du 15 septembre 2006 (LPCE), interprété en ce sens qu'il exclut d'un recours devant la Cour d'appel de Bruxelles, les décisions prises ou les actes commis par l'Auditorat auprès du Consei
l de la Concurrence dans le cadre d'une procédure d'instruction relative à des pratiques restrictives de concurrence, étant donné qu'aucune autre instance juridictionnelle ne peut connaître d'un tel recours, viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution et les artic
...[+++]les 20 et 21 de la Charte des droits fondamentaux de l'Union européenne, ainsi que le droit à un contrôle juridictionnel effectif devant un juge indépendant au sens de l'article 6 de la Convention européenne des droits de l'homme et le droit à un recours effectif et à accéder à un tribunal impartial garanti par l'article 47 de la Charte des droits fondamentaux de l'Union européenne ?Schendt artikel 75 van de gecoördineerde wet van 15 september 2006 tot bescherming van de economische mededinging (WBEM), geïnterpreteerd in die zin dat het een beroep bij het Hof van Beroep te Brussel tegen de beslissingen of de handelingen van het auditoraat bij de Raad voor de Mededinging in het kader van een onderzoeksprocedure betreffende restrictieve mededingingspraktijken uitsluit, omdat geen enkele andere rechterlijke instantie van zulk een beroep kan kennisnemen, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet en de artikelen 20 en 21 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, alsook het recht op een daadwerkelijke jurisdictionele toetsing voor een onafhankelijke rechter in de zin van artikel 6 van het Europees Verdrag voo
r de recht ...[+++]en van de mens, en het recht op een doeltreffende voorziening in rechte en op een onpartijdig gerecht, dat is gewaarborgd bij artikel 47 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie ?