On constate d'ailleurs que l'exposé des motifs justifie à peine le recours au critère de la nationalité; il allègue, s'agissant de l'article 30 du projet, « le droit d'une personne d'accéder à son juge naturel », et, venant à l'article 40 du projet, « qu'une nationalité commune suffit à créer une proximité suffisante».
Bovendien blijkt het gebruik van het criterium nationaliteit in de memorie van toelichting nauwelijks te worden gewettigd. In de memorie wordt in verband met artikel 30 van het ontwerp « het recht van personen om zich tot hun natuurlijke rechter te kunnen wenden » aangevoerd en wordt in verband met artikel 40 van het ontwerp betoogd dat « de gemeenschappelijke nationaliteit (volstaat) om een voldoende duidelijke verwantschap tot stand te brengen ».