Art. 6.  § 1.  Après le délai de trente jours visé à l'article 5, § 2, 4°, et, le cas échéant, après l'audition de l'intéressé, l'autorité compétente prend une décision concernant les faits pour lesquels la procédure d'amende administrative a été entamée.
Art. 6.  § 1.  Na afloop van de termijn van dertig dagen bedoeld in artikel 5, § 2, 4°, en, in voorkomend geval, na het horen van de betrokkene, neemt de bevoegde autoriteit een beslissing met betrekking tot de feiten waarvoor de procedure van administratieve geldboete is opgestart.