Art. 2 - Vorbehaltlich Absatz 3 sind die Anlagen zu dem Übereinkommen von Paris sowie die Änderungen der Anlagen des Übereinkommens von Paris, die gemäß Artikel 16 des am 9. Mai 1992 in New York verabschiedeten Rahmenübereinkommens der Vereinigten Nationen über Klimaänderungen angenommen werden, uneingeschränkt wirksam.
Art. 2. Onder voorbehoud van het derde lid zullen de bijlagen bij de Overeenkomst van Parijs en de wijzigingen van de bijlagen bij de Overeenkomst van Parijs, aangenomen overeenkomstig artikel 16 van het Raamverdrag van de Verenigde Naties inzake klimaatverandering, gedaan te New York op 9 mei 1992, volkomen gevolg hebben.