(2) Europol kann im Einzelfall abweichend von Absatz 1 in seinem Besitz befindliche personenbezogene Daten nach Maßgabe von Absatz 4 an Drittstellen im Sinne von Artikel 23 Absatz 1 weitergeben, wenn der Direktor von Europol die Übermittlung der Daten zum Schutz wesentlicher Interessen der betreffenden Mitgliedstaaten im Rahmen der Zielvorgaben von Europol oder zur Abwehr einer unmittelbaren kriminellen oder terroristischen Bedrohung für unbedingt erforderlich hält.
2. In afwijking van lid 1 kan Europol onder de in lid 4 gestelde voorwaarden en in van geval tot geval te beoordelen situaties persoonsgegevens verstrekken aan de in artikel 23, lid 1, bedoelde derde instanties indien de directeur van Europol van oordeel is dat dit absoluut noodzakelijk is om de wezenlijke belangen van de betrokken lidstaten te beschermen, voor zover dit binnen de doelstellingen van Europol valt of gebeurt om onmiddellijk gevaar in verband met criminaliteit of terrorisme af te wenden.