Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
Ablösung während des Fluges
Aufzeichnungen während des Fluges
Feiertag während der Dauer des Arbeitsvertrags
Mütter während der Geburt betreuen
Notfall während des Fluges
Notizen während der Proben machen
Strafrichter
Systolisch
Szenische Elemente während der Probe handhaben
Während der
Während der Sitzung

Vertaling van "während strafrichter " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE


systolisch | während der (Herz-)Systole

systolisch | met betrekking tot de samentrekking van de hartkamers


Feiertag während der Dauer des Arbeitsvertrags

feestdag tijdens de arbeidsovereenkomst




Mütter während der Geburt betreuen

tijdens bevallingen zorg bieden aan de moeder


Notizen während der Proben machen

notities voor de repetitie maken


Ablösung während des Fluges

aflossing tijdens de vlucht


Aufzeichnungen während des Fluges

bescheiden en boeken tijdens de vlucht aan boord


Notfall während des Fluges

noodsituaties tijdens de vlucht


szenische Elemente während der Probe handhaben

elementen van een set beheren tijdens repetities | decorelementen beheren tijdens repetities | scenische elementen beheren tijdens repetities
IN-CONTEXT TRANSLATIONS
Der vorlegende Richter möchte vom Gerichtshof erfahren, ob diese Bestimmung gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung verstößt, ausgelegt in dem Sinne, dass dadurch der Architektenkammer nicht die Befugnis erteilt werde, entweder als Zivilpartei vor dem Strafrichter oder als klagende Partei vor dem Zivilrichter aufzutreten gegen Verstöße gegen Gesetze und Verordnungen zum Schutz des Architektentitels und -berufs, während ein Berufsverband im Sinne des Gesetzes vom 31. März 1898 über die Berufsverbände wohl vor den ordentlichen Geric ...[+++]

De verwijzende rechter wenst van het Hof te vernemen of die bepaling de artikelen 10 en 11 van de Grondwet schendt, in de interpretatie dat zij geen bevoegdheid toekent aan de Orde van architecten om, hetzij als burgerlijke partij voor de strafrechter, hetzij als eisende partij voor de burgerlijke rechter, in rechte op te treden tegen inbreuken op de wetten en reglementen tot bescherming van de titel en van het beroep van architect, terwijl een beroepsvereniging in de zin van de wet van 31 maart 1898 op de beroepsverenigingen, wel voor de gewone rechtscolleges in rechte kan optreden ter bescherming van de belangen waarvoor zij is opgeric ...[+++]


Befragt wird der Gerichtshof zur Vereinbarkeit der zwei in Rede stehenden Bestimmungen mit den Artikeln 10, 11 und 23 der Verfassung in Verbindung mit Artikel 6 Absatz 3 Buchstabe c) der Europäischen Menschenrechtskonvention, insofern der Ad-hoc-Bevollmächtigte, der vom Strafrichter bestimmt werde, sobald ein Interessenkonflikt vorliege, für die finanzielle Säumigkeit der von ihm vertretenen juristischen Person aufkommen müsse, ohne dass die Honorare des « Ad-hoc-Bevollmächtigten, der meistens ein Rechtsanwalt ist » in die Gerichtskosten in Strafsachen aufgenommen werden könnten, so dass « im Falle der Säumigkeit der vertretenen juristis ...[+++]

Aan het Hof wordt een vraag gesteld over de bestaanbaarheid van de twee in het geding zijnde bepalingen met de artikelen 10, 11 en 23 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 6.3, c), van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, in zoverre de lasthebber ad hoc, die door de strafrechter is aangewezen zodra er een belangenconflict bestaat, het financieel in gebreke blijven van de rechtspersoon die hij vertegenwoordigt, moet dragen, zonder dat de erelonen van de « lasthebber ad hoc, meestal een advocaat », kunnen worden opgenomen in de gerechtskosten in strafzaken, zodat, « in het geval waarin de vertegenwoordigde rechtspe ...[+++]


Um festzustellen, ob eine solche Regelung diskriminierend ist, indem die Person, bei der die Verwaltung in einem Verfahren vor dem Strafrichter Steuern eintreibt, keine Verfahrensentschädigung erhalten kann, wenn dieser Richter die Klage der Verwaltung abweist, während die Person, bei der die Verwaltung in einem Verfahren vor dem Zivilrichter Steuern eintreibt, wohl eine Verfahrensentschädigung erhalten kann, wenn ihre Beschwerde für begründet erklärt wird, muss untersucht werden, auf welche Weise die Unabhängigkeit hinsichtlich der M ...[+++]

Om uit te maken of een zodanige regeling discriminerend is doordat de persoon bij wie de administratie belastingen invordert in een procedure voor de strafrechter geen rechtsplegingsvergoeding kan krijgen wanneer die rechter de vordering van de administratie afwijst, terwijl de persoon bij wie de administratie belastingen invordert in een procedure voor de burgerlijke rechter wel een rechtsplegingsvergoeding kan verkrijgen indien zijn verhaal gegrond wordt verklaard, moet worden nagegaan op welke wijze de onafhankelijkheid wordt gewaarborgd wat de parketmagistraten betreft, enerzijds, en wat de ambtenaren van de administratie betreft, an ...[+++]


Aus dem Vorstehenden ergibt sich, dass die Person, bei der die Verwaltung Steuern eintreibt, vor dem Zivilrichter eine Verfahrensentschädigung erhalten kann, wenn ihre Beschwerde für begründet erklärt wird (B.1.6), während die Person, bei der die gleichen Steuern aufgrund von Artikel 283 des AZAG eingetrieben werden, keine Verfahrensentschädigung erhalten kann, wenn der Strafrichter die von der Verwaltung in Steuersachen erhobene Klage abweist (B.2.5).

Uit hetgeen voorafgaat volgt dat de persoon bij wie de administratie belastingen invordert, voor de burgerlijke rechter een rechtsplegingsvergoeding kan verkrijgen indien zijn verhaal gegrond wordt verklaard (B.1.6), terwijl de persoon bij wie dezelfde belastingen worden ingevorderd op grond van artikel 283 van de AWDA, geen rechtsplegingsvergoeding kan verkrijgen indien de strafrechter de fiscale vordering afwijst die de administratie heeft ingesteld (B.2.5).


For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!
II. Verstößt Artikel 20 Absatz 2 des einleitenden Titels des Strafprozessgesetzbuches gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, indem er bestimmt, dass die Strafverfolgung weiterhin ausgeübt werden kann gegen eine juristische Person, die die Rechtspersönlichkeit verloren hat auf eine der in Artikel 20 Absatz 1 des einleitenden Titels des Strafprozessgesetzbuches bestimmten Weisen, und zwar ohne dass der Beweis dafür erbracht werden muss, dass dieser Verlust der Rechtspersönlichkeit als Ziel hatte, der Verfolgung zu entgehen, wenn dieser Verlust der Rechtspersönlichkeit erst eintritt, nachdem die juristische Person gemäß Artikel 61bis des Strafprozessgesetzbuches vom Untersuchungsrichter beschuldigt worden ist, ...[+++]

II. Schendt artikel 20, tweede lid van de Voorafgaande Titel van het wetboek van strafvordering de artikelen 10 en 11 van de Grondwet door te bepalen dat de strafvordering toch nog verder kan worden uitgeoefend tegenover een rechtspersoon die zijn rechtspersoonlijkheid heeft verloren op één van de wijzen bepaald in artikel 20, eerste lid van de Voorafgaande Titel van het wetboek van strafvordering, én dit zonder dat bewijs moet worden geleverd dat dit verlies van de rechtspersoonlijkheid tot doel heeft om te ontsnappen aan de vervolging, wanneer dit verlies van rechtspersoonlijkheid zich pas voordoet nadat de rechtspersoon overeenkomstig artikel 61bis van het wetboek van strafvordering door de onderzoeksrechter in verdenking is gesteld, te ...[+++]


Falls dieses Auftreten als Zivilpartei jedoch vor dem Untersuchungsrichter geschah, während dieser noch nicht mit der Strafverfolgung befasst worden war (Artikel 63 des Strafprozessgesetzbuches), oder durch direkte Ladung vor den Strafrichter (Artikel 64 Absatz 2 und Artikel 145 desselben Gesetzbuches), musste der Richter der unterliegenden Zivilpartei die Kosten auferlegen, ohne diesbezüglich über eine Beurteilungsbefugnis zu verfügen, außer wenn die Sache an den Assisenhof weitergeleitet wurde.

Wanneer evenwel die burgerlijke partijstelling plaatshad voor de onderzoeksrechter, terwijl de strafvordering nog niet bij hem aanhangig was gemaakt (artikel 63 van het Wetboek van strafvordering), of door rechtstreekse dagvaarding voor de strafrechter (artikel 64, tweede lid, en artikel 145 van hetzelfde Wetboek), was de rechter ertoe gehouden die kosten ten laste te leggen van de burgerlijke partij die in het ongelijk wordt gesteld, zonder dat hij daarbij over een beoordelingsbevoegdheid beschikte, behalve wanneer de zaak werd doorverwezen naar het hof van assisen.


Falls dieses Auftreten als Zivilpartei jedoch vor dem Untersuchungsrichter geschah, während dieser noch nicht mit der Strafverfolgung befasst worden war (Artikel 63 des Strafprozessgesetzbuches), oder durch direkte Ladung vor den Strafrichter (Artikel 64 Absatz 2 und Artikel 145 desselben Gesetzbuches), musste der Richter der unterliegenden Zivilpartei die Kosten auferlegen, ohne diesbezüglich über eine Beurteilungsbefugnis zu verfügen, außer wenn die Sache an den Assisenhof weitergeleitet wurde.

Wanneer evenwel die burgerlijke partijstelling plaatshad voor de onderzoeksrechter, terwijl de strafvordering nog niet bij hem aanhangig was gemaakt (artikel 63 van het Wetboek van strafvordering), of door rechtstreekse dagvaarding voor de strafrechter (artikel 64, tweede lid, en artikel 145 van hetzelfde Wetboek), was de rechter ertoe gehouden die kosten ten laste te leggen van de burgerlijke partij die in het ongelijk wordt gesteld, zonder dat hij daarbij over een beoordelingsbevoegdheid beschikte, behalve wanneer de zaak werd doorverwezen naar het hof van assisen.


Aus dem Sachverhalt der dem vorlegenden Richter unterbreiteten Rechtssache, der Begründung der Vorlageentscheidung und dem Wortlaut der Vorabentscheidungsfrage kann abgeleitet werden, dass der vorlegende Richter vom Gerichtshof erfahren möchte, ob die fragliche Bestimmung für das Steuerjahr 2009 mit den Artikeln 10, 11 und 13 der Verfassung in Verbindung mit Artikel 6 Absatz 1 der Europäischen Menschenrechtskonvention vereinbar sei, insofern sie einen Behandlungsunterschied einführe zwischen Steuerpflichtigen, bei denen die getrennte Veranlagung nicht vom Richter gemildert werden könne, « während diese Veranlagung einen strafrechtlichen ...[+++]

Uit de feiten van de aan de verwijzende rechter voorgelegde zaak, de motieven van de verwijzingsbeslissing en de bewoordingen van de prejudiciële vraag kan worden afgeleid dat de verwijzende rechter van het Hof beoogt te vernemen of de in het geding zijnde bepaling, voor het aanslagjaar 2009, bestaanbaar is met de artikelen 10, 11 en 13 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 6.1 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, in zoverre zij een verschil in behandeling invoert tussen belastingplichtigen ten aanzien van wie de afzonderlijke aanslag door de rechter niet kan worden gemilderd, « terwijl deze aanslag een strafrechtelijk karakter heeft », en de beklaagden in het gemeen strafrecht waarbij de ...[+++]


Mit der zweiten präjudiziellen Frage möchte der vorlegende Richter vom Hof erfahren, ob die fragliche Bestimmung gegen den Grundsatz der Gleichheit und Nichtdiskriminierung verstosse, insofern sie - in der Auslegung des vorlegenden Richters - dem Strafrichter die Zuständigkeit erteilen würde, « Personen, die wegen eines Verstosses gegen diesen Artikel strafrechtlich zur Einziehung der nicht beschlagnahmten Güter verurteilt werden, zur Zahlung des Gegenwertes dieser Güter - wenn diese nicht vorgelegt werden - zu verurteilen, während im allgemeinen Stra ...[+++]

Met de tweede prejudiciële vraag wenst de verwijzende rechter van het Hof te vernemen of de in het geding zijnde bepaling het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie schendt in zoverre zij, in de interpretatie van de verwijzende rechter, de strafrechter de bevoegdheid zou verlenen « om personen die wegens een inbreuk op dit artikel strafrechtelijk worden veroordeeld tot de verbeurdverklaring van de niet aangehaalde goederen, te veroordelen tot de betaling van de tegenwaarde van deze goederen, bij niet wederoverlegging ervan, terwijl in het gemeen strafrecht de strafrechter niet de bevoegdheid heeft om personen die hij op basis van ...[+++]


2. Verstösst Artikel 221 § 1 des königlichen Erlasses vom 18. Juli 1977 zur Koordinierung der allgemeinen Bestimmungen über Zölle und Akzisen in Verbindung mit den Artikeln 1382 und 1383 des Zivilgesetzbuches gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, indem er dem Strafrichter die Zuständigkeit erteilt, Personen, die wegen eines Verstosses gegen diesen Artikel strafrechtlich zur Einziehung der nicht beschlagnahmten Güter verurteilt werden, zur Zahlung des Gegenwertes dieser Güter - wenn diese nicht vorgelegt werden - zu verurteilen, während im allgemeinen Stra ...[+++]

2. Schendt artikel 221, § 1, van het koninklijk besluit van 18 juli 1977 tot coördinatie van de Algemene bepalingen inzake Douane en Accijnzen, samen gelezen met de artikelen 1382 en 1383 van het Burgerlijk Wetboek, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in de mate het de strafrechter de bevoegdheid geeft om personen die wegens een inbreuk op dit artikel strafrechtelijk worden veroordeeld tot de verbeurdverklaring van de niet aangehaalde goederen, te veroordelen tot de betaling van de tegenwaarde van deze goederen, bij niet wederoverlegging ervan, terwijl in het gemeen strafrecht de strafrechter niet de bevoegdheid heeft om personen die ...[+++]




datacenter (6): www.wordscope.be (v4.0.br)

'während strafrichter' ->

Date index: 2024-08-21
w