Vertaling van "wahrnehmung durchschnittlich " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

durchschnittliche Grenzkosten | langfristige durchschnittliche zusätzliche Kosten | LRAIC [Abbr.]
gemiddelde incrementele langetermijnkosten | LRAIC [Abbr.]

durchschnittliche Versorgungsmenge | durchschnittliche Vorratsmenge
gemiddelde toevoer

durchschnittlicher Tagesverkehr | durchschnittlicher täglicher Verkehr | DTV [Abbr.]
gemiddelde etmaalintensiteit | GEI [Abbr.]

Wahrnehmung
perceptie

kollektive Wahrnehmung
collectief beheer

Wahrnehmung von Rechten
beheer van rechten

Durchschnittlicher Kapitalkostensatz
Gewogen Gemiddelde Kapitaalkost | Gewogen gemiddelde kapitaalkostenvoet | GGK

Durchschnittliches Gewicht von Zigaretten berechnen | Durchschnittsgewicht von Zigaretten berechnen
gemiddeld gewicht van sigaretten berekenen

Erzeugerpreis [ durchschnittlicher Erzeugerpreis ]
productieprijs [ gemiddelde productieprijs | produktieprijs ]

Durchschnittspreis [ durchschnittlicher Preis | mittlerer Preis ]
middenprijs

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Die Dienstleistungen, die der Leiter der Schulinspektion und der Schulentwicklungsberatung, die Schulinspektoren und die Schulentwicklungsberater zwecks Wahrnehmung der in Kapitel 2 festgelegten Aufgaben erbringen, belaufen sich bei einer Vollzeitbeschäftigung pro Woche durchschnittlich auf 38 Stunden zu 60 Minuten.
Het hoofd van de onderwijsinspectie en van het adviespunt voor schoolontwikkeling, de onderwijsinspecteurs en de adviseurs voor schoolontwikkeling presteren in het kader van een voltijdse betrekking gemiddeld 38 uren van 60 minuten per week om de in hoofdstuk 2 bepaalde taken uit te oefenen.

X. in der Erwägung, dass Frauen im Jahr 2010 für die gleichen Arbeiten in der EU immer noch durchschnittlich 16,4 % weniger verdienten als Männer, und in der Erwägung, dass das geschlechtsspezifische Lohngefälle zwischen den Mitgliedstaaten variiert und in einigen den Durchschnitt von 22 % für das Jahr 2011 übersteigt; in der Erwägung, dass wenngleich die Ursachen für diese Kluft zwischen den Gehältern vielfältig und komplex sind, sich die Geschlechterstereotypen und die Wahrnehmung der Frau hinsichtlich der traditionellen Rollenverteilung häufig hinter vielen dieser Ursachen verbergen;
X. overwegende dat in 2010 vrouwen in de EU nog steeds gemiddeld zo'n 16,4% minder verdienden dan mannen voor dezelfde banen en de loonkloof binnen lidstaten verschilt en in een aantal van de lidstaten in 2011 een gemiddelde van 22% overschreed; overwegende dat hoewel de oorzaken van deze loonkloof meerledig en complex zijn, de loonkloof vaak het gevolg is van genderstereotypen en een eenzijdige kijk op vrouwen vanuit het oogpunt van de traditionele rolverdeling;

§ 1 - Die Dienstleistungen, die der Leiter der Kunstakademie und das Lehrpersonal zwecks Wahrnehmung des in den Artikeln 72 bis 75 festgelegten Auftrags erbringen, belaufen sich bei einer Vollzeitbeschäftigung pro Woche durchschnittlich auf 38 Stunden zu 60 Minuten.
§ 1 - De diensten die de directeur van de kunstacademie en het onderwijzende personeel met het oog op de uitvoering van de in artikelen 72 tot 75 vastgelegde opdracht leveren, belopen bij een voltijdse betrekking wekelijks gemiddeld 38 uren van 60 minuten.

Auch wenn diese Beurteilung, wie in Randnummer 19 dieses Urteils ausgeführt, im Hinblick auf die mutmaßliche Wahrnehmung eines durchschnittlich informierten, aufmerksamen und verständigen Durchschnittsverbrauchers der Waren oder Dienstleistungen, für die die Marke angemeldet wird, vorzunehmen ist, lässt sich dabei nicht ausschließen, dass Beweismittel über die tatsächliche Wahrnehmung der Marke durch die Verbraucher in bestimmten Fällen dem Amt und im Fall einer Klage dem Gericht Klarheit geben können.
Hoewel bij deze beoordeling, zoals in punt 19 van dit arrest in herinnering is gebracht, moet worden uitgegaan van de vermoedelijke verwachting van de normaal geïnformeerde, redelijk omzichtige en oplettende, gemiddelde consument van de betrokken waren of diensten, neemt dit niet weg dat in sommige gevallen bewijselementen in verband met de effectieve perceptie van het merk door de consument het BHIM of, in beroep, het Gerecht uitsluitsel kunnen geven.

Auch wenn diese Beurteilung im Hinblick auf die mutmaßliche Wahrnehmung eines durchschnittlich informierten, aufmerksamen und verständigen Durchschnittsverbrauchers der Waren oder Dienstleistungen, für die die Marke angemeldet wird, vorzunehmen ist, lässt sich dabei nicht ausschließen, dass Beweismittel über die tatsächliche Wahrnehmung der Marke durch die Verbraucher in bestimmten Fällen dem Amt und im Fall einer Klage dem Gericht Klarheit geben können.
Hoewel bij deze beoordeling moet worden uitgegaan van de vermoedelijke verwachting van de normaal geïnformeerde, redelijk omzichtige en oplettende, gemiddelde consument van de waren of diensten waarvoor de inschrijving wordt gevraagd, neemt dit niet weg dat in sommige gevallen bewijselementen in verband met de daadwerkelijke perceptie van het merk door de consument het Bureau of, na beroep, het Gerecht uitsluitsel kunnen geven.

Dabei handelt es sich um die mutmaßliche Wahrnehmung eines durchschnittlich informierten, aufmerksamen und verständigen Durchschnittsverbrauchers der fraglichen Waren oder Dienstleistungen (vgl. in diesem Sinne zu Artikel 3 Absatz 1 Buchstabe b der Ersten Richtlinie 89/104/EWG des Rates vom 21. Dezember 1988 zur Angleichung der Rechtsvorschriften der Mitgliedstaaten über die Marken [ABl. 1989, L 40, S. 1], einer Bestimmung, die mit Artikel 7 Absatz 1 Buchstabe b der Verordnung Nr. 40/94 identisch ist, Urteil vom 12. Februar 2004 in der Rechtssache C‑218/01, Henkel, noch nicht in der amtlichen Sammlung veröffentlicht, Randnr. 50, und die dort zitierte Rechtsprechung; vgl. auch Urteil vom 29. April 2004 in den Rechtssachen C‑456/01 P und C‑457/01 P, Henkel/HABM, Slg. 2004, I-0000, Randnr. 35, und die dort zitierte Rechtsprechung).
Van belang is de vermoedelijke verwachting van de normaal geïnformeerde, redelijk omzichtige en oplettende, gemiddelde consument van de betrokken waren of diensten [zie in die zin, met betrekking tot artikel 3, lid 1, sub b, van de Eerste richtlijn 89/104/EEG van de Raad van 21 december 1988 betreffende de aanpassing van het merkenrecht der lidstaten (PB 1989, L 40, blz. 1), welke bepaling identiek is aan artikel 7, lid 1, sub b, van verordening nr. 40/94, arrest van 12 februari 2004, Henkel, C‑218/01, Jurispr. blz. I‑0000, punt 50, en aldaar aangehaalde rechtspraak; zie ook arrest van 29 april 2004, Henkel/BHIM, C‑456/01 P en C‑457/01 P, Jurispr. blz. I‑0000, punt 35, en aldaar aangehaalde rechtspraak].