Da für den Inlandsmarkt weder Informationen über die Verkäufe der gleichartigen Ware durch andere Hersteller noch über Verkäufe im gleichen Geschäftszweig vorlagen, vertrat die Kommission die Ansicht, daß die zur Bestimmung des Normalwerts heranzuziehenden VVG-Kosten und Gewinne gemäß Artikel 2 Absatz 6 Buchstabe c) der Grundverordnung nach "jeder anderen vertretbaren Methode" festgesetzt werden sollten.
Aangezien geen gegevens voor de binnenlandse markt beschikbaar waren betreffende verkopen van het soortg
elijke product door andere producenten of verkopen in dezelfde sector, oordeelde
de Commissie dat de verkoopkosten en de algemene en administratieve uitgaven alsmede de winst die worden gebruikt om de normale waarde te berekenen, moesten worden vastgesteld volgens "el
ke andere redelijke methode", zoals bepaald in artikel 2, lid 6
...[+++], onder c), van de basisverordening.