Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «vor staatsrat sein könnte » (Allemand → Néerlandais) :

Die Vorabentscheidungsfrage bezieht sich auf die Vereinbarkeit von Artikel 49/1 Absatz 4 des Gesetzes über die Kontinuität der Unternehmen « in Verbindung mit Artikel 49/1 Absatz 2 des Gesetzes vom 31. Januar 2009 über die Kontinuität der Unternehmen und den Artikeln 1, 2, 3bis und 23 des Gesetzes vom 12. April 1965 über den Schutz der Entlohnung der Arbeitnehmer » mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, dahin ausgelegt, dass die Schuldforderung des Fiskus in Bezug auf Berufssteuervorabzug, die aus Arbeitsleistungen in dem Zeitraum vor der Eröffnung des Verfahrens der gerichtlichen Reorganisation hervorgehe, weder Gegenstand einer Verringerung von Schuldforderungen noch eines Verzichts darauf im Rahmen eines Reorganisat ...[+++]

De prejudiciële vraag heeft betrekking op de bestaanbaarheid, met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, van artikel 49/1, vierde lid, van de WCO, « in samenhang gelezen met artikel 49/1, tweede lid, van de wet van 31 januari 2009 betreffende de continuïteit van de ondernemingen en met de artikelen 1, 2, 3bis en 23 van de wet van 12 april 1965 betreffende de bescherming van het loon der werknemers », indien die bepaling in die zin wordt geïnterpreteerd dat de schuldvordering van de fiscus met betrekking tot de bedrijfsvoorheffing, die is ontstaan uit vóór de opening van de procedure van gerechtelijke reorganisatie verrichte prestaties, geen enkele vermindering ...[+++]


Der Verfassungsgerichtshof, zusammengesetzt aus den Präsidenten J. Spreutels und E. De Groot, und den Richtern A. Alen, T. MerckxVan Goey, P. Nihoul, T. Giet und R. Leysen, unter Assistenz des Kanzlers P.-Y. Dutilleux, unter dem Vorsitz des Präsidenten J. Spreutels, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfragen und Verfahren In drei Entscheiden vom 7. April 2015 in Sachen des belgischen Staates gegen die « La Centrale » PGmbH, die « Genius Vision » PGmbH und die « L'Etal » AG, deren Ausfertigungen am 21. April 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen sind, hat der Appellationshof Mons folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 49/1 Absatz 4 des Gesetzes vom 31. Januar 2 ...[+++]

Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters J. Spreutels en E. De Groot, en de rechters A. Alen, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, T. Giet en R. Leysen, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging Bij drie arresten van 7 april 2015 in zake de Belgische Staat tegen respectievelijk de bvba « La Centrale », de bvba « Genius Vision » en de nv « L'Etal », waarvan de expedities ter griffie van het Hof zijn ingekomen op 21 april 2015, heeft het Hof van Beroep te Bergen de volgende prejudici ...[+++]


Der Ministerrat führt an, der Verfassungsgeber habe durch die Annahme von Artikel 151 der Verfassung zu einem Zeitpunkt - am 20. November 1998 -, als der Staatsrat nur für Akte und Entscheidungen der Verwaltungsbehörden zuständig gewesen sei, folglich unter Ausschluss des Hohen Justizrates, implizit, aber mit Sicherheit gewünscht, dass die Akte und Entscheidungen, mit denen dieser die in Artikel 151 § 3 der Verfassung aufgezählten Befugnisse ausübe, nicht Gegenstand einer Nichtigkeitsklage vor dem Staatsrat sein könnte; der Hof se ...[+++]

De Ministerraad voert aan dat de Grondwetgever, met het aannemen van artikel 151 van de Grondwet op een ogenblik - 20 november 1998 - dat de Raad van State alleen bevoegd was ten aanzien van de akten en beslissingen van uitsluitend de administratieve overheden, en bijgevolg niet ten aanzien van die van de Hoge Raad voor de Justitie, impliciet maar zeker heeft beoogd dat de akten en beslissingen waarmee die laatste de in artikel 151, § 3, van de Grondwet opgesomde bevoegdheden uitoefent, niet het voorwerp kunnen uitmaken van een beroep tot nietigverklaring voor de Raad van State; het Hof zou niet bevoegd zijn om zich over een keuze van d ...[+++]


In der Erwägung, dass eine zu rasche Kürzung der Stützung zu vermeiden ist, da dies mit der Gefahr der Bildung einer Spekulationsblase vor dieser Kürzung verbunden sein könnte, der ein plötzlicher Investitionsstopp folgen würde, was eine vernünftige Entwicklung der Installationen, die die Strukturierung eines nachhaltigen Sektors in der Wallonie ermöglichen kann, beeinträchtigen würde;

Overwegende dat voorkomen dient te worden dat het steunniveau al te snel daalt daar dit even voor de daling een risico op het ontstaan van een speculatiebubbel vormt waarna investeringen bruusk stopgezet zouden worden, waardoor het redelijk ontwikkelingsritme van installaties, die de structurering van een duurzame sector in Wallonië mogelijk maakt, gevaar zou lopen;


Der von der CBFA auf der Grundlage von Absatz 2 von Artikel 21octies § 2 des Gesetzes vom 9. Juli 1975 - ersetzt durch Artikel 12 des Gesetzes vom 17. Juni 2009 - gefasste Beschluss stellte also nicht einen solchen « Tariferhöhungsbeschluss » dar, der Gegenstand einer Klage beim Staatsrat sein konnte, welche nach den im königlichen Erlass vom 15. Mai 2003 beschriebenen Verfahrensregeln geprüft werden musste.

De beslissing die de CBFA heeft genomen op grond van het tweede lid van artikel 21octies, § 2, van de wet van 9 juli 1975 - zoals het werd vervangen bij artikel 12 van de wet van 17 juni 2009 -, vormde dus niet zulk een « beslissing tot tariefverhoging » die vatbaar is voor een beroep bij de Raad van State dat dient te worden onderzocht volgens de procedureregels beschreven in het koninklijk besluit van 15 mei 2003.


20. OKTOBER 2016 - Erlaß der Wallonischen Regierung zur Abänderung des Erlasses der Wallonischen Regierung vom 23. Juni 2016 zur Abänderung des Erlasses der Wallonischen Regierung vom 30. November 2006 über die Förderung des mittels erneuerbarer Energiequellen oder Kraft/Wärme-Kopplung erzeugten Stroms Die Wallonische Regierung, Aufgrund des Dekrets vom 12. April 2001 bezüglich der Organisation des regionalen Elektrizitätsmarkts, Artikel 38, ersetzt durch das Dekret vom 4. Oktober 2007 und abgeändert durch das Dekret vom 27. März 2014, Artikel 39 § 1, ersetzt durch das Dekret vom 4. Oktober 2007 und abgeändert durch die Dekrete vom 27. März 2014 und 11. April 2014; Aufgrund des Erlasses der Wallonischen Regierung vom 23. Juni 201 ...[+++]

20 OKTOBER 2016. - Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 23 juni 2016 tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 30 november 2006 tot bevordering van de groene elektriciteit uit hernieuwbare energiebronnen of uit warmtekrachtkoppeling De Waalse Regering, Gelet op het decreet van 12 april 2001 betreffende de organisatie van de gewestelijke elektriciteitsmarkt, artikel 38, vervangen bij het decreet van 4 oktober 2007 en gewijzigd bij het decreet van 27 maart 2004, artikel 39, § 1, vervangen bij het decreet van 4 oktober 2007 en gewijzigd bij de decreten van 27 maart 2014 en 11 april 2014; Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 23 juni 2016 tot wijziging van het besluit ...[+++]


Das Verfahren vor dem Staatsrat, der bis dahin das einzige Rechtsprechungsorgan war, das befugt war, über Beschwerden gegen die in Anwendung der Ordonnanz auferlegten Geldbußen zu befinden, wurde nicht als das geeignetste angesehen angesichts seiner Dauer und der Kosten, die es mit sich bringen konnte, sowie der Beschaffenheit der durch das hohe Gericht ausgeübten Kontrolle, die sich lediglich auf die Rechtmäßigkeit beschränkt und ...[+++]

De procedure voor de Raad van State, tot dan het enige rechtscollege dat bevoegd was om kennis te nemen van de beroepen gericht tegen de met toepassing van de ordonnantie opgelegde geldboetes, werd niet beschouwd als de meest geschikte, gelet op de duur ervan en op de kosten die zij met zich kon meebrengen, alsook op de aard van de door het hoge rechtscollege uitgeoefende controle, die zich enkel beperkt tot de wettigheid en niet de grond van de zaak betreft (Parl. St., Brusselse Hoofdstedelijke Raad, 2000-2001, A-176/2, p. 16).


Das übergeordnete Interesse des Kindes - das es erfordern könnte, dass der Richter, der für Unterbringungsmaßnahmen, die sich auf das Kind beziehen, zuständig ist, der Richter seines Wohnsitzes oder seines gewöhnlichen Wohnortes ist - hat also Vorrang vor dem durch Artikel 629bis § 1 festgelegten Grundsatz und erlaubt es in jedem Fall, dass der Richter, bei dem die Sache ursprünglich eingeleitet wurde, die Sache an das Familiengericht des Wohnsitzes oder des Wohnortes des Minderjährigen verweist, wenn er der Auffassung ist, dass das ü ...[+++]

Het hogere belang van het kind - dat zou kunnen vereisen dat de rechter bevoegd voor de verblijfsmaatregelen die op dat kind betrekking hebben, de rechter is van zijn woonplaats of van zijn gewone verblijfplaats -, heeft dus de overhand op het beginsel dat vastligt bij artikel 629bis, § 1, en laat in elk geval toe dat de rechter bij wie de zaak oorspronkelijk werd ingeleid, de zaak doorverwijst naar de familierechtbank van de woonplaats of van de verblijfplaats van de minderjarige indien hij oordeelt dat het hogere belang van het kind het vereist.


In seinem Gutachten vor der Annahme des Gesetzes vom 22. Dezember 1998 « zur Abänderung einiger Bestimmungen von Teil II des Gerichtsgesetzbuches über den Hohen Justizrat, die Ernennung und die Bestimmung von Magistraten und zur Einführung eines Bewertungssystems für Magistrate » hatte der Staatsrat im Ubrigen die Frage gestellt, ob « der Vorschlag nicht Gegenstand einer direkten Klage sein könnte, wenn er zur Folge hat, einen Bewerber endgültig auszus ...[+++]

In zijn advies dat voorafgaat aan de wet van 22 december 1998 « tot wijziging van sommige bepalingen van deel II van het Gerechtelijk Wetboek met betrekking tot de Hoge Raad voor de Justitie, de benoeming en aanwijzing van magistraten en tot invoering van een evaluatiesysteem », had de Raad van State overigens de vraag gesteld of « geen rechtstreeks beroep tegen de voordracht kan worden ingesteld wanneer die tot gevolg heeft dat een kandidaat definitief wordt uitgesloten » (Parl. St., Kamer, 1997-1998, nr. 1677/2, p. 3, voetnoot).


Insofern Artikel 14 der koordinierten Gesetze über den Staatsrat es einem Beamten der Staatsanwaltschaft nicht erlaubt, vor dem Staatsrat eine Klage gegen die Entscheidung des Prokurators des Königs bezüglich der ihm anvertrauten Aufgaben, die eine verschleierte Disziplinarstrafe sein könnte, einzulegen, ist diese Bestimmung nicht unvereinbar mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung.

In zoverre artikel 14 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State een ambtenaar van het openbaar ministerie niet toestaat voor de Raad van State een beroep in te stellen tegen de beslissing van de procureur des Konings die verband houdt met de opdrachten die hij hem toevertrouwt, en die een verhulde tuchtsanctie zou kunnen vormen, is die bepaling niet onbestaanbaar met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet.


w