69. stellt fest, dass der Sport die gegenseitige Abhängigkeit von Wettkampfsportlern gewährleisten und ergebnisoffene Wettkämpfe garantieren muss, was rechtfertigen könnte, dass Sportorganisationen auf dem Markt einen speziellen Rahmen für die Produktion und den Verkauf von Sportereignissen einführen; ist jedoch der Auffassung, dass ein solcher Rahmen aufgrund des zunehmenden Gewichts solcher Aktivitäten keine Rechtfertigung für eine automatische Freistellung aller durch den Sport initiierten Wirtschaftsaktivitäten von den gemeinschaftlichen Wettbewerbsregelungen ist;
69. stelt dat de sportsector voor de onderlinge afhankelijkheid tussen concurrenten moet zorgen en de onzekerheid van wedstrijduitslagen moet waarborgen, hetgeen sportorganisaties het recht zou kunnen geven om een specifiek kader te creëren op de markten voor de organisatie en de verkoop van sportevenementen; is echter van mening dat deze specifieke eisen geen automatische vrijstelling van de communautaire mededingingsvoorschriften rechtvaardigen voor economische activiteiten die door sport worden gegenereerd;
