45. bekräftigt seine Auffassung, dass die Einbeziehung der nationalen Parlamente, der Zivilgesellschaft und der Lokalbehörden in den Partnerländern unabdingbar ist für die Erzielung einer wirklichen Identifikation mit dem Prozess, und wiederholt seine Aufforderung an die Kommission, alle erdenklichen Anstrengungen zu unternehmen, um den Dialog mit diesen Gremien in allen verschiedenen Stufen des Planungsprozesses zu verbessern;
45. herhaalt zijn standpunt dat de betrokkenheid van nationale parlementen, het maatschappelijk middenveld en lagere overheden in partnerlanden onontbeerlijk is voor het bereiken van daadwerkelijke zeggenschap over het proces, en herhaalt zijn oproep aan de Commissie om alles in het werk te stellen ter verbetering van de dialoog met deze organen in alle verschillende stadia van het programmeringsproces;