Traduction de « armut gefährdet » (Allemand → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

durch Armut oder soziale Ausgrenzung gefährdete Personen | von Armut oder sozialer Ausgrenzung bedrohte Personen
mensen die met armoede of sociale uitsluiting worden bedreigd

Armut [ Armer | Bekämpfung der Armut | Einkommensschwacher | neue Armut | wirtschaftlich Schwacher ]
armoede [ arm | bestrijding van de armoede | economisch zwak | nieuwe arme ]

Grad der Armut | Verbreitungsgrad der Armut
mate van armoede

Beseitigung der Armut | Überwindung der Armut
uitbannen van armoede | uitbanning van armoede

Indikator der menschlichen Armut
menselijke armoede-index

Dienst zur Bekämpfung von Armut, prekären Lebensumständen und sozialer Ausgrenzung
Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting

Allgemeiner Bericht über die Armut
Algemeen Verslag over de Armoede

Gefährdeter Fischbestand | Sensibler Fischbestand
Gevoelig bestand

geschützte Art [ gefährdete Art | vom Aussterben bedrohte Art ]
beschermde soort [ bedreigde soort | met uitsterving bedreigde soort ]

Beschäftigungssicherheit [ Arbeitsplatzgarantie | Arbeitsplatzgefährdung | Arbeitsplatzsicherheit | garantierter Arbeitsplatz | gefährdeter Arbeitsplatz ]
zekerheid van arbeidsplaats [ bedreigde arbeidsplaats | bescherming van arbeidsplaatsen | gegarandeerde arbeidsplaats | vaste baan ]

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

- Armutsbekämpfung: Vor der Krise waren 80 Millionen Menschen von Armut gefährdet, davon 19 Millionen Kinder.
- armoedebestrijding: vóór de crisis dreigde armoede voor 80 miljoen mensen, onder wie 19 miljoen kinderen; 8% van de mensen met werk verdient te weinig om boven de armoedegrens te komen. Vooral werklozen zijn kwetsbaar.

1c - Quote der dauerhaften Armutsgefährdung (erst ab 2010 verfügbar) – EU Personen, die im laufenden Jahr von Armut gefährdet sind und während der letzten drei Jahre mindestens zwei Jahre lang armutsgefährdet waren.
1c – Blijvend armoederisicocijfer (pas vanaf 2010 beschikbaar) – EU Personen die in het lopende jaar risico op armoede lopen en ten minste 2 jaar gedurende de afgelopen 3 jaar aan dit risico hebben blootgestaan.

Obwohl sich die Situation seit 1995 insgesamt zum Besseren verändert hat, waren mit mehr als 55 Millionen Menschen bzw. 15 % der EU-Bevölkerung, die im Jahr 2001 durch Armut gefährdet waren, nach wie vor sehr viele Personen von relativer Einkommensarmut betroffen.
Ondanks een algemene verbetering sinds 1995, hebben toch nog zeer grote aantallen mensen te maken met relatieve inkomensarmoede, aangezien er in 2001 meer dan 55 miljoen mensen ofwel 15% van de EU-bevolking op de grens van armoede leven.

Besorgniserregende 16% der EU-Bevölkerung sind akut von Armut bedroht, wobei Kinder, Alleinerziehende und Ältere besonders gefährdet sind.
Het is verontrustend dat 16% van de EU-bevolking het risico loopt om arm te worden, waarbij in het bijzonder kinderen, alleenstaande ouders en ouderen tot de kwetsbare bevolkingsgroepen behoren.

17. äußert seine tiefe Sorge über die Zunahme extremer Armut, die die uneingeschränkte Wahrnehmung aller Menschenrechte gefährdet; begrüßt in diesem Zusammenhang den Bericht des Sonderberichterstatters des UNHRC zu extremer Armut und Menschenrechten (A/HRC/29/31) und unterstützt seine Vorschläge für die Beseitigung extremer Armut, zu denen Folgendes gehört: wirtschaftlichen, sozialen und kulturellen Rechten sollte der gleiche Stellenwert und die gleiche Priorität wie bürgerlichen und politischen Rechten eingeräumt werden; das Recht auf soziale Absicherung sollte anerkannt werden; eine Fiskalpolitik, die speziell darauf ausgerichtet ist, Ungleichheiten abzubauen, sollte umgesetzt werden; das Recht auf Gleichbehandlung sollte wiederbelebt und mit Substanz erfüllt werden; die Fragen der Neuverteilung von Ressourcen sollten in den Mittelpunkt von Debatten über Menschenrechte gestellt werden; betont, dass es angesichts der Tatsache, dass die Mehrheit der von Armut Betroffenen weltweit Frauen und Haushalte sind, die von Frauen geführt werden, wichtig ist, für gleichberechtigten Zugang zu Ressourcen und Beschäftigung für Frauen und Männer zu sorgen;
17. spreekt zijn diepe bezorgdheid uit over de toename van extreme armoede, wat de volledige uitoefening van alle mensenrechten op de helling zet; is in dit verband ingenomen met het verslag van de speciale VN-rapporteur over extreme armoede en mensenrechten (A/HRC/29/31) en spreekt zijn steun uit voor diens voorstellen tot uitbanning van extreme armoede, waaronder: aan economische, sociale en culturele rechten dezelfde bekendheid en prioriteit toekennen als aan burgerrechten en politieke rechten; het recht op sociale bescherming erkennen; een begrotingsbeleid ten uitvoer leggen dat specifiek gericht is op het verminderen van ongelijkheid; het recht op gelijkheid nieuw leven inblazen en een concrete invulling geven; en in mensenrechtendebatten kwesties in verband met de herverdeling van middelen centraal stellen; benadrukt dat de meerderheid van de armen in de wereld weliswaar vrouwen en huishoudens met een vrouw aan het hoofd zijn, maar dat het van belang is om zowel vrouwen als mannen te verzekeren van een gelijke toegang tot middelen en werkgelegenheid;

M. in der Erwägung, dass die Entwicklungsländer am wenigsten zum Klimawandel beigetragen haben, jedoch am schwersten von dessen Folgen betroffen sind, und in der Erwägung, dass der Klimawandel 40 % der internationalen Investitionen zur Reduzierung der Armut gefährdet,
M. overwegende dat de ontwikkelingslanden het minst hebben bijgedragen aan de klimaatverandering, maar het meest te lijden hebben onder de gevolgen daarvan, en dat de klimaatverandering de internationale investeringen in armoedebestrijding met 40% dreigt te doen afnemen,

63. fordert die Mitgliedstaaten auf, nationale Reformprogramme vorzulegen, die dem Ziel der Plattform und den Zielen der Union im Bereich der sozialverträglichen und nachhaltigen Entwicklung entsprechen; unterstützt die Erkenntnis der Kommission, dass Armut für „Europa im 21. Jahrhundert untragbar“ ist, und fordert deshalb, die Lohn-Indexierungssysteme und Flächentarifverträge nicht in Frage zu stellen und die Kapazitäten der Mitgliedstaaten in Bezug auf Investitionen und Sozialausgaben im Rahmen der wirtschaftspolitischen Steuerung nicht unvernünftig und ungerechtfertigt einzuschränken und auch für die Nachhaltigkeit der öffentlichen Finanzen und die Schaffung lohnender Arbeitsplätze zu sorgen, da die Verringerung der Armut eine wesentliche Begleiterscheinung intelligenten, nachhaltigen und integrativen Wachstums ist; fordert, dass der Status der nationalen Aktionspläne für soziale Eingliederung und insbesondere die Frage ihrer Einbeziehung in die nationalen Reformprogramme im Rahmen der Strategie Europa 2020 geklärt wird; fordert die Kommission auf, im Hinblick auf die Verwirklichung des Ziels der Armutsverringerung für die Mitgliedstaaten Empfehlungen auszuarbeiten, insbesondere für den Fall einer unzulänglichen Verwirklichung, da die Armutsbekämpfung verstärkte Anstrengungen und die Mobilisation aller Akteure und aller Mittel erfordert, um Armut und extreme Armut mittelfristig erheblich zu senken und die Armut bis spätestens 2020 auf ein niedriges Niveau zu bringen, wenn nicht gar zu beseitigen; schlägt vor, dass die Kommission auf europäischer Ebene Leitlinien für die Mitgliedstaaten erarbeitet, um die effektive Teilnahme der Gebietskörperschaften und anderer interessierter Parteien an der Vorbereitung der nationalen Reformprogramme zu gewährleisten; weist darauf hin, dass die „territorialen Bündnisse“ vom Potenzial her den umfassendsten und konsequentesten Mechanismus zur Einbindung der Gebietskörperschaften in diesen Prozess darstellen, wie im fünften Be ...
63. roept de lidstaten ertoe op nationale hervormingsprogramma's voor te stellen die met de doelstelling van het platform en met de doelstellingen van de Unie op het vlak van sociale en duurzame ontwikkeling stroken, en in overeenstemming met de vaststelling van de Commissie dat armoede voor "Europa in de 21e eeuw inacceptabel" is de loonindexeringssystemen en collectieve arbeidsovereenkomsten niet in twijfel te trekken en hun capaciteit op het gebied van investeringen en sociale uitgaven niet in het kader van het economisch bestuur op irrationele en ongegronde wijze te beperken, en tegelijkertijd de duurzaamheid van de overheidsfinanciën en de creatie van werk dat loont te waarborgen, wetende dat de vermindering van de armoede een essentieel uitvloeisel is van intelligente, duurzame en inclusieve groei; vraagt om een opheldering van de status van de nationale actieplannen voor sociale inclusie, en met name van hun integratie in de nationale hervormingsprogramma's in het kader van de EU 2020-strategie; roept de Commissie op om landspecifieke aanbevelingen op te stellen om de armoedereductiedoelstelling te halen, met name in geval van mislukking, aangezien een sterkere inzet, de actieve deelname van alle partijen en de beschikbaarstelling van alle middelen nodig zijn om de armoede en de grote armoede op middellange termijn beduidend te verminderen en om een laag armoedeniveau of zelfs de uitroeiing van de armoede in uiterlijk 2020 te bereiken; stelt voor dat de Commissie op Europees niveau richtsnoeren voor de lidstaten opstelt om ervoor te zorgen dat de territoriale overheden en de andere betrokken partijen daadwerkelijk deelnemen aan de voorbereiding van de nationale hervormingsprogramma's; merkt op dat de "territoriale pacten" in potentie het meest volledige en coherente mechanisme zijn om de territoriale overheden bij dit proces te betrekken, zoals in het vijfde cohesieverslag wordt voorgesteld; is van mening dat de doelstelling van de Europa 2020-strategie ...

64. fordert die Mitgliedstaaten auf, nationale Reformprogramme vorzulegen, die dem Ziel der Plattform und den Zielen der Union im Bereich der sozialverträglichen und nachhaltigen Entwicklung entsprechen; unterstützt die Erkenntnis der Kommission, dass Armut für „Europa im 21. Jahrhundert untragbar“ ist, und fordert deshalb, die Lohn-Indexierungssysteme und Flächentarifverträge nicht in Frage zu stellen und die Kapazitäten der Mitgliedstaaten in Bezug auf Investitionen und Sozialausgaben im Rahmen der wirtschaftspolitischen Steuerung nicht unvernünftig und ungerechtfertigt einzuschränken und auch für die Nachhaltigkeit der öffentlichen Finanzen und die Schaffung lohnender Arbeitsplätze zu sorgen, da die Verringerung der Armut eine wesentliche Begleiterscheinung intelligenten, nachhaltigen und integrativen Wachstums ist; fordert, dass der Status der nationalen Aktionspläne für soziale Eingliederung und insbesondere die Frage ihrer Einbeziehung in die nationalen Reformprogramme im Rahmen der Strategie Europa 2020 geklärt wird; fordert die Kommission auf, im Hinblick auf die Verwirklichung des Ziels der Armutsverringerung für die Mitgliedstaaten Empfehlungen auszuarbeiten, insbesondere für den Fall einer unzulänglichen Verwirklichung, da die Armutsbekämpfung verstärkte Anstrengungen und die Mobilisation aller Akteure und aller Mittel erfordert, um Armut und extreme Armut mittelfristig erheblich zu senken und die Armut bis spätestens 2020 auf ein niedriges Niveau zu bringen, wenn nicht gar zu beseitigen; schlägt vor, dass die Kommission auf europäischer Ebene Leitlinien für die Mitgliedstaaten erarbeitet, um die effektive Teilnahme der Gebietskörperschaften und anderer interessierter Parteien an der Vorbereitung der nationalen Reformprogramme zu gewährleisten; weist darauf hin, dass die „territorialen Bündnisse“ vom Potenzial her den umfassendsten und konsequentesten Mechanismus zur Einbindung der Gebietskörperschaften in diesen Prozess darstellen, wie im fünften Be ...
64. roept de lidstaten ertoe op nationale hervormingsprogramma's voor te stellen die met de doelstelling van het platform en met de doelstellingen van de Unie op het vlak van sociale en duurzame ontwikkeling stroken, en in overeenstemming met de vaststelling van de Commissie dat armoede voor „Europa in de 21e eeuw inacceptabel” is de loonindexeringssystemen en collectieve arbeidsovereenkomsten niet in twijfel te trekken en hun capaciteit op het gebied van investeringen en sociale uitgaven niet in het kader van het economisch bestuur op irrationele en ongegronde wijze te beperken, en tegelijkertijd de duurzaamheid van de overheidsfinanciën en de creatie van werk dat loont te waarborgen, wetende dat de vermindering van de armoede een essentieel uitvloeisel is van intelligente, duurzame en inclusieve groei; vraagt om een opheldering van de status van de nationale actieplannen voor sociale inclusie, en met name van hun integratie in de nationale hervormingsprogramma's in het kader van de EU 2020-strategie; roept de Commissie op om landspecifieke aanbevelingen op te stellen om de armoedereductiedoelstelling te halen, met name in geval van mislukking, aangezien een sterkere inzet, de actieve deelname van alle partijen en de beschikbaarstelling van alle middelen nodig zijn om de armoede en de grote armoede op middellange termijn beduidend te verminderen en om een laag armoedeniveau of zelfs de uitroeiing van de armoede in uiterlijk 2020 te bereiken; stelt voor dat de Commissie op Europees niveau richtsnoeren voor de lidstaten opstelt om ervoor te zorgen dat de territoriale overheden en de andere betrokken partijen daadwerkelijk deelnemen aan de voorbereiding van de nationale hervormingsprogramma's; merkt op dat de „territoriale pacten” in potentie het meest volledige en coherente mechanisme zijn om de territoriale overheden bij dit proces te betrekken, zoals in het vijfde cohesieverslag wordt voorgesteld; is van mening dat de doelstelling van de Europa 2020-strategie ...

Für Alleinerziehende - deren Zahl in den meisten Mitgliedstaaten signifikant zunimmt - ist es im Allgemeinen besonders schwer, die Hemmnisse für eine Erwerbsbeteiligung zu überwinden. Daher gibt es in dieser Gruppe besonders viele Arbeitslose und Personen, die von Einkommensbeihilfen abhängig und/oder von Armut gefährdet sind.
Vooral alleenstaande ouders - hun aantal neemt in de meeste lidstaten almaar toe - blijken het moeilijk te hebben met de obstakels die hun arbeidsparticipatie belemmeren; de cijfers inzake werkloosheid en afhankelijkheid van inkomenssteun en/of het risico van armoede zijn bij die groep dan ook bijzonder hoog.