In ihrer Entscheidung über die Eröffnung des förmlichen Prüfverfahrens vertrat die Behörde den Standpunkt, dass die Maßnahmen im Bereich der Energieeinsparung, die Förderung neuer Energietechnologien und die Förderung von Investitionen in die Energieerzeugung aus erneuerbaren Energiequellen eine staatliche Beihilfe im Sinne von Artikel 61 Absatz 1 des EWR-Abkommens darstellen.
In haar besluit tot inleiding van de formele onderzoekprocedure oordeelde de Autoriteit dat de maatregelen op het gebied van energiebesparing, de ondersteuning van nieuwe energietechnologie en de steun voor investeringen in duurzame energieproductie staatssteun vormden in de zin van artikel 61, lid 1, van de EER-Overeenkomst.