Vertaling van "verjährungsfrist zwei " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

Verjährungsfrist
verjaringstermijn

Aufzug mit zwei sich gegenseitig ausbalancierenden Fahrkoerben; Aufzug mit zwei sich gegenseitig ausbalancierenden Kabinen
pendellift

Schere mit zwei Armen | Schere mit zwei Blaettern
schaar met twee benen

eine gerechte und tragfähige Lösung der Zypern-Frage, die auf einer Föderation von zwei Gebieten und zwei Gemeinschaften basiert
een rechtvaardige en levensvatbare oplossing (...) voor de kwestie Cyprus (....) op basis van een federatie van twee zones en twee gemeenschappen

intervertebral | zwischen zwei Wirbeln
intervertebraal | tussen twee wervels

auf zwei Ebenen strukturierter integrierter Polizeidienst
geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus

in zwei Ausfertigungen
in tweevoud

gesprochene Sprache zwischen zwei Parteien dolmetschen
tolken tussen twee partijen

Wahl mit zwei Wahlgängen
kiesstelsel met twee stemronden

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Im ursprünglichen Text des Gesetzes vom 13. Juni 1966 hatte der Gesetzgeber festgelegt, dass die zu Unrecht gezahlten Leistungen nach Ablauf einer einheitlichen Verjährungsfrist von zwei Jahren nicht mehr zurückgefordert werden konnten; auf diese Weise beendete er die zuvor anwendbare dreißigjährige Verjährungsfrist.
In de oorspronkelijke tekst van de wet van 13 juni 1966 had de wetgever bepaald dat de onterecht uitgekeerde prestaties niet konden worden teruggevorderd na het verstrijken van een uniforme verjaringstermijn van twee jaar; op die manier maakte hij een einde aan de dertigjarige verjaring die voordien van toepassing was.

Die fragliche Bestimmung führt somit zu einem Behandlungsunterschied zwischen zwei Kategorien von Steuerpflichtigen, indem im Mehrwertsteuersystem die Steuerverwaltung die Notifizierung der Indizien der Steuerhinterziehung an den Steuerpflichtigen erst vor der Beitreibung der Steuer während der zusätzlichen Verjährungsfrist vornehmen muss (Artikel 84ter des MwStGB), während im Einkommensteuersystem die Notifizierung der Indizien der Steuerhinterziehung für den betreffenden Zeitraum an den Steuerpflichtigen vor jeder Untersuchung in der zusätzlichen Untersuchungsfrist erfolgen muss (Artikel 333 Absatz 3 des EStGB 1992).
De in het geding zijnde bepaling leidt aldus tot een verschil in behandeling van twee categorieën van belastingplichtigen doordat in het btw-stelsel de fiscale administratie de kennisgeving van de vermoedens van belastingontduiking aan de belastingplichtige pas vóór de vordering van de belasting tijdens de aanvullende verjaringstermijn dient te verrichten (artikel 84ter van het WBTW) terwijl in het stelsel van de inkomstenbelastingen de kennisgeving van aanwijzingen inzake belastingontduiking voor het bedoelde tijdperk aan de belastingplichtige vóór elk onderzoek in de aanvullende onderzoekstermijn dient te worden verricht (artikel 333, derde lid, van het WIB 1992).

(6) Die Verjährungsfrist für Ansprüche nach diesem Artikel darf nicht weniger als zwei Jahre betragen.
6. De verjaringstermijn voor het indienen van vorderingen op grond van dit artikel is minimaal twee jaar.

In der Stellungnahme ist des Weiteren angelehnt an Artikel 12 der Richtlinie 2013/11 zu alternativen Formen der Streitbeilegung für Verbraucherrechtsstreitigkeiten vorgesehen, dass zur Gewährleistung einheitlicher Bedingungen die Verjährungsfrist für die Einreichung von Beschwerden generell zwei Jahre betragen sollte.
Het advies volgt ook artikel 12 van Richtlijn 2013/11 betreffende alternatieve beslechting van consumentengeschillen met de bepaling dat de termijn om klachten in te dienen twee jaar over moet bedragen, om te zorgen voor uniforme voorwaarden.

Da die Höchststrafe für öffentliche Verleumdung gemäß dem Strafgesetzbuch zwei Jahre beträgt, ist die Verjährungsfrist für diese Straftat somit das Mindestmaß von drei Jahren.
Aangezien op grond van het Hongaarse wetboek van strafrecht de straf die gesteld wordt op smaad twee jaar is, bedraagt de verjaringstermijn voor dit delict het minimum van drie jaar.

« Verstösst Artikel 7 § 13 Absatz 2 des Erlassgesetzes vom 28. Dezember 1944 über die soziale Sicherheit der Arbeitnehmer, abgeändert durch Artikel 112 des Gesetzes vom 30. Dezember 1988, dahingehend ausgelegt, dass er die Verjährung der vom Landesamt für Arbeitsbeschaffung erhobenen Rückforderungsklage in Bezug auf von Arbeitslosen zu Unrecht erhaltene Arbeitslosengelder der gemeinrechtlichen Verjährungsfrist unterwirft, die seit dem 27. Juli 1998 durch Artikel 2262bis des Zivilgesetzbuches, eingefügt durch das Gesetz vom 10. Juli 1998 zur Abänderung gewisser Bestimmungen [bezüglich der Verjährung], auf zehn Jahre festgesetzt ist, gegen den in den Artikeln 10 und 11 der Verfassung verankerten Gleichheits- und Nichtdiskriminierungsgrundsatz, indem er die Arbeitslosen zwei unterschiedlichen Verjährungsfristen für die Rückforderungsklage in Bezug auf zu Unrecht erhaltene Arbeitslosengelder unterwirft, und zwar je nachdem, ob sie die zu Unrecht erhaltenen Gelder dem Landesamt für Arbeitsbeschaffung - gemeinrechtliche Verjährungsfrist, d.h. zehn Jahre - oder den Zahlungseinrichtungen - Klagerecht verjährt in drei Jahren, beziehungsweise in fünf Jahren, wenn die zu Unrecht erhaltene Zahlung auf Betrug oder Arglist seitens des Arbeitslosen zurückzuführen ist - schulden?
« Schendt artikel 7, § 13, tweede lid, van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, zoals gewijzigd bij artikel 112 van de wet van 30 december 1988, in die zin geïnterpreteerd dat het de verjaring van de vordering van de RVA tot invordering van de door de werklozen onterecht ontvangen werkloosheidsuitkeringen onderwerpt aan de gemeenrechtelijke verjaringstermijn die sinds 27 juni 1998 bij artikel 2262bis van het Burgerlijk Wetboek, ingevoegd bij de wet van 10 juni 1998 tot wijziging van sommige bepalingen [betreffende de verjaring], is vastgesteld op tien jaar, het in de artikelen 10 en 11 van de Grondwet vervatte beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie in zoverre het de werklozen aan twee verschillende verjaringstermijnen van de vordering tot invordering van de onterecht ontvangen werkloosheidsuitkeringen onderwerpt naargelang zij onverschuldigde betalingen verschuldigd zijn ten aanzien van de RVA (gemeenrechtelijke verjaringstermijn, namelijk tien jaar) of ten aanzien van de uitbetalingsinstellingen (het vorderingsrecht dat na drie jaar verjaart, wordt op vijf jaar gebracht wanneer de onverschuldigde betaling het gevolg is van arglist of bedrog van de werkloze) ?

Er muss daher die Folgen dieser Schlechterfüllung tragen. Seine finanziellen Interessen werden jedoch zum einen durch die Verjährungsfrist von zwei Jahren und zum anderen durch die Möglichkeit geschützt, die Ersatzlieferung zu verweigern, wenn sich diese Abhilfe als unverhältnismäßig erweist, weil sie ihm unzumutbare Kosten verursachen würde.
Hij moet dus instaan voor de gevolgen van de slechte uitvoering van zijn verbintenis. Zijn financiële belangen worden echter beschermd door, enerzijds, de verjaringstermijn van twee jaar, en anderzijds, de mogelijkheid om vervanging van het goed te weigeren ingeval deze vorm van genoegdoening buiten verhouding is doordat zij voor hem onredelijke kosten meebrengt.

- beträgt die Verjährungsfrist zwei Jahre ab dem 1. Januar 1992 für alle zwischen dem 1. Januar 1991 und dem 1. Januar 1992 gezahlten Summen.
- is de verjaringstermijn twee jaar, ingaande op 1 januari 1992, voor alle tussen 1 januari 1991 en 1 januari 1992 betaalde sommen.

Ablauf der Verjährungsfrist für die Strafverfolgung in dem Mitgliedstaat, in dem sie am längsten ist, soweit zwei Mitgliedstaaten noch von den Ermittlungen und den Strafverfolgungsmaßnahmen betroffen sind;
het tijdstip waarop de langste van de in de lidstaten geldende termijnen voor de verjaring van het recht van strafvordering verstrijkt, voorzover twee lidstaten bij het onderzoek of de vervolging betrokken zijn;