Besteht die Gefahr, dass das Verhalten eines Mitglieds des Leitungsorgans einem soliden und umsichtigen Management der CCP abträglich ist, ergreift die zuständige Behörde die erforderlichen Maßnahmen; dazu kann der Ausschluss des betreffenden Mitglieds aus dem Leitungsorgan gehören.
Indien het gedrag van een lid van de raad waarschijnlijk nadelig is voor de gezonde en voorzichtige bedrijfsvoering van de CTP, neemt de bevoegde autoriteit passende maatregelen, welke het ontslag van dat lid uit de raad kan omvatten.