Vertaling van "union durchschnittlich " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

durchschnittliche Grenzkosten | langfristige durchschnittliche zusätzliche Kosten | LRAIC [Abbr.]
gemiddelde incrementele langetermijnkosten | LRAIC [Abbr.]

durchschnittliche Versorgungsmenge | durchschnittliche Vorratsmenge
gemiddelde toevoer

durchschnittlicher Tagesverkehr | durchschnittlicher täglicher Verkehr | DTV [Abbr.]
gemiddelde etmaalintensiteit | GEI [Abbr.]

Durchschnittlicher Kapitalkostensatz
Gewogen Gemiddelde Kapitaalkost | Gewogen gemiddelde kapitaalkostenvoet | GGK

durchschnittlicher Tageslohn
gemiddeld dagloon

jährlicher durchschnittlicher Personalbestand
jaargemiddelde van het personeelsbestand

maximale durchschnittliche Arbeitszeit
gemiddelde maximum arbeidsduur

Erzeugerpreis [ durchschnittlicher Erzeugerpreis ]
productieprijs [ gemiddelde productieprijs | produktieprijs ]

Durchschnittliches Gewicht von Zigaretten berechnen | Durchschnittsgewicht von Zigaretten berechnen
gemiddeld gewicht van sigaretten berekenen

Durchschnittspreis [ durchschnittlicher Preis | mittlerer Preis ]
middenprijs

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

14. erinnert daran, dass zwischen 2000 und 2011 die nationalen Haushalte in der Europäischen Union durchschnittlich um 62 % gestiegen sind, während die Zahlungen aus dem EU-Haushalt um etwas weniger als 42 % anstiegen, obwohl die Europäische Union in dieser Zeit von 15 auf 27 Mitgliedstaaten angewachsen ist;
14. herinnert eraan dat de nationale begrotingen in de EU tussen 2000 en 2011 gemiddeld zijn toegenomen met 62%, terwijl de betalingen uit de EU-begroting zijn toegenomen met iets minder dan 42%, hoewel de EU is uitgebreid van 15 tot 27 lidstaten;

Q. in der Erwägung, dass in der Europäischen Union durchschnittlich 3 von 10 Haushalten Einpersonenhaushalte sind, von denen die Mehrzahl aus allein lebenden, vor allem älteren, Frauen besteht, und dass dieser Anteil zunimmt; in der Erwägung, dass diese Haushalte schutzbedürftiger und einem größeren Risiko der Armut ausgesetzt sind, insbesondere in wirtschaftlich schwierigen Zeiten; in der Erwägung, dass Einpersonenhaushalten oder Haushalten, die nur ein Einkommen haben, in den meisten Mitgliedsstaaten eine ungünstige Behandlung sowohl in absoluter als auch in relativer Hinsicht zuteil wird, wenn es um Besteuerung, soziale Sicherheit, Unterbringung, Gesundheitsfürsorge, Versicherung und Renten geht; in der Erwägung, dass die staatliche Politik Menschen nicht deswegen schlechter stellen sollte, weil sie – freiwillig oder unfreiwillig – allein leben;
Q. overwegende dat gemiddeld 3 van de 10 huishoudens in de Europese Unie eenpersoonshuishoudens zijn waarvan het merendeel bestaat uit alleenwonende vrouwen, met name oudere vrouwen, en dat dit percentage verder toeneemt; overwegende dat deze huishoudens kwetsbaarder zijn en meer kans hebben om tot armoede te vervallen, vooral in tijden van economische tegenspoed; overwegende dat huishoudens met één inkomen in de meeste lidstaten worden benadeeld, zowel in absoluut als relatief opzicht, op het gebied van belastingen, sociale zekerheid, huisvesting, gezondheidszorg, verzekeringen en pensioenen; overwegende dat overheidsbeleid mensen niet mag straffen voor het feit dat ze - al dan niet vrijwillig - alleen wonen;

Es wurde außerdem festgestellt, dass das Preisniveau der Verkäufe des Wirtschaftszweigs der Union in der Union durchschnittlich erheblich höher war als das Preiniveau der Ausfuhren chinesischer Ausführer in andere Drittlandsmärkte.
Ook bleek dat het prijsniveau van de verkoop van de bedrijfstak van de Unie in de Unie gemiddeld aanzienlijk hoger was dan de prijzen van de exporteur van de VRC bij uitvoer naar andere derde landen.

Für die betroffene Ware wurden der gewogene durchschnittliche Normalwert und der gewogene durchschnittliche Preis für Ausfuhren in die Union auf der Stufe ab Werk und auf der gleichen Handelsstufe miteinander verglichen.
De gewogen gemiddelde normale waarde werd vergeleken met de gewogen gemiddelde prijs van het betrokken product bij uitvoer naar de Unie, af fabriek en in hetzelfde handelsstadium.

Trotz aller politischen Pläne und Rechtsvorschriften bleibt es bei der erwiesenen Tatsache, dass eine Frau in der Union durchschnittlich 84% des Lohns eines Mannes verdient, dass die Trennung nach Geschlechtern auf dem Arbeitsmarkt in der Union und in den Beitrittsländern noch immer erhebliche Ausmaße aufweist und dass die durchschnittliche Arbeitslosigkeit im Jahr 2001 in der Union bei Frauen 2,3% höher lag als bei Männern.
Ondanks alle beleidsplannen en wetgeving blijven de geconstateerde feiten dat een vrouw in de Unie gemiddeld 84% verdient van het loon van een man, dat de gendersegregatie op de arbeidsmarkt in de Unie en in de toetredingslanden nog steeds aanzienlijk is en dat de gemiddelde werkloosheid in 2001 in de Unie bij vrouwen 2.3% hoger was dan bij mannen.

3. unterstreicht die sozioökonomischen Ungleichheiten zwischen Mann und Frau in der Europäischen Union: durchschnittliche Frauenerwerbsquote 18% unter der männlichen Beschäftigungsquote, Segregation auf dem Arbeitsmarkt, Lohngefälle durchschnittlich 24%; Überrepräsentierung der Frauen bei Teilzeitstellen, bei unsicheren und weniger qualifizierten Arbeitsplätzen, und befürchtet, dass diese Disparitäten sich ohne zusätzliche Maßnahmen im Zuge der Erweiterung verstärken werden;
3. wijst er met nadruk op dat er nog steeds sprake is van sociaal-economische ongelijkheid tussen mannen en vrouwen in de Europese Unie: de gemiddelde arbeidsparticipatie van vrouwen is 18% lager dan die van mannen, er is sprake van segregatie op de arbeidsmarkt, de lonen van vrouwen zijn gemiddeld 24% lager en vrouwen zijn oververtegenwoordigd in deeltijdbanen en moeilijke en laaggekwalificeerde beroepen; vreest dat deze ongelijkheid zonder bijkomende maatregelen na de uitbreiding slechts zal worden geaccentueerd;

* Anhang 2: Parameter zur Berechnung der Sendezeit, die die Fernsehprogramme der Mitgliedstaaten der Europäischen Union durchschnittlich der Ausstrahlung europäischer Werke vorbehalten (mit Berücksichtigung der Zuschauerzahlen) - Artikel 4 der Richtlinie.
Bijlage 2 : Gehanteerde parameters voor de berekening van de gemiddelde voor Europese producties gereserveerde zendtijd door de kanalen van de lidstaten van de Europese Unie (rekening houdend met de kijkers) - artikel 4 van de richtlijn.

In den Rechtssachen Nrn. 1903, 1941 und 1992 wird im Klagegrund bemängelt, dass Artikel 8 Absatz 2 des angefochtenen Gesetzes eine Diskriminierung zwischen Glücksspieleinrichtungen unterschiedlicher Klassen schaffe und den Grundsatz der Wettbewerbsfreiheit innerhalb der Europäischen Union verletze, indem er lediglich in Einrichtungen der Klasse II und der Klasse III Glücksspiele verbiete, bei denen ein Spieler erwiesenermassen durchschnittlich nicht mehr als 500 Franken pro Stunde verlieren könne, während eine solche Obergrenze weder für Lotterien noch für andere Glücksspiele festgesetzt werde und das Gesetz, das vorgeblich die Spieler schützen solle, eine zusätzliche Spielbank (Klasse I) schaffe und keinerlei Obergrenze für diese Art Einrichtung festlege.
In de zaken nrs. 1903, 1941 en 1992, verwijt het middel artikel 8, tweede lid, dat het een discriminatie in het leven roept tussen kansspelinrichtingen van verschillende klassen en dat zij inbreuk maakt op het beginsel van de vrije mededinging binnen de Europese Unie door enkel in de inrichtingen van klasse II en klasse III de kansspelen te verbieden waarvan is vastgesteld dat de speler gemiddeld meer dan 500 frank per uur kan verliezen, terwijl een dergelijk plafond niet is vastgesteld, noch voor de loterijen, noch voor de andere kansspelen en dat de wet, die beweert de spelers te beschermen, een bijkomend casino (klasse I) in het leven roept en voor dat soort inrichting geen enkel plafond vaststelt.

Im dritten Teil des Klagegrundes wird beanstandet, dass Artikel 8 des angefochtenen Gesetzes eine Diskriminierung einführe zwischen Glücksspieleinrichtungen verschiedener Klassen und dass er den Grundsatz des freien Wettbewerbs innerhalb der Europäischen Union dadurch verletze, dass er nur in den Einrichtungen der Klasse II und Klasse III die Glücksspiele verbiete, bei denen feststehe, dass der Spieler durchschnittlich mehr als 500 Franken pro Stunde verlieren könne.
In het derde onderdeel van het middel wordt aangeklaagd dat artikel 8 van de aangevochten wet een discriminatie in het leven roept tussen kansspelinrichtingen van verschillende klassen en dat zij inbreuk maakt op het beginsel van de vrije mededinging binnen de Europese Unie door enkel in de inrichtingen van klasse II en klasse III de kansspelen te verbieden waarvan is vastgesteld dat de speler gemiddeld meer dan 500 frank per uur kan verliezen.