2. Bei Überprüfungen zur Gefahrenabwehr wenden die Mitgliedstaaten bei allen in Artikel 3 Absätze 1 und 2 der Verordnung (EG) Nr. 725/2004 genannten Schiffen, die in ihre Häfen einlaufen, die in Anhang VII beschriebenen Verfahren an, sofern diese nicht unter der Flagge des Hafenstaates fahren, der die Überprüfung vornimmt.
2. Ten aanzien van veiligheidscontroles passen de lidstaten de in bijlage VII beschreven procedures toe op alle schepen zoals bedoeld in artikel 3, lid 1 en 2 van Verordening (EG) nr. 725/2004 die hun havens aandoen tenzij ze onder de vlag van de staat van de inspectiehaven varen.