Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "sei klage zumindest teilweise unzulässig " (Duits → Nederlands) :

Der Ministerrat führt ferner an, dass die Nichtigkeitsklage teilweise unzulässig sei in Ermangelung von Beschwerdegründen gegen gewisse Bestimmungen und in Ermangelung einer Darlegung der Klagegründe.

De Ministerraad voert voorts aan dat het beroep tot vernietiging gedeeltelijk niet ontvankelijk is bij gebrek aan grieven tegen sommige bepalingen en bij gebrek aan uiteenzetting van de middelen.


Der Ministerrat führt an, dass die Klage auf Nichtigerklärung unzulässig sei wegen mangelnden Interesses, da das SIC nicht nachweise, dass seine wesentlichen Vorrechte der Gewerkschaftsfreiheit verletzt würden und die anderen klagenden Parteien nur ein indirektes Interesse nachwiesen.

De Ministerraad voert aan dat het beroep tot vernietiging onontvankelijk is wegens ontstentenis van belang, aangezien de OVS niet aantoont dat hij in essentiële prerogatieven van de vakbondsvrijheid wordt geraakt en aangezien de andere verzoekende partijen enkel blijk geven van een onrechtstreeks belang.


Dieser Revisionsvorschlag wird also unmittelbar zur Folge haben, dass die für das Recht auf Familienleistungen zuständigen Behörden das Recht, das heute durch das Gesetz den Familien gewährt wird, von der öffentlichen Hand einen finanziellen Beitrag zu erhalten, um zumindest teilweise die Kosten für den Unterhalt und die Erziehung der Kinder zu decken, nicht auf bedeutsame Weise verringern dürfen, es sei denn, dass Gründe des Allgemeininteresses eine solche Verringerung rechtfertigen » (Parl. Dok., Senat, 2012-2013, Nr. 5-2240/1, S. 2).

Het onderhavige voorstel tot herziening zal dus als onmiddellijk gevolg hebben dat de overheden die bevoegd zijn voor het recht op kinderbijslag het recht niet aanzienlijk zullen kunnen verminderen dat de wet nu aan de gezinnen toekent om van de overheid een financiële bijdrage te ontvangen om de last van de kosten van onderhoud en opvoeding van de kinderen ten minste gedeeltelijk te dekken, tenzij redenen van algemeen belang een dergelijke vermindering verantwoorden » (Parl. St., Senaat, 2012-2013, nr. 5-2240/1, p. 2).


In der Vorabentscheidungsfrage wird der Gerichtshof gefragt, ob Artikel 162bis Absatz 2 des Strafprozessgesetzbuches mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung vereinbar sei, insofern die Zivilpartei, die nicht die Initiative zur Verfolgung ergriffen habe und gegen ein Urteil, mit dem ihre Klage für unzulässig erklärt worden sei, nachdem der Angeklagte auf die Strafverfolgung hin verurteilt worden sei, Berufung einlege, nicht zur Zahlung der Verfahrensentschädigung verurteilt werden könne, wenn sie in der Berufungsinstanz unterliege.

In de prejudiciële vraag wordt aan het Hof gevraagd of artikel 162bis, tweede lid, van het Wetboek van strafvordering bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre de burgerlijke partij, die niet het initiatief tot vervolging heeft genomen en die hoger beroep instelt tegen een vonnis waarbij haar vordering onontvankelijk wordt verklaard nadat de beklaagde op de strafvordering werd veroordeeld, niet tot de rechtsplegingsvergoeding kan worden veroordeeld indien zij in hoger beroep in het ongelijk wordt gesteld.


Außerdem sei die Klage in der Rechtssache Nr. 5462 teilweise unzulässig, insofern sie gegen die Artikel 10 und 16 der Ordonnanz vom 16. Dezember 2011 gerichtet sei, weil die Flämische Regierung es unterlasse, irgendeinen Klagegrund in Bezug auf diese angefochtenen Artikel darzulegen.

Bovendien zou het beroep in de zaak nr. 5462 deels onontvankelijk zijn, in zoverre het is gericht tegen de artikelen 10 en 16 van de ordonnantie van 16 december 2011, omdat de Vlaamse Regering zou nalaten enig middel te ontwikkelen ten aanzien van die bestreden artikelen.


Aus den [...] Vorarbeiten geht hervor, dass der flämische Dekretgeber mit den angefochtenen Bestimmungen insbesondere bezweckte, auf dem Gebiet der Raumordnung die kombinierte Anwendung des Rechts, im Namen der Gemeinde oder der Provinz vor Gericht aufzutreten, mit der Umweltunterlassungsklage im Sinne des Gesetzes vom 12. Januar 1993 zu begrenzen, weil er der Auffassung war, dass diese Verbindung missbraucht würde und dass das Bürgermeister- und Schöffenkollegium und der Ständige Ausschuss in diesem Verfahren benachteiligt würden, w ...[+++]

Uit de [...] parlementaire voorbereiding blijkt dat de Vlaamse decreetgever met de bestreden bepalingen met name beoogde om, in het domein van de ruimtelijke ordening, de combinatie van het recht om namens de gemeente of de provincie in rechte op te treden met de milieustakingsvordering bedoeld in de wet van 12 januari 1993 aan banden te leggen, omdat hij oordeelde dat van die combinatie misbruik werd gemaakt en dat het college van burgemeester en schepenen en de deputatie in die procedure worden benadeeld, doordat zij niet in het geding kunnen tussenkomen om hun visie op het gemeentelijk of het provinciaal belang uiteen te zetten of om ...[+++]


Es sei festzustellen, dass das Verfahren vor dem Gericht offensichtlich begonnen habe, denn der Antrag auf Prozesskostenhilfe sei nicht nur bearbeitet worden, sondern der Präsident des Gerichts habe diesem auch stattgegeben, was er nicht getan hätte, wenn die Klagefrist abgelaufen gewesen wäre und die Klage daher offensichtlich unzulässig gewesen wäre.

Het is duidelijk dat de contentieuze procedure was aangevangen, aangezien het verzoek om rechtsbijstand niet alleen was behandeld, maar de president van het Gerecht het ook had toegewezen, hetgeen niet het geval zou zijn geweest indien de termijn voor het beroep in rechte was verstreken en het beroep dus kennelijk niet-ontvankelijk was geweest.


Nach Auffassung der Flämischen Regierung sei die Klage zumindest teilweise unzulässig mangels Darlegung der Klagegründe.

Volgens de Vlaamse Regering is het beroep minstens gedeeltelijk onontvankelijk bij gebrek aan uiteenzetting van middelen.


Infolge des Dekrets vom 15. Juli 1997, aufgrund dessen Zusammenlebende als eine getrennte Kategorie von Erben betrachtet würden, seien die von den klagenden Parteien in den Rechtssachen mit Geschäftsverzeichnisnummern 1101, 1106 und 1116 eingereichten Klagen gegenstandslos geworden, mit Ausnahme von Artikel 50 des Erbschaftsteuergesetzbuches, so wie er durch das Dekret vom 20. Dezember 1996 abgeändert worden sei, und sei die durch den Ministerrat eingereichte Klage in der Rechtssache mit Geschäftsverzeichnisnummer 1120 mangels eines Gegenstandes ...[+++]

Ten gevolge van het decreet van 15 juli 1997, op grond waarvan samenwonenden als afzonderlijke categorie van erfgenamen worden beschouwd, hebben de door de verzoekende partijen in de zaken met rolnummers 1101, 1106 en 1116 ingestelde beroepen hun voorwerp verloren, behalve wat artikel 50 van het Wetboek der Successierechten, zoals vervangen door het decreet van 20 december 1996, betreft en is het door de Ministerraad ingestelde beroep in de zaak met rolnummer 1120 gedeeltelijk onontvankelijk bij gebrek aan voorwerp.


Die klagende Partei in der Rechtssache mit Geschäftsverzeichnisnummer 1053 rechtfertige ihr Interesse an der Klage, die zumindest teilweise gegen die beiden Dekrete vom 24. Juli 1996 gerichtet sei, mit ihrem eigenen, katholisch inspirierten Erziehungsprojekt.

De verzoekende partij in de zaak met rolnummer 1053 verantwoordt haar belang bij haar beroep dat, althans gedeeltelijk, gericht is tegen beide decreten van 24 juli 1996, vanuit haar eigen katholiek geïnspireerd opvoedingsproject.




datacenter (6): www.wordscope.be (v4.0.br)

'sei klage zumindest teilweise unzulässig' ->

Date index: 2025-05-14
w