Traduction de «parallel linie zz verläuft » (Allemand → Néerlandais) :

2.1. Der Prüfkörper ist so auszurichten und zu halten, dass die dem Winkel α = 90° entsprechende Linie während der gesamten Prüfung stets parallel zur Längsmittelebene des Fahrzeugs verläuft.
2.1. De testinrichting moet gedurende de hele test in een zodanige stand worden gehouden dat de lijn die overeenkomt met de hoek van α = 90° evenwijdig loopt aan het middenlangsvlak van het voertuig.

51. „sicherer Bereich“ der Bereich, der nach außen durch eine senkrechte Fläche begrenzt wird, die im Abstand von 1/5 BWL parallel zum Verlauf der Außenhaut in der Linie der größten Einsenkung verläuft;
51". veilige zone": een gebied dat aan de buitenkant wordt begrensd door een loodrecht vlak, dat op een afstand van 1/5 BWL evenwijdig aan de scheepshuid in het vlak van de grootste inzinking loopt;

(6) Als Enden des Leuchtkörpers gelten die Punkte, in denen in der Betrachtungsrichtung nach D (Blatt H2/1) die Projektion der Außenseite der Endwindungen, die am nächsten zu oder am weitesten vom Sockel liegen, eine Linie schneidet, die in einem Abstand von 7,1 mm parallel zur Linie ZZ verläuft (Für doppelt gewendelte Leuchtkörper sind zusätzliche Anweisungen in Vorbereitung.)
(6) De uiteinden van de gloeidraad worden gedefinieerd als de snijpunten van de projectie van het buitenste deel van de uiteinden van de spiralen dat het dichtst bij of het verst verwijderd is van de lampvoet, met een lijn evenwijdig aan lijn Z-Z op een afstand van 7.1 mm hiervan; de meetrichting is aangegeven door D (blad H2/1) (Voor dubbelspiraalgloeidraden worden nog aanvullende instructies bestudeerd.)

Während der Kalibrierungsphase (bevor die STE in die Prüfanlage gebracht wird) darf die Feldstärke nicht weniger als 50 % der nominalen Feldstärke betragen, und zwar 1,0 ± 0,05 m auf jeder Seite des Bezugspunkts auf einer Linie, die parallel zu der der Antenne am nächsten gelegenen Kante der Grundplatte durch den Bezugspunkt verläuft.
Tijdens het kalibreren (voordat de ATE in de proefruimte wordt gebracht) mag de veldsterkte op 1,0 ± 0,05 m aan weerszijden van het referentiepunt op een lijn door dit punt parallel aan de rand van de massaplaat die zich het dichtst bij de veldgenerator bevindt, niet minder dan 50 % van de nominale veldsterkte bedragen.