1. Als"Kunststoffe" gelten in der Nomenklatur die Stoffe der Positionen 3901 bis 3914, die im Zeitpunkt
der Polymerisation oder in einem späteren Stadium unter einer äußeren Einwirkung (im allgemeinen Wär
me und Druck, falls erforderlich auch unter Zuhilfenahme von Lösungsmitteln oder Weichmachern) durch Gießen, Pressen, Strangpressen, Walzen oder ein anderes
Verfahren eine Form erhalten können oder erhalten
haben ...[+++], die auch nach Beendigung der äußeren Einwirkung erhalten bleibt.1. In de nomenclatuur worden als "kunststof" aangemerkt, die stoffen bedoeld bij de posten tot en met
, die de eigenschap hebben of gehad hebben om, tijdens de polymerisatie of in
een later stadium, onder inwerking van uitwendige
krachten (meestal warmte en druk, eventueel onder toevoeging van een oplosmiddel of van een weekmaker), door gieten, persen, extruderen, walsen of elk ander proces een bepaalde vorm aan te nemen en die vorm te bewaren, ook nadat bedoelde uitwendig
...[+++]e krachten niet meer inwerken.