Vertaling van "notwendigkeit konzipierung " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

Glaubhaftmachung der Notwendigkeit der beantragten Anordnung in tatsächlicher und rechtlicher Hinsicht
middelen zowel feitelijk als rechtens, op grond waarvan de voorlopige maatregel aanvankelijk gerechtvaardigd voorkomt

Notwendigkeit des Schutzes der Umwelt
noodzaak van milieubescherming

Grundsatz Kenntnis nur, wenn nötig | Kenntnis notwendig | Kenntnis nur, wenn nötig | Notwendigkeit einer Kenntnis
kennisnemingsbehoefte | need-to-know | noodzaak van kennisneming

Notwendigkeit
noodzakelijkheid

unerwartete Notwendigkeit
onvoorziene noodzakelijkheid

zwingende Notwendigkeit
dwingende noodzaak

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Im erneuerten Rahmen für die jugendpolitische Zusammenarbeit (2010-2018) wird die Notwendigkeit von Initiativen hervorgehoben, die ein sektorübergreifendes Vorgehen ermöglichen, bei dem den Problemen der Jugend bei der Konzipierung, Umsetzung und Bewertung von Strategien und Maßnahmen in anderen Bereichen der Politik, die erhebliche Auswirkungen auf das Leben junger Menschen haben, Rechnung getragen wird.
In het nieuwe kader voor Europese samenwerking in jeugdzaken (2010-2018) wordt benadrukt dat initiatieven nodig zijn ter bevordering van een sectoroverschrijdende aanpak waarbij naar behoren rekening wordt gehouden met jeugdvraagstukken bij de formulering, uitvoering en evaluatie van beleidsmaatregelen en acties op andere gebieden die een belangrijke impact op het leven van jongeren hebben.

Die derzeitigen Unsicherheiten in Bezug auf die Notwendigkeit und die Konzipierung von 90-tägigen Fütterungsversuchen werden in einem großangelegten Forschungsprojekt im Rahmen des siebten Forschungsrahmenprogramms (FP7) im Arbeitsprogramm 2012 unter dem Thema 2, „Lebensmittel, Landwirtschaft und Fischerei und Biotechnologie“, behandelt.
In een groot onderzoeksproject in het kader van het werkprogramma voor 2012 voor thema 2 „Levensmiddelen, landbouw en visserij, en biotechnologie” van het zevende kaderprogramma voor onderzoek (KP7) zal worden geprobeerd de huidige onzekerheden over de noodzaak en de opzet van 90-daagse vervoederingsstudies weg te nemen.

8. fordert ein angemessenes Gleichgewicht zwischen präventiven und repressiven Maßnahmen, damit Freiheit, Sicherheit und Gerechtigkeit gewahrt werden können; hebt hervor, dass Sicherheitsmaßnahmen stets im Einklang mit den Grundsätzen der Rechtsstaatlichkeit und unter Achtung der Grundrechte erfolgen müssen; weist darauf hin, dass gemäß dem Urteil bezüglich der Richtlinie zur Vorratsdatenspeicherung, das unlängst durch den Europäischen Gerichtshof ergangen ist, alle Instrumente den Grundsätzen Verhältnismäßigkeit, Notwendigkeit und Rechtmäßigkeit entsprechen müssen, und fordert die Kommission auf, diesem Urteil bei der Konzipierung und Umsetzung der neuen Strategie der inneren Sicherheit gebührend Rechnung zu tragen und in der neuen Strategie angemessene Sicherheiten für Rechenschaftspflicht und Rechtsbehelf vorzusehen;
8. verlangt derhalve dat er gestreefd wordt naar een goed evenwicht tussen preventiebeleid en repressiemaatregelen, opdat vrijheid, veiligheid en recht behouden blijven; benadrukt voorts dat veiligheidsmaatregelen altijd moeten worden nagestreefd in overeenstemming met de beginselen van de rechtsstaat en de bescherming van alle grondrechten; verzoekt de Commissie om bij de ontwikkeling en uitvoering van de nieuwe interneveiligheidsstrategie terdege rekening te houden met de recente uitspraak van het Europees Hof van Justitie inzake de gegevensbewaringsrichtlijn, die inhoudt dat alle instrumenten in overeenstemming moeten zijn met de beginselen van evenredigheid, noodzakelijkheid en wettigheid en passende garanties inzake verantwoording en gerechtelijk beroep moeten bieden;

6. vertritt die Ansicht, dass Genossenschaften aufgrund ihrer dezentralen Konzipierung wesentlich zur Umsetzung der in der Richtlinie über Energie aus erneuerbaren Quellen für 2020 (2009/28/EG) festgelegten Schwerpunkte und zum Übergang von fossilen Brennstoffen zu erneuerbaren Energieträgern beitragen; weist darauf hin, dass mehr als 1 000 Genossenschaften für erneuerbare Energieträger von Bürgern gegründet wurden; ist der Überzeugung, dass Genossenschaften im Bereich erneuerbare Energien es den Bürgern ermöglichen, Genossenschaftsmitglieder von lokalen Projekten zu werden, und Anreize für Investitionen in Projekte für erneuerbare Energieträger schaffen, was wiederum die gesellschaftliche Akzeptanz neuer Anlagen zur Nutzung erneuerbarer Energiequellen erhöht; ist der Auffassung, dass die Bürger durch die Beteiligung an der Energieerzeugung für die Notwendigkeit eines nachhaltigen und effizienten Energieverbrauchs sensibilisiert werden und mehr Kontrolle über die Energiepreise haben; fordert die Kommission auf, ein besonderes Augenmerk auf die Bedeutung zu richten, die Energiegenossenschaften für die zunehmende Nutzung erneuerbarer Energiequellen und die Verbesserung der Energieeffizienz haben können;
6. is van mening dat het coöperatieve model door zijn gedecentraliseerde karakter een significante bijdrage levert tot de tenuitvoerlegging van de prioriteiten voor 2020 van de richtlijn hernieuwbare energiebronnen (Richtlijn 2009/28/EG) en tot de transitie van fossiele energie naar energie uit hernieuwbare bronnen; wijst in verband hiermee op het feit dat door burgers meer dan 1000 coöperaties zijn opgericht op het gebied van hernieuwbare energiebronnen; is van mening dat coöperaties die actief zijn op het gebied van hernieuwbare energiebronnen, burgers in staat stellen coöperatief lid te worden van lokale projecten en investeringen in projecten op het gebied van hernieuwbare energiebronnen aanmoedigen, hetgeen op zijn beurt de sociale aanvaarding van installaties voor hernieuwbare energiebronnen doet toenemen; is van mening dat de deelname van burgers aan energieproductie zowel hun bewustzijn van de behoefte aan een duurzame en efficiënte energieconsumptie als hun controle over de energieprijzen kan doen toenemen; vraagt de Commissie speciale aandacht te besteden aan de rol die energiecoöperaties kunnen spelen om het gebruik van hernieuwbare energiebronnen te laten toenemen en de energie-efficiëntie te verbeteren;

6. vertritt die Ansicht, dass Genossenschaften aufgrund ihrer dezentralen Konzipierung wesentlich zur Umsetzung der in der Richtlinie über Energie aus erneuerbaren Quellen für 2020 (2009/28/EG) festgelegten Schwerpunkte und zum Übergang von fossilen/nuklearen Brennstoffen zu erneuerbaren Energieträgern beitragen; weist darauf hin, dass mehr als 1 000 Genossenschaften für erneuerbare Energieträger von Bürgern gegründet wurden; ist der Überzeugung, dass Genossenschaften im Bereich erneuerbare Energien es den Bürgern ermöglichen, Genossenschaftsmitglieder von lokalen Projekten zu werden, und Anreize für Investitionen in Projekte für erneuerbare Energieträger schaffen, was wiederum die gesellschaftliche Akzeptanz neuer Anlagen zur Nutzung erneuerbarer Energiequellen erhöht; ist der Auffassung, dass die Bürger durch die Beteiligung an der Energieerzeugung für die Notwendigkeit eines nachhaltigen und effizienten Energieverbrauchs sensibilisiert werden und mehr Kontrolle über die Energiepreise haben; fordert die Kommission auf, ein besonderes Augenmerk auf die Bedeutung zu richten, die Energiegenossenschaften für die zunehmende Nutzung erneuerbarer Energiequellen und die Verbesserung der Energieeffizienz haben können;
6. is van mening dat het coöperatieve model door zijn gedecentraliseerde karakter een significante bijdrage levert tot de tenuitvoerlegging van de prioriteiten voor 2020 van de richtlijn hernieuwbare energiebronnen (Richtlijn 2009/28/EG) en tot de transitie van fossiele/nucleaire energie naar energie uit hernieuwbare bronnen; wijst in verband hiermee op het feit dat door burgers meer dan 1000 coöperaties zijn opgericht op het gebied van hernieuwbare energiebronnen; is van mening dat coöperaties die actief zijn op het gebied van hernieuwbare energiebronnen, burgers in staat stellen coöperatief lid te worden van lokale projecten en investeringen in projecten op het gebied van hernieuwbare energiebronnen aanmoedigen, hetgeen op zijn beurt de sociale aanvaarding van installaties voor hernieuwbare energiebronnen doet toenemen; is van mening dat de deelname van burgers aan energieproductie zowel hun bewustzijn van de behoefte aan een duurzame en efficiënte energieconsumptie als hun controle over de energieprijzen kan doen toenemen; vraagt de Commissie speciale aandacht te besteden aan de rol die energiecoöperaties kunnen spelen om het gebruik van hernieuwbare energiebronnen te laten toenemen en de energie-efficiëntie te verbeteren;

(22) Bei der Konzipierung von Maßnahmen zur Verbesserung der Energieeffizienz sollten die Mitgliedstaaten der Notwendigkeit Rechnung tragen, das ordnungsgemäße Funktionieren des Binnenmarkts und die kohärente Umsetzung des gemeinschaftlichen Besitzstands in Einklang mit den Bestimmungen des Vertrags über die Funktionsweise der Europäischen Union sicherzustellen.
(22) Bij het ontwikkelen van maatregelen ter verbetering van de energie-efficiëntie moeten de lidstaten terdege rekening houden met de noodzaak om de correcte werking van de interne markt en de samenhangende tenuitvoerlegging van het acquis te garanderen, overeenkomstig het bepaalde in het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

9. hebt die wirtschaftliche Bedeutung hervor, die den KMU und den handwerklichen Betrieben innerhalb des europäischen Industriegefüges zukommt; weist daher mit Nachdruck auf die Notwendigkeit hin, den durch den „Small Business Act“ geförderten Grundsatz „Think Small First“ in den Mittelpunkt der neuen Industriepolitik der EU zu stellen, um zu gewährleisten, dass die Besonderheiten dieser Unternehmen bei der Konzipierung und Durchführung dieser neuen Politik berücksichtigt werden;
9. benadrukt het economisch belang van mkb-bedrijven en van de be- en verwerkende industrie in de Europese textielsector; dringt er derhalve op aan dat het "denk eerst aan de kleintjes"-principe dat door de Small Business Act wordt gepropageerd, een centraal onderdeel gaat uitmaken van het nieuwe industriebeleid van de EU, zodat kan worden gegarandeerd dat aan specifieke kenmerken van deze ondernemingen recht wordt gedaan bij de verdere uitwerking en tenuitvoerlegging van dit beginsel;

14. betont die Notwendigkeit, maßgeschneiderte lokale Entwicklungsstrategien zu fördern, zu deren Erstellung Konsultationen nach dem Bottom-up-Prinzip durchgeführt werden sollten, und von undifferenzierten Einheitslösungen Abstand zu nehmen; ist deshalb der Auffassung, dass eine integrierte meerespolitische Entscheidungsfindung wichtig ist, um Kompetenzüberschneidungen zwischen den verschiedenen Verwaltungsebenen zu verhindern und die Zusammenarbeit und den Dialog mit den zuständigen lokalen und regionalen Stellen, den Küstengemeinschaften, Akteuren der Zivilgesellschaft und anderen von der Meerespolitik Betroffenen zu stärken; spricht sich für die Konzipierung und Entwicklung von Strategien für die Makro-Meeresregionen der Europäischen Union im Rahmen der Entwicklung strategischer Ansätze für die regionalen Meeresräume aus;
14. onderstreept dat op maat gesneden strategieën voor lokale ontwikkeling, gestuurd door een „van onder naar boven” raadplegingsproces, moeten worden aangemoedigd, in plaats van overal dezelfde standaardbenadering; is daarom van mening dat een geïntegreerd maritiem bestuur essentieel is om te voorkomen dat de bevoegdheden op verschillende bestuursniveaus elkaar overlappen, en om de samenwerking en de dialoog met lokale en regionale overheden, de kustgemeenschappen, maatschappelijke organisaties en andere maritieme betrokkenen te versterken; is voorstander van vast te stellen en nader uit te werken strategieën voor de maritieme macroregio's van de EU, in het kader van een strategische benadering van regionale maritieme gebieden;

* Einrichtung eines kohärenten Konsultationsrahmens, der flexibel genug ist, um die besonderen Erfordernisse aller verschiedener Interessen und die Notwendigkeit der Konzipierung geeigneter Konsultationsstrategien für alle politischen Vorschläge zu berücksichtigen.
* een coherent raadplegingskader tot stand brengen dat echter flexibel genoeg is om rekening te kunnen houden met de specifieke vereisten van de diverse belangengroepen en met de behoefte om voor elk beleidsvoorstel adequate raadplegingsstrategieën uit te werken.

die Notwendigkeit, die Umsetzung des eGovernment-Aktionsplans im Rahmen der i2010-Initiative auf Grundprinzipien zu stützen, wie z.B. Nachhaltigkeit, Interoperabilität, Integration, Transparenz, gegenseitige Anerkennung der Grundvoraussetzungen, Datenschutz, Sicherheit durch den Einsatz von Technologien und Maßnahmen zum besseren Schutz der Privatsphäre und Erbringung plattformübergreifender Dienste; die Notwendigkeit einer aktiven Zusammenarbeit und Koordinierung zwischen allen Akteuren bei der Konzipierung und Bereitstellung elektronischer Behördendienste und kohärenter politischer Konzepte; die Bedeutung und das Potenzial von "Pilotmodellen" für die regionale Zusammenarbeit zur Sondierung von eGovernment-Lösungen, die auf Ebene der Europäischen Union weiter ausgebaut werden könnten; die Notwendigkeit, die Maßnahmen auf die regionalen und lokalen Dimensionen bei der Erbringung elektronischer Behördendienste sowie auf die nationalen Verwaltungs- und Rechtssysteme abzustimmen; die Notwendigkeit, die bestehenden eGovernment-Ressourcen, wie sie derzeit von den Mitgliedstaaten und der Kommission entwickelt und verwaltet werden, besser zu nutzen.
dat de uitvoering van het actieplan inzake e-overheid-i2010 dient te berusten op een aantal basisbeginselen zoals duurzaamheid, interoperabiliteit, inclusiviteit, doorzichtigheid, wederzijdse erkenning van factoren van doorslaggevend belang, gegevensbescherming, veiligheid gebaseerd op technologieën en beleidsstrategieën ter versterking van de persoonlijke levenssfeer en multiplatformdiensten; de noodzaak om bij het ontwerpen en tot stand brengen van e-overheid en de daarmee samenhangende beleidsaanpak te komen tot een cultuur van actieve samenwerking en coördinatie tussen alle belanghebbenden; het belang en de mogelijkheden van proefmodellen voor regionale samenwerking bij het zoeken naar oplossingen inzake e-overheid, die op het niveau van de Europese Unie verder kunnen worden bevorderd; dat, waar het gaat om de levering van elektronische diensten, bij beleidsmaatregelen aandacht geschonken dient te worden aan de regionale en lokale dimensie en aan de nationale bestuursstelsels en rechtsculturen; de noodzaak een beter gebruik te maken van de bestaande middelen voor e-overheid zoals die thans door de lidstaten en de Commissie worden ontwikkeld en beheerd.