Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
Auf Freispruch lautendes Urteil
Frei verkäufliches Medikament
Illegales Gebäude
Nicht bewilligter Bau
Nicht bewilligtes Gebäude
Nicht verschreibungspflichtige Arzneimittel
Nicht verschreibungspflichtige Medikamente
Rechtskräftiges Urteil
Rezeptfreies Arzneimittel
Urteil
Urteil EuGH
Urteil des Europäischen Gerichtshofs
Urteil des Gerichtshofs
Urteil des Gerichtshofs EG
Urteil nicht erfüllt
Urteil über die Verschollenheitserklärung
Verschreibungsfreies Arzneimittel

Vertaling van "nicht urteil " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE
einen nicht vermögensrechtlichen Anspruch betreffendes Urteil

vonnis dat geen betrekking heeft op het vermogensrecht




Urteil,gegen das weiterer Einspruch nicht zulässig ist

arrest dat niet vatbaar is voor verzet | arrest waartegen geen verzet openstaat


Urteil des Gerichtshofs (EU) [ Urteil des Europäischen Gerichtshofs | Urteil des Gerichtshofs EG | Urteil EuGH ]

arrest van het Hof (EU) [ arrest HvJ EG | arrest van het Hof EG | arrest van het Hof van Justitie (EU) | arrest van het Hof van Justitie EG ]




Urteil über die Verschollenheitserklärung

vonnis van verklaring van afwezigheid


nicht bewilligtes Gebäude [ illegales Gebäude | nicht bewilligter Bau ]

illegale constructie [ illegale bouw ]




frei verkäufliches Medikament [ nicht verschreibungspflichtige Arzneimittel | nicht verschreibungspflichtige Medikamente | rezeptfreies Arzneimittel | verschreibungsfreies Arzneimittel ]

vrij verkrijgbaar geneesmiddel [ OTC-geneesmiddel | receptvrij geneesmiddel | zelfzorggeneesmiddel | zelfzorgmedicijn | zonder recept verkrijgbaar geneesmiddel | zonder voorschrift verkrijgbaar geneesmiddel ]


rechtskräftiges Urteil

tenuitvoerlegging vatbaar vonnis
IN-CONTEXT TRANSLATIONS
« Unter Berücksichtigung der Zielsetzung des Gesetzgebers, die in B.5 dargelegt wurde, gegen die Urteile der Anklagekammer über die Ordnungsmäßigkeit des ihr unterbreiteten Verfahrens in Anwendung von Artikel 235bis eine direkte Kassationsbeschwerde zu ermöglichen durch Abweichung von der in Absatz 1 von Artikel 416 enthaltenen Regel, ist es nicht gerechtfertigt, dass die Urteile der Anklagekammer über die Ordnungsmäßigkeit der besonderen Ermittlungsmethoden der Observation und Infiltrierung anhand der vertraulichen Akte in Anwendung ...[+++]

« Rekening houdend met de bedoeling van de wetgever [...] om tegen de arresten van de kamer van inbeschuldigingstelling betreffende de regelmatigheid van de haar voorgelegde procedure met toepassing van artikel 235bis een onmiddellijk cassatieberoep mogelijk te maken door af te wijken van de regel vervat in het eerste lid van artikel 416, is het niet verantwoord dat de arresten van de kamer van inbeschuldigingstelling over de regelmatigheid van de bijzondere opsporingsmethoden observatie en infiltratie aan de hand van het vertrouwelijk dossier met toepassing van artikel 189ter of artikel 235ter niet eveneens het voorwerp zouden kunnen ui ...[+++]


Aus dem Sachverhalt der Rechtssache vor dem vorlegenden Richter geht hervor, dass die Vorabentscheidungsfrage einen Vergleich zwischen der Situation von Personen, die zum Zeitpunkt des Verbrechens das achtzehnte Lebensjahr noch nicht vollendet hatten und die durch eine endgültige Entscheidung zu einer lebenslänglichen Zuchthaus- oder Haftstrafe verurteilt wurden aufgrund des zum Zeitpunkt des über sie gefällten Urteils anwendbaren Rechts, mit derjenigen von Personen betrifft, die zum Zeitpunkt des Verbrechens das achtzehnte Lebens ...[+++]

Uit de feiten voor de verwijzende rechter blijkt dat de prejudiciële vraag noopt tot het vergelijken van de situatie van de personen die op het tijdstip van de misdaad nog niet de volle leeftijd van achttien jaar hadden bereikt en die bij een definitieve beslissing zijn veroordeeld tot levenslange opsluiting of levenslange hechtenis, krachtens het op het ogenblik van hun berechting van toepassing zijnde recht, met die van de personen die op het tijdstip van de misdaad nog niet de volle leeftijd van achttien jaar hadden bereikt en die ...[+++]


« Verstößt Artikel 38 § 6 Absätze 2 und 3 des Straßenverkehrsgesetzes (Gesetz vom 16. März 1968 über die Straßenverkehrspolizei) - dahin ausgelegt, dass zur Anwendung dieser Bestimmungen nur erforderlich ist, dass der Angeklagte, nachdem er in einem formell rechtskräftig gewordenen Urteil wegen eines der in Artikel 38 § 6 Absatz 1 des Straßenverkehrsgesetzes erwähnten Verstöße verurteilt wurde, innerhalb von einer Frist von drei Jahren nach dem Tag der Verkündung dieses Urteils erneut zwei oder mehrere dieser Verstöße begeht, ohne dass erforderlich ist, dass der erbrachte Beweis der neu begangenen Verstöße im Voraus in einem formell rech ...[+++]

« Schenden artikel 38 § 6, leden 2 en 3 van de Wegverkeerswet (wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer) - in de interpretatie dat voor de toepassing van deze bepalingen enkel vereist is dat de beklaagde, na bij een in kracht van gewijsde getreden vonnis veroordeeld te zijn voor een van de in artikel 38 § 6, eerste lid, Wegverkeerswet vermelde misdrijven, binnen een termijn van drie jaar na de uitspraak van dit vonnis opnieuw twee of meer van dergelijke misdrijven pleegt, zonder dat vereist is dat de bewezenverklaring van de nieuw gepleegde misdrijven voorafgaandelijk werd vastgesteld met een in kracht van gewijsde getreden vonnis -, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat bestuurders die twee of meer van deze ...[+++]


« Verstößt Artikel 162bis Absatz 2 des Strafprozessgesetzbuches gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, insofern die Zivilpartei, die nicht die Initiative zur Verfolgung ergriffen hat und gegen ein Urteil, mit dem ihre Klage für unzulässig erklärt wurde, nachdem der Angeklagte auf die Strafverfolgung hin verurteilt worden war, Berufung einlegt, nicht zur Zahlung der Verfahrensentschädigung verurteilt werden kann, wenn sie in der Berufungsinstanz unterliegt, wobei der Verfassungsgerichtshof in seinem Entscheid Nr. 113/2016 vom 22. ...[+++]

« Schendt artikel 162bis, tweede lid, van het Wetboek van strafvordering de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre de burgerlijke partij, die niet het initiatief tot vervolging heeft genomen en die hoger beroep instelt tegen een vonnis waarbij haar vordering onontvankelijk wordt verklaard nadat de beklaagde op de strafvordering werd veroordeeld, niet tot de rechtsplegingsvergoeding kan worden veroordeeld indien zij in hoger beroep in het ongelijk wordt gesteld, aangezien het Grondwettelijk Hof bij het arrest nr. 113/2016 van 22 september 2016 voor recht heeft gezegd dat artikel 162bis, tweede lid, de artikelen 10 en 11 van de Gron ...[+++]


For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!
Verstößt Artikel 1051 des Gerichtsgesetzbuches, ausgelegt im Lichte von Artikel 6 der Europäischen Menschenrechtskonvention, in dem das Recht auf ein faires Verfahren verankert ist, gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, indem er die Berufungsfrist von einem Monat ab dem Datum der an den Sozialversicherten oder an den Sozialversicherungsträger ergangenen Notifizierung des Urteils, mit dem seine Beschwerde zurückgewiesen wurde, laufen lässt, während infolge eines Irrtums seitens der Kanzlei des in erster Instanz erkennenden Rechtsprechungsorgans die Übermittlung einer nicht ...[+++]

Schendt artikel 1051 van het Gerechtelijk Wetboek, geïnterpreteerd in het licht van artikel 6 van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens waarin het recht op een eerlijk proces is vastgelegd, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet door de termijn van hoger beroep van één maand te doen lopen vanaf de kennisgeving, aan de sociaal verzekerde of aan de socialezekerheidsinstelling, van het vonnis waarbij zijn of haar beroep is afgewezen, terwijl, ingevolge een vergissing van de griffie van het rechtscollege van eerste aanleg, een niet-ondertekend afschrift van dat vonnis niet aan de advocaat van die sociaal verzekerde o ...[+++]


Moerman, E. Derycke und R. Leysen, unter Assistenz des Kanzlers P.-Y. Dutilleux, unter dem Vorsitz des Präsidenten E. De Groot, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Urteil vom 10. März 2015 in Sachen Hussain Azhar gegen die « Brouwerij De Koninck » AG, dessen Ausfertigung am 31. März 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das Bezirksgericht Antwerpen folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 577 des Gerichtsgesetzbuches, abgeändert durch Artikel 5 des Gesetzes vom 26. März 2014 zur Abänderung des Gerichtsgesetzbuches und de ...[+++]

Moerman, E. Derycke en R. Leysen, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter E. De Groot, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 10 maart 2015 in zake Hussain Azhar tegen de nv « Brouwerij De Koninck », waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 31 maart 2015, heeft de Arrondissementsrechtbank te Antwerpen de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 577 van het Gerechtelijk Wetboek, zoals gewijzigd door artikel 5 van de Wet van 26 maart 2014 tot wijziging van het Gerechtelijk Wetboek en de Wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties met het oo ...[+++]


2. Verstößt Artikel 1051 des Gerichtsgesetzbuches, betrachtet im Lichte von Artikel 6 der Europäischen Menschenrechtskonvention, in dem das Recht auf ein faires Verfahren verankert ist, gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, indem er dahin ausgelegt wird, dass - wenn infolge eines Irrtums seitens der Kanzlei des in erster Instanz erkennenden Rechtsprechungsorgans die mit einfachem Brief erfolgte Übermittlung einer nicht unterschriebenen Abschrift des Urteils an den Rechtsanwalt des Sozialversicherten oder des Sozialversicherungsträgers nicht stattgefunden hat - die im be ...[+++]

2. Schendt artikel 1051 van het Gerechtelijk Wetboek, gelezen in het licht van artikel 6 van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens waarin het recht op een eerlijk proces is vastgelegd, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in de interpretatie volgens welke - wanneer, ingevolge een vergissing van de griffie van het rechtscollege van eerste aanleg, een niet-ondertekend afschrift van het vonnis niet bij gewone brief is overgezonden aan de advocaat van de sociaal verzekerde of van de socialezekerheidsinstelling - de in het voormelde artikel 1051 bedoelde wettelijke termijn van één maand, met het oog op het verzekere ...[+++]


Aus der Begründung der Vorlageentscheidung geht hervor, dass der Gerichtshof gebeten wird, über die Vereinbarkeit von Artikel 2 Absatz 1 des königlichen Erlasses vom 20. Januar 1936 mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, gegebenenfalls in Verbindung mit den Artikeln 6 und 13 der Europäischen Menschenrechtskonvention, zu befinden, insofern durch die Wörter « und nicht im Besitz der erforderlichen Summe zur Deckung der Kosten der Gerichtsvollzieherurkunde ist » ein Behandlungsunterschied eingeführt werde zwischen zwei Kategorien von in einem Gefängnis inhaftierten Personen, die eine auf eine öffentliche Klage hin ergangene Entscheidu ...[+++]

Uit de motieven van de verwijzingsbeslissing blijkt dat het Hof wordt verzocht zich uit te spreken over de bestaanbaarheid, met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met de artikelen 6 en 13 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, van artikel 2, eerste lid, van het koninklijk besluit van 20 januari 1936 in zoverre de woorden « en het vereischte bedrag niet in zijn bezit heeft om de kosten van de akte van deurwaarder te dekken » een verschil in behandeling invoeren tussen twee categorieën van gedetineerden in een gevangenis die een op een strafvordering gewezen beslissing tot veroordeling we ...[+++]


Der Verfassungsgerichtshof, zusammengesetzt aus den Präsidenten A. Alen und J. Spreutels, und den Richtern E. De Groot, L. Lavrysen, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul und T. Giet, unter Assistenz des Kanzlers P.-Y. Dutilleux, unter dem Vorsitz des Präsidenten A. Alen, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Urteil vom 8. Dezember 2014 in Sachen der « Untill » PGmbH gegen den belgischen Staat, dessen Ausfertigung am 23. Dezember 2014 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das Gericht erster Instanz Antwerpen, Abteilung Antwerpen, folgende Vorabentscheidungs ...[+++]

Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters A. Alen en J. Spreutels, en de rechters E. De Groot, L. Lavrysen, T. MerckxVan Goey, P. Nihoul en T. Giet, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter A. Alen, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 8 december 2014 in zake de bvba « Untill » tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 23 december 2014, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 198, § 1, 10° WIB 92 in samenlezing met artikel 307, § 1, lid 3 WIB 92 de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondw ...[+++]


Soweit ihr eine solche Gelegenheit nicht geboten worden ist, dürfen die ihr nicht zur Kenntnis gebrachten Schriftstücke nicht als Beweismittel berücksichtigt werden. Dieser Ausschluss bestimmter von der Verwaltung verwendeter Schriftstücke ist jedoch nur von Bedeutung, wenn der erhobene Vorwurf allein durch diese Schriftstücke bewiesen werden kann (vgl. in diesem Sinne Urteil des Gerichtshofes vom 18. November 1999 in der Rechtssache C‑191/98 P, Tzoanos/Kommission, Slg. 1999, I‑8223, Randnr. 34, Urteil des Gerichts vom 3. Juli 2001 in ...[+++]

Deze uitsluiting van sommige door de instantie gebruikte documenten zou echter alleen van belang zijn, indien de door de instantie geformuleerde grief alleen met deze documenten kon worden bewezen (zie in die zin arrest van het Hof van 18 november 1999, Tzoanos/Commissie, C‑191/98 P, Jurispr. blz. I‑8223, punt 34; arrest van het Gerecht van 3 juli 2001, E/Commissie, T‑24/98 en T‑241/99, JurAmbt. blz. I‑A‑149 en II‑681, punt 92).




datacenter (6): www.wordscope.be (v4.0.br)

'nicht urteil' ->

Date index: 2024-08-15
w